| |
De Ongevallenregeling
(G.B. 1947 No. 145, gewijzigd bij G.B. 1949 No. 90 en G.B. 1950 No. 62).
Algemeen.
Welke zijn de verschillende definities in deze verordening voorkomende? In deze verordening wordt verstaan:
onder onderneming: ene onderneming waarin een uitkeringsplichtig bedrijf wordt uitgeoefend.
onder uitkeringsplichtig bedrijf: ieder bedrijf, voor zover het niet bij deze verordening van de uitkeringsplicht is vrijgesteld.
| |
| |
onder werkgever: ieder natuurlijk of rechtspersoon, die anderen in zijn dienst heeft voor de uitoefening van een uitkeringsplichtig bedrijf.
Voor de toepassing dezer verordening wordt voorzoveel betreft de werkgever, die zijn bedrijf in Suriname uitoefent, doch wiens onderneming buiten Suriname gevestigd is, naast de werkgever diens vertegenwoordiger of agent in Suriname als zodanig aangemerkt.
Het Gouvernement van Suriname, de Nederlandse Regering en de burgerlijke en militaire autoriteiten van vreemde Mogendheden worden, indien zij werkzaamheden in eigen beheer doen verrichten, welke overeenkomen met die in een uitkeringsplichtig bedrijf, ten aanzien dier werkzaamheden als werkgever beschouwd.
onder arbeider: ieder die in dienst van een werkgever in diens onderneming, in een uitkeringsplichtig bedrijf of, wanneer het Gouvernement van Suriname, de Nederlandse Regering of de burgerlijke of militaire autoriteiten van vreemde Mogendheden als werkgever zijn aan te merken, in dienst van genoemde instanties, tegen loon werkzaam is.
Voor de toepassing dezer verordening worden, hoewel zij in verband met hun opleiding geen loon ontvangen, mede als arbeiders beschouwd volontairs, leerlingen en dergelijke personen.
Voor de toepassing dezer verordening worden niet als arbeiders beschouwd thuiswerkers, behalve zij, die arbeiden met bij besluit van de Gouverneur als gevaarlijk te beschouwen stoffen, evenmin de ouders, echtgenote en inwonende kinderen van de werkgever, die uitsluitend voor zijn rekening arbeid verrichten.
onder loon: elke uitkering, welke de arbeider als vergoeding voor zijn arbeid van de werkgever ontvangt. Indien het loon geheel of gedeeltelijk bestaat in huisvesting, verstrekkingen in natura of wel in beide, wordt de geldswaarde daarvan geschat.
Voor de toepassing dezer verordening gelden als loon tevens fooien of andere ontvangsten van derden welke verband houden met ten behoeve van de werkgever verrichte arbeid.
Ten aanzien van volontairs, leerlingen en dergelijke personen wordt als loon aangenomen het minimumloon, dat een betaalde arbeider in hetzelfde bedrijf voor dezelfde of nagenoeg dezelfde werkzaamheden geniet.
onder dagloon: het loon, dat de arbeider, toen het ongeval hem trof, gemiddeld per dag verdiende in de onderneming, waarin het ongeval plaats vond. Indien het loon is vastgesteld op een vast bedrag per uur, per week of per maand, wordt dit bedrag voor de berekening van het dagloon onderscheidenlijk vermenigvuldigd met het aantal uren waarin de arbeider gemiddeld per dag in de onderneming werkte, dan wel gedeeld door 6 of 30.
Indien de arbeider slechts bij tussenpozen in de onderneming werkzaam is, wordt het dagloon geacht gelijk te zijn aan hetgeen soortgelijke arbeiders gedurende een jaar gemiddeld plegen te verdienen, gedeeld door 312.
| |
Wie wordt geacht werkgever te zijn, in het geval van aanneming van werk?
| |
| |
Indien de aannemer zelf een uitkeringsplichtig bedrijf uitoefent, wordt hij geacht werkgever te zijn.
Indien de aannemer niet aangemerkt kan worden zelf een uitkeringsplichtig bedrijf uit te oefenen, wordt degene van wie het werk is aangenomen - de aanbesteder - als werkgever beschouwd. De aannemer en de personen door wie hij zich bij het verrichten van de arbeid laat bijstaan, worden dan geacht in dienst van de aanbesteder te zijn.
| |
Is deze verordening ook van toepassing op een in Suriname gevestigde onderneming, die het bedrijf in het buitenland uitoefent?
De bepalingen dezer verordening zijn ook van toepassing:
a. | op de werkgever, wiens onderneming in Suriname gevestigd is, voorzoveel hij zijn bedrijf in het buitenland uitoefent, ten aanzien van de arbeider, die hij daarvoor gebruikt, zo deze zijn woonplaats in Suriname heeft; |
b. | op de onder a bedoelde arbeider, die in het buitenland door een ongeval wordt getroffen. |
Indien de arbeider dan wel diens nagelaten betrekkingen rechten zouden kunnen ontlenen zowel aan het bij deze verordening bepaalde als aan een buitenlandse wettelijke ongevallenregeling, hebben zij de keus tussen de rechten uit de ene of de andere regeling. Deze keus moet door hen binnen 1 maand na het ongeval (overlijden) schriftelijk ter kennis van de werkgever worden gebracht, bij gebreke waarvan de in Suriname geldende regeling van toepassing is.
Op een arbeider of diens nagelaten betrekkingen die een uitkering genieten krachtens een buitenlandse ongevallenregeling, is het bij deze verordening bepaalde niet van toepassing.
| |
De uitkeringsplicht.
Welke bedrijven zijn uitkeringsplichtig?
Uitkeringsplichtig zijn alle bedrijven, uitgezonderd de bedrijven van landbouw, veehouderij, tuinbouw en bosbouw.
Indien echter in een bedrijf dat ingevolge het hier bepaalde niet uitkeringsplichtig is, mede werkzaamheden worden verricht, overeenkomende met die in een uitkeringsplichtig bedrijf, wordt het, doch uitsluitend ten aanzien van die werkzaamheden, beschouwd als een uitkeringsplichtig bedrijf, met alle gevolgen van dien.
| |
Tegenover welke personen is de werkgever uitkeringsplichtig?
De werkgever is tot schadeloosstelling verplicht:
a. | jegens de arbeider indien hem in het bedrijf van de werkgever in verband met zijn dienstbetrekking een ongeval overkomt. Als zodanig wordt niet beschouwd een ongeval hem overkomen, als rechtstreeks gevolg van gewelddadigheden in een gewapend conflict, waarin het Rijk al of niet als partij is betrokken; |
b. | jegens de nagelaten betrekkingen van de arbeider die tengevolge van een ongeval als vorenbedoeld is overleden. |
| |
| |
| |
In welke gevallen wordt de uitkeringsplicht van de werkgever opgeheven?
De werkgever is niet tot schadeloosstelling verplicht:
a. | indien het ongeval aan opzet van de arbeider te wijten is; |
b. | indien het ongeval te wijten is aan dronkenschap van of het gebruik van bedwelmende middelen door de arbeider, mits de werkgever aannemelijk maakt dat hij of degene die hem vertegenwoordigt, geen kennis droeg van de dronkenschap of van het feit dat de arbeider onder invloed verkeerde van bedwelmende middelen. |
Jegens degene der nagelaten betrekkingen, die het aan de arbeider overkomen ongeval opzettelijk of onder invloed van sterke drank of bedwelmende middelen heeft veroorzaakt, is de werkgever tot generlei schadeloosstelling verplicht.
| |
De schadeloosstelling.
Tot welke schadeloosstelling is de werkgever verplicht?
De schadeloosstelling bestaat uit:
a. | geneeskundige behandeling en verpleging, genees- en verbandmiddelen en vervoer in verband met het ongeval, |
zulks totdat door de behandelende geneesheer is kennis gegeven dat de arbeider niet of niet meer arbeidsongeschikt is.
Onder vrije geneeskundige behandeling en verpleging wordt verstaan het geneeskundig onderzoeken van de patiënt, geneeskundige behandeling in haar volle omvang, verpleging en/of observatie in een daartoe geschikte ziekeninrichting, zomede specialistische behandeling voor zover deze in de nabijheid waar de patiënt verblijft, te verkrijgen is.
Opname in een ziekeninrichting geschiedt in de 3e klasse, voor zover er 3 of meer klassen zijn. Indien de arbeider in een hogere klasse wenst te worden opgenomen, komen de meerdere kosten uitsluitend te zijnen laste.
b. | begrafeniskosten ingeval van overlijden van de arbeider tengevolge van het ongeval, tot een bedrag van 30 maal het dagloon met een maximum van f 90. -. |
| |
c. | een uitkering in geld, berekend naar het dagloon van de arbeider, met dien verstande dat wanneer het dagloon meer dan f 8, - bedraagt, het meerdere voor de vaststelling van de uitkering niet in aanmerking komt. |
| |
Zijn volontairs, leerlingen en dergelijke personen bij ongeval ook tot een uitkering in geld gerechtigd?
Ten aanzien van volontairs, leerlingen en dergelijke personen is de uitkering in geld alleen verschuldigd ingeval van blijvende gehele of gedeeltelijke arbeidsongeschiktheid.
| |
Van wiens uitspraak is het recht op schadeloosstelling afhankelijk?
Van de uitspraak van de behandelende geneesheer. Zodra deze bevindt:
a. | dat de arbeider niet of niet meer arbeidsongeschikt is; |
| |
| |
b. | dat de arbeider geheel of gedeeltelijk arbeidsongeschikt is, tijdelijk of wel blijvend; |
geeft hij daarvan schriftelijk kennis aan de arbeider en aan de werkgever (verzekeringsinstelling).
Tegen de uitspraak van de behandelende geneesheer bestaat binnen 1 maand beroep op een door de Gouverneur benoemde Commissie. Het beroep geschiedt schriftelijk en is gericht te Paramaribo aan de Directeur van Sociale Zaken en in de andere districten aan de betrokken Districts Commissaris. Deze zendt het beroepschrift onmiddellijk door aan genoemde Directeur.
De Commissie beslist zo spoedig mogelijk, partijen en de geneeskundige mondeling of schriftelijk gehoord, bij gemotiveerde uitspraak in hoogste instantie.
| |
Hoe lang wordt de uitkering in geld genoten?
De uitkering in geld wordt genoten onafhankelijk van de voortduring der dienstbetrekking, en uitgekeerd over iedere dag dat de gehele of gedeeltelijke arbeidsongeschiktheid duurt.
Indien het loon per uur, dag of week werd vastgesteld, wordt over Zon- en feestdagen geen uitkering genoten.
De uitkering gaat in op de dag ná het ongeval.
Geen uitkering wordt genoten indien de arbeidsongeschiktheid, te rekenen van de dag na het ongeval, niet langer dan 2 dagen duurt.
| |
Hoeveel bedraagt de uitkering in geld ten aanzien van de arbeider zelf?
De uitkering in geld bedraagt voor de arbeider:
a. | bij tijdelijke of blijvende algehele arbeidsongeschiktheid, 70% van zijn dagloon. |
b. | bij tijdelijke of blijvende gedeeltelijke arbeidsongeschiktheid, een in verhouding tot de verloren geschiktheid tot werken staand deel van 70% van zijn dagloon, berekend volgens het invaliditeitspercentage. Volgens deze berekening bedraagt de aan de arbeider toekomende uitkering: |
bij verlies van: |
|
|
beide ogen |
70% van zijn dagloon |
een oog |
21% van zijn dagloon |
het gehoorvermogen van beide oren |
28% van zijn dagloon |
het gehoorvermogen van een oor |
7% van zijn dagloon |
een been |
38.5% van zijn dagloon |
een voet |
35% van zijn dagloon |
een der grote tenen |
3.5% van zijn dagloon |
een der andere tenen |
2.1% van zijn dagloon |
bij rechtse personen: |
|
de rechterarm vanaf het schoudergewricht |
52.5% van zijn dagloon |
de linkerarm vanaf het schoudergewricht |
49% van zijn dagloon |
de rechterarm vanaf of boven het ellebooggewricht |
45.5% van zijn dagloon |
de linkerarm vanaf of boven het ellebooggewricht |
42% van zijn dagloon |
| |
| |
de rechterhand vanaf of boven het polsgewricht |
42% van zijn dagloon |
de linkerhand vanaf of boven het polsgewricht |
38.5% van zijn dagloon |
de duim der rechterhand |
14% van zijn dagloon |
de duim der linkerhand |
13.6% van zijn dagloon |
de wijsvinger der rechterhand |
10.5% van zijn dagloon |
de wijsvinger der linkerhand |
8.4% van zijn dagloon |
een der andere vingers van de rechterhand |
5.6% van zijn dagloon |
een der andere vingers van de linkerhand |
4.2% van zijn dagloon |
Voor linkse personen worden bij verlies van een arm, hand of vinger, de aanduidingen ‘rechter’ en ‘linker’ in bovenstaande tabel verwisseld.
Bij gelijktijdig verlies van verschillende lichaamsdelen worden de verschillende percentages bij elkander opgeteld, doch slechts tot een maximum van 70%.
| |
Hoeveel bedraagt de uitkering in geld ten aanzien van de nagelaten betrekkingen van de overleden arbeider?
De uitkering in geld bedraagt per dag:
a. | voor de vrouw met wie de arbeider ten tijde van het ongeval gehuwd was of van wie hij gescheiden was doch in wier levensonderhoud hij moest voorzien: 25% van het dagloon van de overledene.
De vrouw heeft recht op de uitkering tot haar opvolgend huwelijk. Bij het aangaan van dit huwelijk ontvangt zij een bedrag ineens van 2 maal hare uitkering over 1 jaar. |
b. | voor de wettige, gewettigde of ten tijde van het ongeval wettelijk erkende natuurlijke kinderen: elk kind, tot zijn voleindigde 15e jaar mits ongehuwd, 7½% van het dagloon van de overledene.
Indien het kind ouderloos is, wordt deze uitkering gesteld op 12½%. |
c. | voor de ouders, indien de arbeider hun kostwinner was: zoveel als de overledene in de regel tot hun levensonderhoud bijdroeg, doch niet meer dan 25% van het dagloon van de overledene. |
Deze uitkering wordt genoten tot de dood van de langstlevende.
De hiervermelde uitkeringen aan de nagelaten betrekkingen zullen tezamen niet meer bedragen dan 40% van het dagloon van de overledene.
Ouders zullen alleen een uitkering ontvangen, indien vrouw en kinderen hun volle uitkering hebben ontvangen.
Indien vrouw en kinderen tezamen, of kinderen tezamen, op een hogere uitkering dan 40% van het dagloon recht zouden hebben, zal de uitkering waarop ieder hunner recht zou hebben een evenredige vermindering ondergaan.
| |
Wanneer en aan wie vindt de uitbetaling van de uitkeringen plaats?
De uitkeringen geschieden op de tijdstippen en ter plaatse als gebruikelijk voor de uitbetaling van het loon, aan de tot uitkering gerechtigden of hunne gemachtigden, en zoveel betreft de kinderen aan de voogd.
| |
Bestaat de mogelijkheid de uitkering per dag om te zetten in een uitkering ineens?
| |
| |
De uitkering kan, ter uitsluitende beoordeling van een door de Gouverneur benoemde Commissie, op verzoek van een der partijen worden omgezet in een uitkering ineens, welke bedraagt:
voor de arbeider:
a. | bij blijvende algehele arbeidsongeschiktheid 936 maal zijn volle vroegere dagloon. |
b. | bij blijvende gedeeltelijke arbeidsongeschiktheid 936 maal de vastgestelde invaliditeitsuitkering per dag. |
voor de nagelaten betrekkingen: gezamenlijk 936 maal het volle vroegere dagloon, met dien verstande dat ieder van hen gerechtigd is tot zijn evenredig deel.
Noot: Tussen de Directeur van Sociale Zaken en de betrokken Verzekeringsinstellingen is overeengekomen dat de hierbedoelde uitkeringen ineens zullen worden verhoogd tot maximaal het dubbele.
Alle uitkeringen ineens, behalve die aan de vrouw bij hertrouwen, worden verminderd met hetgeen reeds aan uitkeringen per dag is uitbetaald.
| |
Blijft de arbeider zijn recht op uitkering behouden indien hij wederom betaalde arbeid verricht?
Indien de invalide arbeider in dienst van de werkgever blijft tegen het vroegere loon, dan wordt de uitkering gedurende de tijd dier dienstbetrekking opgeschort.
Blijft hij in dienst tegen een lager loon, dan wordt de uitkering gedurende de tijd der dienstbetrekking verminderd met het bedrag waarmede loon (pensioen) en uitkering samen het vroegere loon zouden te boven gaan.
Op dezelfde wijze wordt gehandeld indien de arbeider na het ongeval bij een andere werkgever betaalde arbeid verricht.
| |
Blijft het recht op uitkering bestaan indien de tot uitkering gerechtigden zich buiten Suriname vestigen?
De arbeider, geen Nederlander zijnde, en diens nagelaten betrekkingen verliezen alle hun krachtens deze verordening toekomende rechten, zodra zij zich buiten Suriname vestigen. Indien zij echter recht hebben op een uitkering per dag, wordt deze omgezet in een uitkering ineens als daar omschreven.
De arbeider die een uitkering geniet, mag binnen 3 jaar na het ongeval Suriname niet verlaten zonder toestemming van de werkgever, op straffe van verlies van het recht op geneeskundige behandeling en verpleging en op uitkering.
| |
Blijft de arbeider zijn rechten behouden indien hij zich aan geneeskundige behandeling onttrekt, of zijn genezing belemmerd?
Neen. Op straffe van verlies van het recht op uitkering en verdere geneeskundige behandeling en verpleging is de arbeider verplicht te allen tijde na een ongeval:
a. | onderzoek en/of behandeling door een door de werkgever (verzekerings- |
| |
| |
| instelling) daartoe aangewezen deskundige toe te staan, zulks op tijd en plaats daartoe door de werkgever (verzekeringsinstelling) aangewezen; |
b. | de voorschriften van die geneeskundige op te volgen en intussen - behoudens in geval van een nieuwe, niet in verband met het ongeval staande ziekte - geen andere geneeskundige behandeling daarnaast te doen verrichten. |
Het vorenstaande geldt niet:
1o. | indien bij blijvende gehele of gedeeltelijke arbeidsongeschiktheid langer dan 3 jaren na het ongeval zijn verlopen; |
2o. | indien de werkgever aan de arbeider toestemming heeft verleend Suriname te verlaten; |
3o. | indien de uitkering per dag omgezet is in een uitkering ineens. |
Het recht op uitkering en verdere geneeskundige behandeling en verpleging vervalt, indien de arbeider zich schuldig maakt aan gedragingen, waardoor zijn genezing wordt belemmerd.
Alle geschillen, voortvloeiende uit het hier bepaalde, worden op verzoek van de meest gerede partij beslecht door een door de Gouverneur benoemde Commissie.
| |
Door wie wordt de schadeloosstelling vastgesteld?
Zo spoedig mogelijk na het ongeval stelt de werkgever (verzekeringsinstelling) in overeenstemming met het bepaalde omtrent het percentage van arbeidsongeschiktheid, vast, waartoe de arbeider, of bij overlijden de nagelaten betrekkingen, gerechtigd zijn en houdt daarvan alsmede van de voldoening aantekening in het ongevallenregister.
In alle gevallen waarin partijen niet tot overeenstemming kunnen komen omtrent het percentage der arbeidsongeschiktheid, zal de vaststelling daarvan, op verzoek van de meest gerede partij, geschieden door een door de Gouverneur benoemde Commissie.
| |
Heeft de Overheid de bevoegdheid de grootte der schadeloosstelling te controleren?
Ja. De Directeur van Sociale Zaken of de betrokken Districts Commissaris heeft het recht de grootte der schadeloosstelling te controleren en daarop aanmerking te maken.
Indien belanghebbenden niet tot overeenstemming komen, wordt op verzoek van de meest gerede partij of de hierbedoelde ambtenaren door de Gouverneur een Commissie van 3 personen benoemd, welke als bemiddelaarster optreedt.
| |
Zijn de arbeider of diens nagelaten betrekkingen verplicht genoegen te nemen met de uiteindelijke beslissing van de werkgever?
Neen. De arbeider of diens nagelaten betrekkingen die geen genoegen nemen met de uiteindelijke beslissing van de werkgever omtrent de grootte der schadeloosstelling, kunnen hun aanspraken op de gewone wijze doen gelden bij de rechter.
| |
| |
| |
Kan een uitkering op een lager bedrag worden vastgesteld dan waarop het invaliditeitspercentage recht zou geven?
Ja. De schadeloosstelling kan op vordering van de werkgever (verzekeringsinstelling) door de rechter op een lager bedrag worden vastgesteld dan waarop de graad van ongeschiktheid recht zou geven, indien het ongeval aan grove schuld van de arbeider te wijten is.
| |
Doet de arbeider afstand van eventuele rechten, door het in ontvangst nemen van een door de werkgever vastgestelde uitkering?
Neen. De arbeider of diens nagelaten betrekkingen worden door het ontvangen ener door de werkgever (verzekeringsinstelling) vastgestelde uitkering niet geacht hun rechten op het eventueel meerdere hun toekomende te hebben prijs gegeven of daarvan afstand te hebben gedaan.
| |
Kan een eenmaal vastgestelde uitkering worden herzien?
Ja. Zowel de werkgever (verzekeringsinstelling) als de arbeider kunnen, indien blijvende arbeidsongeschiktheid is aangenomen, binnen 3 jaar na het ongeval vorderen, dat een eenmaal vastgestelde uitkering wordt herzien op grond dat de ongeschiktheidsgraad is gewijzigd of onjuist is gewaardeerd.
Indien een uitkering ineens is geschied, kan de vordering tot herziening alleen op een hogere ongeschiktheidsgraad dan aangenomen werd, worden gegrond.
Wijziging van de ongeschiktheidsgraad zal geen verhoging der uitkering tengevolge kunnen hebben, indien de wijziging een gevolg is van opzet of grove schuld van de arbeider, of van een nieuw hem overkomen ongeval, tenzij dit ongeval hem is overkomen in dienst van dezelfde werkgever.
| |
Is beslag op de uitkeringen of inpandgeving daarvan toegestaan?
De uitkeringen zijn onvervreemdbaar, niet vatbaar voor verpanding of belening, evenmin voor executoriaal of conservatoir beslag, noch voor faillissementsbeslag, behalve tot verhaal van het verschuldigde wegens levering van levensbehoeften verstrekt aan degenen, tegen wie het beslag wordt gedaan, en tot verhaal van onderhoud waartoe degene die de uitkering geniet, bij de Wet gehouden is.
Het vorenstaande geldt niet ten aanzien van de Surinaamse Volkscredietbank.
| |
De verzekering van het risico.
Mag de werkgever het risico, uit deze verordening voor hem voortvloeiende, zelf dragen?
Neen. De werkgever is verplicht het voor hem uit deze verordening voortvloeiende risico te verzekeren bij een verzekeringsbedrijf, dat naar het oordeel van de Gouverneur voldoende solied is, tegen een door de Gouverneur bij besluit vast te stellen premie.
| |
Welke zijn de gevolgen voor de werkgever die zijn onderneming niet verzekert?
| |
| |
Indien de werkgever in gebreke blijft zijn bedrijf te verzekeren, kan dit op bevel van de Gouverneur worden gesloten of stopgezet.
| |
Welke zijn de gevolgen van het bestaan ener verzekering?
Het bestaan ener verzekering brengt mede:
a. | dat de rechthebbenden de schadeloosstelling waarop zij aanspraak maken rechtstreeks van de verzekeringsinstelling kunnen vorderen; |
b. | dat de verzekeringsinstelling de uitkering rechtstreeks aan de rechthebbenden kan uitbetalen, desverlangd na legitimatie; |
c. | dat de rechten welke aan de verzekerde werkgever bij deze verordening zijn toegekend, uitsluitend door de verzekeringsinstelling kunnen worden uitgeoefend. |
| |
De aangifte en het onderzoek der ongevallen.
Hoe moet gehandeld worden indien zich een ongeval voordoet?
Geneeskundige hulp. Indien aan een arbeider een ongeval overkomt, is de werkgever en degene die hem ter plaatse van het ongeval vertegenwoordigt, verplicht te zorgen dat er geneeskundige hulp wordt verleend.
Aangifte. Indien de arbeider tengevolge van het ongeval langer dan 24 uur zijn normale werkzaamheden niet heeft verricht, is de werkgever verplicht van het ongeval aangifte te doen binnen 2 maal 24 uur na het ongeval. De aangifte geschiedt op een door de Gouverneur vastgesteld formulier en wordt gericht te Paramaribo aan de Directeur van Sociale Zaken en in de districten aan de Districts Commissaris, die de aangifte onmiddellijk doorzendt aan voornoemde Directeur.
De aangifte draagt de ondertekening van de werkgever en van de geneeskundige.
De geneeskundige vermeldt in de aangifte:
a. | het tijdstip waarop hij de eerste hulp verleende; |
b. | zijn oordeel omtrent de tijd gedurende welke de arbeider vermoedelijk geheel of gedeeltelijk arbeidsongeschikt zal zijn; |
c. | zijn oordeel omtrent de aard van het letsel. |
Indien de geneeskundige het laatstgenoemd oordeel niet in de aangifte vermeldt, is hij verplicht zulks binnen 24 uur nadat hij de eerste hulp verleende,, schriftelijk aan de hier genoemde ambtenaren mede te delen.
Ongevallenregister. De werkgever is verplicht een ongevallenregister aan te houden, waarin worden aangetekend:
a. | plaats, tijd en oorzaak van het ongeval; |
b. | naam van de arbeider aan wie het ongeval is overkomen; |
c. | naam van de geneeskundige die de eerste hulp verleende; |
d. | naam van de geneeskundige, onder wiens behandeling de arbeider daarna is geweest; |
| |
| |
e. | eventuele getuigen; |
f. | de vastgestelde schadeloosstelling en de voldoening daarvan; |
g. | de gedane uitkeringen ineens; |
h. | eventuele andere gegevens die van belang kunnen zijn. |
| |
Heeft de Overheid de bevoegdheid bij een ongeval een onderzoek in te stellen?
Ja. Wanneer van Gouvernementswege een onderzoek nodig wordt geacht, wordt dit verricht door of vanwege de Directeur van Sociale Zaken of in de districten door de Districts Commissaris. Deze zendt het procesverbaal van zijn onderzoek ten spoedigste aan voornoemde Directeur.
De hierbedoelde ambtenaren kunnen zich bij het onderzoek doen voorlichten door een of meer deskundigen.
Zij zijn bevoegd het onderzoek in te stellen ook zonder dat zij de voorgeschreven aangifte van het ongeval hebben ontvangen.
| |
Beroepsziekten.
Welke beroepsziekten worden met ongevallen gelijkgesteld?
Voor de toepassing van deze verordening worden met ongevallen gelijkgesteld de hierna vermelde ziekten, wanneer deze zich bij de arbeider openbaren:
a. | gedurende de dienstbetrekking, of |
b. | binnen de hierna genoemde aansprakelijkheidstermijn nà het beëindigen der dienstbetrekking. |
De ziekte wordt immer geacht verband te houden met de dienstbetrekking, tenzij het tegendeel blijkt.
Indien de arbeider na het beëindigen der dienstbetrekking achtereenvolgens in meer dan een dienstbetrekking dezelfde werkzaamheden heeft verricht, is de hierna vermelde werkgever aansprakelijk.
| |
Loodvergiftiging.
Vergiftiging door lood of loodhoudende stoffen met de onmiddellijke gevolgen van die vergiftiging, wanneer zij zich openbaart bij arbeiders in bedrijven, waarin werkzaamheden worden verricht, waarbij wordt omgegaan met lood of loodhoudende stoffen.
Aansprakelijkheidstermijn:
voorlaatste werkgever, gedurende 2 maanden na het beëindigen der dienstbetrekking;
laatste werkgever, gedurende 1 jaar na het beëindigen der dienstbetrekking.
| |
Kwikvergiftiging.
Vergiftiging door kwik of kwikhoudende stoffen met de onmiddellijke gevolgen van die vergiftiging, wanneer zij zich openbaart bij arbeiders in bedrijven, waarin werkzaamheden worden verricht, waarbij wordt omgegaan met kwik of kwikhoudende stoffen.
| |
| |
Aansprakelijkheidstermijn:
voorlaatste werkgever, gedurende 1 maand na het beëindigen der dienstbetrekking;
laatste werkgever, gedurende 1 jaar na het beëindigen der dienstbetrekking.
| |
Miltvuur.
Wanneer dit zich openbaart bij arbeiders in bedrijven waarin werkzaamheden worden verricht, waarbij wordt omgegaan met aan miltvuur lijdende dieren of met van die dieren afkomstige bestanddelen of met goederen, besmet door die dieren of door van die dieren afkomstige bestanddelen.
Aansprakelijkheidstermijn:
alleen de laatste werkgever, gedurende 14 dagen na het beëindigen der dienstbetrekking.
| |
Koolmonoxy de vergiftiging.
Wanneer deze zich openbaart bij arbeiders in gasbedrijven, garages of steenbakkerijen.
Aansprakelijkheidstermijn:
alleen de laatste werkgever, gedurende 1 dag na het beëindigen der dienstbetrekking.
| |
Bakkersexceem.
Wanneer dit zich openbaart bij arbeiders in bakkerijen.
Aansprakelijkheidstermijn:
alleen de laatste werkgever, gedurende 14 dagen na het beëindigen der dienstbetrekking.
| |
Metylchloridevergiftiging.
Wanneer deze zich openbaart bij arbeiders in bedrijven, waarin werkzaamheden worden verricht in of aan koelinrichtingen, vriesapparaten, koelapparaten of ijskasten.
Aansprakelijkheidstermijn:
alleen de laatste werkgever, gedurende 7 dagen na het beëindigen der dienstbetrekking.
| |
Tin- en zinkvergiftiging.
Wanneer deze zich openbaart bij arbeiders in bedrijven, waarin werkzaamheden worden verricht met autogeenlasapparaten.
Aansprakelijkheidstermijn:
voorlaatste werkgever, gedurende 1 maand na het beëindigen der dienstbetrekking;
laatste werkgever, gedurende 6 maanden na het beëindigen der dienstbetrekking.
| |
Silicose
Silicose, met of zonder longtuberculose, voor zover die silicose een be- | |
| |
slissende oorzaak is van de arbeidsongeschiktheid of van de dood, wanneer de silicose zich openbaart bij arbeiders in het mijnbouwbedrijf, steenbedrijven of metselbedrijven, indien redelijkerwijze kan worden aangenomen, dat de arbeiders aan de schadelijke inwerking van steenstof zijn blootgesteld geweest.
Aansprakelijkheidstermijn:
voorlaatste werkgever, gedurende 6 maanden na het beëindigen der dienstbetrekking;
laatste werkgever, gedurende 1 jaar na het beëindigen der dienstbetrekking.
| |
Bijzondere bepalingen.
Welke mededelingen is de werkgever verplicht te doen omtrent zijn bedrijf?
De werkgever is verplicht aangifte te doen te Paramaribo aan de Directeur van Sociale Zaken en in de districten aan de Districts Commissaris, van de plaats waar en de wijze waarop hij zijn bedrijf uitoefent. Deze leggen daarvan een lijst aan.
Hij is verplicht telkens binnen 1 maand aan voornoemde ambtenaren aangifte te doen van elke verandering in een en ander, zomede van staking van het bedrijf.
Bij gebreke van aangifte is de Directeur van Sociale Zaken bevoegd de werkgever ambtshalve op de lijst te plaatsen. In dat geval doet hij daarvan mededeling aan de werkgever. Er is beroep op de Gouverneur, die in hoogste instantie beslist.
Van elke overgang van een onderneming in andere handen doen zowel de oude als de nieuwe werkgever binnen 1 maand mededeling aan de vorenbedoelde ambtenaren.
| |
Kan de aansprakelijkheid van de werkgever bij overeenkomst worden beperkt of uitgesloten?
Neen. Ieder beding, dat de aansprakelijkheid van de werkgever ingevolge deze verordening uitsluit of vermindert, is nietig.
| |
Is de verantwoordelijkheid van de werkgever onbeperkt?
De burgerrechtelijke verantwoordelijkheid van de werkgever voor schade, welke de arbeider of diens nagelaten betrekkingen als gevolg van een ongeval lijdt, wordt in de gevallen waarin krachtens deze verordening een schadeloosstelling wordt verleend, opgeheven, behalve ten aanzien van de getroffene wiens dagloon meer dan f 8. - bedraagt, voor het meerdere.
Wordt echter het ongeval bewezen als te zijn veroorzaakt door misdrijf van de werkgever of van degene die hem vertegenwoordigt, dan is de werkgever in alle gevallen tenvolle aansprakelijk.
| |
Welke zijn de termijnen binnen welke vorderingen krachtens deze verordening moeten worden ingesteld?
Ieder vorderingsrecht krachtens de bepalingen dezer verordening vervalt - behoudens het hierna bepaalde - na verloop van 1 jaar na het ongeval of het overlijden van de arbeider dientengevolge.
| |
| |
In het geval er een Commissie is benoemd die als bemiddelaarster is opgetreden, geldt een termijn van 6 maanden na de mededeling van de Commissie dat een minnelijke schikking niet mogelijk is gebleken.
Voor vorderingen tot herziening van de eenmaal vastgestelde uitkering op grond dat de ongeschiktheidsgraad is gewijzigd of onjuist is gewaardeerd, blijft de termijn van 3 jaren na het ongeval gelden.
| |
Is elke burger verplicht desgevraagd inlichtingen omtrent een ongeval aan de Overheid te verstrekken?
Ja. Ieder is verplicht wanneer een ongeval heeft plaats gehad, of wanneer moet worden onderzocht of een ongeval heeft plaats gehad, alle daaromtrent verlangde inlichtingen te verstrekken aan de Directeur van Sociale Zaken of aan de betrokken Districts Commissaris, desverlangd binnen een door deze ambtenaren te stellen termijn.
| |
Wie zijn strafbaar onder de bepalingen van deze verordening?
Bij niet of niet tijdig nakomen van de op hen rustende verplichtingen ingevolge de bepalingen van deze verordening, zijn strafbaar:
a. | de werkgever; |
b. | degene die de werkgever ter plaatse van het ongeval vertegenwoordigt; |
c. | de geneeskundige. |
De bedreigde straf is hechtenis van ten hoogste 1 maand of geldboete van ten hoogste f 100. -.
Echter wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste 3 maanden of geldboete van ten hoogste f 300. - de werkgever die opzettelijk geen aangifte indient van een ongeval in zijn bedrijf, dan wel het ongevallenregister niet of onjuist invult.
Voorts wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste 1 jaar:
a. | hij die mondeling of schriftelijk, persoonlijk of door een bijzonder daartoe gemachtigde, opzettelijk omtrent een ongeval dat overkomen is of beweerd wordt overkomen te zijn aan een arbeider, of omtrent de gevolgen van een dergelijk ongeval, een valse verklaring aflegt aan de ambtenaren die ingevolge deze verordening tot het instellen van een onderzoek bevoegd zijn; |
b. | hij die door een der in artikel 49 sub. 2o. van het Surinaams Wetboek van Strafrecht vermelde middelen de arbeider of diens nagelaten betrekkingen opzettelijk beweegt geen gebruik te maken van een hun volgens deze verordening toekomend recht. |
|
|