r. 38. bij vakatuur - als de troon open was gevallen. Vgl. r. 31.
r. 40. wikken - overwegen, overleggen. - bij haarzelve, noch algemeen gebruikelijk in de omgangstaal voor bij zich zelve.
r. 42. op Sint Nikolaas daarna, dus bijna een jaar later.
r. 43. Zou' schenken voor: zou kunnen schenken.
r. 44. Zie over Klaas van Kyten, de Sparewouwer reus, o.a. de aantekening van T. Terwey op vs. 243 van Vondel's Gysbrecht (Bibl. van Nederl. Letterk. no. 2, blz. 27).
r. 45. een jool - een suffer, een lammerd. Vgl. Jan Soet's klucht van Jochem-Jool. Verder A. van den Bergh's Jeronimo (1621): ‘Soumen sulcke jolen (er is sprake van Kees achterlam) geen Koeckoeck maecken?’ (blz. 34). Ook van vrouwen gebruikt: ‘De meisjes lopen als niets beduidende jolen uit en in, en lijden dikwijls overlast’ (Sara Burgerhart2, II, 560).
r. 46. dus liep zij 't alphabet dóór - zo ging zij in gedachte de lange rij van haar aanbidders langs.
r. 51. Bij slot - kortom; om het in ééns te zeggen. Vgl. bij slot van rekening.
r. 52. de walg steken - walgen (van iets).
r. 53. Vokaal en Kouzonant. Goede en minder goede partijen. Vgl. 44-46.
r. 54. zelve vrijend - zelf naar een man hengelend. De hoofdtoon van deze regel valt op werd.
r. 56. Lijfknecht - lakei, bediende, die zich gewoonlijk in de onmiddellijke nabijheid van zijn heer of dame bevindt. Zie vooral T. en L. I, 175. Hofje - Gesticht voor oude mensen, gewoonlijk oude vrouwen, die er kalm hun leven slijten. Hofjes zijn particuliere instellingen; de plaatsen worden ‘begeven’ door de bestuurders, of wel men koopt zich in.
r. 62. Yemen. Natuurlijk kwam de wonderdokter van vèrre.
r. 66. Eskulaap, de zoon van Apollo, was de god der geneeskunde. Dikwijls metonymies gebruikt voor dokter.
r. 67. Kosmetiek - middel om de huid (of het haar) mooier te maken.
r. 68. Pokputtronies - pokdalige gezichten.
r. 69. kraam - opgeslagen houten winkel.
r. 71, 72. In een oogwenk was een monnik met kaalgeschoren kruin even langharig als Davids zoon Absalon (die, vluchtende voor het leger van zijn vader, met zijn haren in de takken der boomen verward raakte). - Pater Steven staat hier voor ‘de een of andere’ monnik.
r. 74. ten hoogen hemel droeg - hemelhoog deed vereren, wereldberoemd maakte. een geest - een fijne, vluchtige vloeistof.
r. 78. Middelzee - Middellandsche Zee.
Erftante - rijke, oude, ongehuwde tante, op wie neefjes en nichtjes nu en dan hoopvolle blikken slaan.
r. 83. vóór den nacht - eer nog de nacht van diezelfde dag gevallen is.
r. 84. dozis - hoeveelheid; vooral gebruikt van artsenijen.