De Vraagbaak. Almanak voor Suriname 1928
(1927)– [tijdschrift] Surinaamsche Almanak– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermdCijfers en andere gegevens omtrent zuigelingenvoeding.Ga naar voetnoot*)Borstvoeding van gezonde zuigelingen, 1e dag: Niet noodzakelijk; desnoods geve men gekookt water zonder suiker, | |||||||||||||||
[pagina 60]
| |||||||||||||||
1e week: Aantal maaltijden 6-8 per 24 uur.
Daarna; Alle 3 uur, zoo mogelijk alle 3½ à 4 uur. Bij voorkeur 's nachts niet. Een gezonde pasgeborene drinkt gemiddeld
en later ca. ⅙ van lichaamsgewicht (Budin). De hoeveelheid, die een normaal kind noodig heeft, kan men approximatief berekenen uit deze tafels:
| |||||||||||||||
Kunstmatige voeding.Bij gezonde zuigelingen komt daarvoor in aanmerking:
In de eerste 14 dagen een mengsel van
Na de 2e week
Na de 4e tot de 6e week
Vanaf de 4e maand toevoeging van meel, bv. 5-10 Gr, per dag.
Vanaf de 7e maand andere bijvoeging als griesmeel, bouillon, beschuit, vruchtensap. De hoeveelheden dezer mengsels, voor zoover zij gelijke voedingswaarde bezitten als de moedermelk, regele men naar de hoeveelheden moedermelk, die een gezond borstkind noodig heeft. | |||||||||||||||
[pagina 61]
| |||||||||||||||
Deze hoeveelheden zijn voor sommige kinderen te laag, zelden zullen ze, als de kinderen gezond zijn, te hoog zijn. Indien blijkt dat het kind niet genoeg voeding krijgt, kan men een kleine hoeveelheid, b.v. 50 gram per 24 uur, meer geven onder contrôle van de gezondheid. Maar zelden is meer dan 1 L vloeistof in 24 uur geoorloofd, of behoeft een kind een hooger percentage [⅔] melk te krijgen, voordat het 7 maanden is. In voedingswaarde ongeveer overeenkomende met moedermelk zijn; ⅔ melk+⅓ van 10% suikeroplossing. volle koemelk, karnemelk met 5% suiker en 15% meel.
In plaats van water, kan men als verdunningsvloeistof nemen een afkooksel van ryst of gort, [1 eetlepel rijst of gort laat men met 1 L. water 15 minuten koken, Daarna laat men het even bezinken en giet het rijstwater of gortwater af].
Voedingsmengsels voor meer of minder zieke zuigelingen zijn o.a.
Karnemelk met meel en suiker.
1 Liter karnemelk laat men onder gestadig roeren op zacht vuur met 1 kleine lepel rijstbloem [15 gram] en 1-2 eetlepel suiker [30-60 gram] 10 minuten doorkoken, waarna men met gekookt water aanvult tot 1 Liter. Voor zieke kinderen en pasgeborenen neemt men vaak, een maltose praeparaat 30-40 gr. per L. [Nutricia's Voedingsuiker, Soxhiet's Nährzucker Lötlund's Nährmaltose]. Karnemelk is ook gecondenseerd en ingedampt te krijgen, [Gebruiksaanwijzing op de bus]
Mary's Groentenbouillon [Gebruikt als intermedair diëet, tusschen het waterdieët en de wedertoediening van voedsel,
Bouillon ½-1 ons fijn gesneden vleesch 3 uur wegzetten m t ¼ L, water en dan ½ uur op zacht vuur laten trekken. Hierna wordt met gekookt water weer tot ¼ L aangevuld en even opgekookt. | |||||||||||||||
[pagina 62]
| |||||||||||||||
Groenten worden zeer fijn verdeeld, met weinig water opgezet. Alle vocht late men op de groenten verkoken. Niet afgieten. |
|