de betekenis van de katholieke jezuïetenuniversiteit aan het begin van het nieuwe millennium, als over de mogelijkheden voor een dergelijke instelling in de toekomst. Er wordt geprobeerd zo veel mogelijk stafleden bij deze lunchdiscussies te betrekken. Zij gaan over onderwerpen als: ‘Het karakter van Boston College als jezuïetenuniversiteit’; ‘De gevolgen van het dalend aantal jezuïeten aan de universiteit’; ‘De veranderingen die zich aandienen in de komende vijftien jaar’; en ‘De pogingen om een visie te laten voortbestaan die inspiratie biedt aan Boston College’. Tussen de vijftig en honderd stafleden en bestuurders nemen elk jaar aan deze colloquia deel.
Ten slotte is een universiteit een plaats waar wetenschappers nieuwe kennis scheppen en laten doordringen, en de vitaliteit van een universiteit hangt af van het onderzoek en de wetenschap die zij voedt. Vandaar dat het Institute een scala van werken, boeken, films en muzikale composities heeft aangemoedigd, ondersteund en zelfs gesponsord. Wetenschappers en ‘fellows’ van het Institute hebben de volgende boeken laten verschijnen: ‘Kapitalisme en het morele leven’ door Johan Langan S.J.; ‘Tienduizend plaatsen: het dogma in een pluralistische kerk’ door Paul Crowley S.J.; ‘De jezuïeten: cultuur, wetenschap en kunst, 1540-1773’, 2 delen, uitgegeven door Gauvin Bailey, Steven Harris, Frank Kennedy S.J. en John O'Malley S.J.; ‘De katholieke universiteit als belofte en project: reflecties in jezuïetenjargon’ door Michael Buckley S.J.; en ‘Tussen renaissance en barok: jezuïetenkunst in Rome, 1550-1610’ door Gauvin Bailey; ‘Jezuïeten en de schone kunsten’, uitgegeven door John O'Malley S.J. en Gauvin Bailey. Ook is het Institute medesponsor geweest van filmdocumentaires die werden geproduceerd door staflid John Michalczyk: ‘Het kruis en de ster: geloof en de holocaust’; ‘In de schaduw van de esculaap: de ethiek van nazi-geneeskunde’; ‘Uit de as: Noord-Ierlands broze vrede’ en ‘Het dilemma van december: de kribbe, de “dreidle” en de ster’. Het Institute heeft de opdracht gegeven tot enkele muzikale composities, zoals ‘God hier in ons midden’ door Christopher Willcock S.J., en ‘Mis voor het Heilig Jaar 2000’ door Thomas Oboe Lee. Naast deze muzikale opdrachten heeft het Institute de productie en opname van vier jezuïetenopera's uit de barok ondersteund; één ervan, San Ignacio, is in maart 2006 in Rome opgevoerd
als onderdeel van het jezuïetenjubileum.
Het werk van het Jesuit Institute heeft een brede basis, geheel overeenkomstig de visie van Ignatius: ‘God vinden in alle dingen’. Terwijl het Institute voelbaar aanwezig is in het intellectuele apostolaat en zijn werk voortzet in het hoger onderwijs, wordt er binnen het katholieke intellectuele milieu om méér gevraagd. Het Jesuit Institute is vastbesloten aan die behoefte te beantwoorden.
Vertaling uit het Engels: Paul Begheyn