Taal en Letteren. Jaargang 3
(1893)– [tijdschrift] Taal en Letteren– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd
[pagina 369]
| |
Te lande komen.Eene vraag onlangs gedaan bracht mij er toe het volgende stukje der redactie van dit tijdschrift toe te zenden. De bedoelde vraag was: wat beteekent eigenlijk de uitdrukking te lande komen? Voor zoover ik weet is over de spreekwijze niet geschreven; wel is, zooals beneden zal blijken, op de Middelnederlandsche uitdrukking, die ons den weg ter oplossing wijst, meer dan eens de aandacht gevestigd en tot die oudere taal zullen we onze toevlucht moeten nemen, willen we een eenigszins verdedigbare uitlegging geven en niet tot uit de lucht gegrepen verklaringen vervallen zooals ik eene hoorde ‘dat de spreekwijze natuurlijk ontleend was aan een bal, die in de lucht geworpen weer te lande d.i. op den grond, dus goed ‘terechtkomt.’ Slaan we het Middeln. Wdb. op (III, 1721) dan vinden we daar eenige citaten van te lande vermeld, die de beteekenis hebben van naar zijn vaderland en al was 't bekende Ic wil te lande reden,
Sprac meester Hillebrant enz.Ga naar voetnoot1)
reeds niet voldoende, ook de verdienstelijke nieuwe uitgave der Woordenlijst op Verwijs' Bloemlezing van Mln. dichters in verbo lant, leert ons, dat in 't Mln. de uitdrukking te lande een bekende zegswijze was om te kennen te geven: naar het land bij uitnemendheid d.i. 't geboorte- of vaderland.Ga naar voetnoot2) Evenals thans aan 't begrip naar huisGa naar voetnoot3) een gunstige bijbeteekenis is verbonden zoo is 't ook licht te begrijpen, dat dit zelfde gebeurde met te lande komen, 'twelk toen de tijden nog deden spreken van verjaagden, verbannenen, ja, geroofden, steeds een beteekenis in bonam partem verkreeg. Van lieverlede echter werd het gebruik van 't attribuut goed noodig, zoodat goed te lande komen met zijn pleonastisch gebezigd ‘goed’ de geboorte gaf aan de tegenstelling: slecht te lande komen, eene zegswijze, die we heden ten dage dikwijls hooren. Doch reeds in nog oudere taal moet de door ons bedoelde uitdrukking met haar vaststaande beteekenis in gebruik zijn geweest. Dit blijkt bijv. uit een merkwaardige plaats in de Oudfriesche wetten, die ik met behoud zooveel | |
[pagina 370]
| |
mogelijk van den oorspronkelijken zinsbouw hier laat volgen.Ga naar voetnoot1) Dit is de 14e volkskest: waar een minderjarig kind uit 't land gevoerd wordt, (hetzij) door verkoop of door krijgstochten, (en) zijn goed of zijn erf verpand of verkocht wordt, indien dat kind te lande komt en bij zijn lieden, (en) kan het dan zijn broeder en zuster herkennen, en weet het zijn naaste verwanten te noemen en zijn vader en zijne moeder, (en) kan het zijn eigen akker van 't erf aanwijzen, dan heeftGa naar voetnoot2) het kind daarop te gaan zonder 't zweren van een eed en zonder proces en zonder boete aan 't volk enz. Dit te lande d.i. in zijn land staat evenzoo in 't Friesch nam. to londe (lond met de bekende overgang van a tot o vóór m en n), waarvoor de Emsiger Codex I de bijwoordelijke uitdrukking inlendes = binnenslands heeft en is dus tegenstelling van het later in dezelfde kest genoemde an tha ililendaGa naar voetnoot3) d.i. in elende, ellende, gelijk men in 't Mln. nog kon zeggen, met de oorspronkelijke beteekenis van ellende nam. vreemd land. Dit laatste vooral doet den gunstigen zin, aan te lande gehecht, goed uitkomen. Hetzelfde to londe vinden we ook in het 3e der 24 landrechten (Von Richthofen bl. 49. De Haan Hett. 1, 106, 3.) Warfum. G.A. Nauta. |
|