Streven. Jaargang 13
(1945-1946)– [tijdschrift] Streven [1933-1947]– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd
[pagina 208]
| |||||||||||||||
Internationale kroniek
| |||||||||||||||
I. De structuurDe voorstellen van Dumbarton Oaks werden te San Francisco merkelijk aangevuld en op verscheidene punten gewijzigd. Duidelijkheidshalve geven we hier een overzicht van het geheel. Het H.V.V.Ga naar voetnoot2. omvat iii artikelen (niet inbegrepen het statuut van het internationaal gerechtshof dat er 70 telt), en zou 35 bladzijden van dit tijdschrift beslaan. Het werd door meest al de regeeringen bekrachtigdGa naar voetnoot3.. Een eerste alge- | |||||||||||||||
[pagina 209]
| |||||||||||||||
meene vergadering der V.V. gaat door in Januari 1946. De zetel der V.V. zal in de Vereenigde Staten gevestigd zijn. | |||||||||||||||
Benaming.- De Vereenigde Naties is de benaming der internationale organisatie waarvan de beginselen in het Handvest zijn vastgelegd. | |||||||||||||||
Doeleinden.- De doeleinden der 'Vereenigde Naties' zijn:
| |||||||||||||||
Beginselen.- Bij het nastreven dier doeleinden zullen volgende beginselen worden in acht genomen:
| |||||||||||||||
Lidmaatschap.- Onderscheid wordt gemaakt tusschen:
Schorsing van een lid kan uitgesproken worden krachtens een beslissing volgens de zelfde proceduur getroffen. De Veiligheidsraad kan echter eigenmachtig een geschorst lid in zijn rechten en voorrechten herstellen. Uitsluiting van een lid kan worden beslist, bij voortdurende schending van de beginselen van het Handvest, door de Algemeene Vergadering op aanbeveling van den Veiligheidsraad. | |||||||||||||||
De Algemeene Vergadering.Samenstelling. - Al de leden van de V.V. maken deel uit van de Algemeene Vergadering en zetelen op volstrekten voet van gelijkheid. Zij beschikken over één stem. Stemmen. - Belangrijke vragen worden beslecht met de twee derden der stemmen. Voor bijkomstige zaken volstaat een eenvoudige meerderheid. Functies en bevoegdheden. - Kort samengevat komen ze neer op het volgende:
| |||||||||||||||
[pagina 210]
| |||||||||||||||
Procedure. - De Algemeene Vergadering zetelt regelmatig ééns per jaar. Zij houdt buitengewone zittingen telkens de omstandigheden zulks vereischen en wel op aanvraag van den Veiligheidsraad of van de meerderheid der leden. | |||||||||||||||
De Veiligheidsraad.Samenstelling. - De Veiligheidsraad bestaat slechts uit 11 leden, waarvan 5 bestendige: China, Frankrijk, de U.S.S.R., Groot-Brittannië en de Vereenigde Staten. Die 6 andere worden onder de 46 huidige leden door de Algemeene Vergadering voor een termijn van twee jaar gekozen. Stemmen. - De beslissingen worden getroffen met een meerderheid van 7 stemmen op 11, waaronder zich de affirmatieve stemmen der permanente leden moeten bevinden. Deze laatste voorwaarde is niet vereischt voor zaken die alleen de procedure aanbelangen. De Veiligheidsraad is bijgevolg een streng beperkt lichaam, in wiens schoot de hiërarchie zoodanig is geregeld dat de grootmachten er een beslissenden invloed uitoefenen. Ze beschikken in feite over een vetorecht dat hen in staat stelt elke beslissing te verhinderen. Functies en bevoegdheden. - De Veiligheidsraad draagt de hoofdverantwoordelijkheid voor de handhaving van internationalen vrede en veiligheid. Bij het vervullen van die taak handelt hij namens al de leden der V.V. De leden komen overeen de beslissingen van den Raad overeenkomstig het Handvest te aanvaarden en uit te voeren. De Raad is eveneens belast met het uitwerken van een stelsel tot regeling der bewapening. Procedure. - De Veiligheidsraad moet bestendig kunnen functionneeren. Ieder lid zal daarom een bestendigen vertegenwoordiger ten zetel van de organisatie afvaardigen. | |||||||||||||||
Vreedzame beslechting van geschillen.Aan den grondslag van het systeem ligt de verbintenis van de partijen bij een geschil allereerst te streven naar een oplossing door vreedzame middelen, zooals onderhandelingen, arbitrage, enz. Indien de Veiligheidsraad het gewenscht oordeelt kan hij beroep doen op de partijen om in dien zin te handelen. De raad kan zelfs in ieder stadium van het geschil bepaalde methodes aanbevelen. Mochten de partijen er niet in slagen het geschil met vreedzame middelen te beslechten dan kunnen zij het aan den Veiligheidsraad onderwerpen. Terloops weze hier een beperking aangestipt van het vetorecht. Een land bij een geschil betrokken, zelfs al geldt het een der 'Big Five', moet zich van stemming onthouden. Aan te stippen valt dat de Veiligheidsraad nooit dwingend optreedt inzake vreedzame beslechting van geschillen. Vreedzame middelen volstaan immers niet altijd voor het behoud van den vrede. Soms zullen sancties - niet noodzakelijk militaire - zich opdringen. | |||||||||||||||
[pagina 211]
| |||||||||||||||
Optreden met betrekking tot bedreigingen van den vrede, inbreuken op de vrede en aanvalsdaden.Hier ligt de kern van de O.V.V. Hoe is de instelling gewapend om den vrede te handhaven? Steunend op de overtuiging dat er geen vrede denkbaar is zonder orde, geen orde mogelijk zonder recht, noch, bijgevolg, zonder sancties - eventueel ook militaire - om het te doen eerbiedigen, hebben de V.V. afgezien van 'integraal pacifisme'. Een soepel mechanisme is voorzien. De Veiligheidsraad kan vooreerst het bestaan van een bedreiging van den vrede, een inbreuk op den vrede of een aanvalsdaad vaststellen. Hij kan vervolgens beroep doen op de partijen om zich te gedragen overeenkomstig voorloopige maatregelen die het verergeren van dan toestand moeten beletten. Hij kan ook beslissen welke maatregelen, die niet het gebruik van wapengeweld inhouden, genomen zullen moeten worden om zijn richtlijnen te doen eerbiedigen en kan een beroep doen op de leden van de Vereenigde Naties om zoodanige maatregelen toe te passen. Deze kunnen omvatten het algeheele of gedeeltelijke afbreken van de economische betrekkingen en van spoor-, zee-, lucht-, post-, telegraaf- en radioverbindingen en andere middelen van verkeer, alsmede het afbreken van diplomatieke betrekkingen. Het geldt hier niet-militaire sancties, bindend voor al de leden. Mocht de Veiligheidsraad oordeelen dat bedoelde maatregelen ondoelmatig zijn dan kan hij optreden met zoodanige lucht-, zee- of landstrijdkrachten als noodzakelijk zal zijn om internationale vrede en veiligheid te handhaven of te herstellen. Zoodanig optreden kan omvatten demonstraties, blokkade en andere prestaties met lucht-, zee- of landstrijdkrachten van leden der V.V. Wat de draagwijdte en de gradatie van zijn beslissingen betreft, beschikt de Veiligheidsraad over onbeperkte vrijheid van handelen. Inzake militaire sancties kozen de V.V. een stelsel dat het midden houdt tusschen een internationaal leger en nationale legers ter beschikking gesteld van de organisatie. De leden leveren contingenten die onder de leiding staan van een internationalen staf. Een generale staf, uitsluitend samengesteld uit de hoofden van de staten der 'Big Five' of hun vertegenwoordigers wordt daarom in het leven geroepen. Ten einde het hoofd te bieden aan dringende toestanden moeten de leden nationale luchtmachtcontingenten voor een gezamenlijke internationale actie onmiddellijk beschikbaar houden. Ook de militaire sancties zijn bindend voor de leden. De bijdrage van elk hunner wordt door speciale akkoorden geregeld. | |||||||||||||||
Regionale regelingen.Niets in het Handvest sluit het bestaan uit van regionale akkoorden in overeenstemming met de beginselen van de V.V. Het doel dezer akkoorden is de vreedzame regeling van lokale geschillen, alvorens deze aan den Veiligheidsraad worden voorgelegd. In principe kan, krachtens bedoelde akkoorden, geen dwangactie worden uitgeoefend zonder voorafgaandelijke toestemming van den Veiligheidsraad. | |||||||||||||||
Internationale, economische en sociale samenwerking.De V.V. wenschen een hoogeren levensstandaard, arbeid voor allen, internationale, economische, sociale en cultureele samenwerking, eerbied voor de rechten van den mensch en van de grondvrijheden voor allen te bevorderen. Deze strevingen worden geplaatst onder de leiding en het gezag van een Economischen en Socialen Raad, bestaande uit achttien leden, allen verkozen door de Algemeene Vergadering. De beslissingen worden genomen krachtens een volstrekte meerderheid der uitgebrachte stemmen. Dit orgaan is uiteraard consultatief. De leden vertegenwoordigen de regeeringen en niet de arbeidersof patroonsorganisaties. Hier is natuurlijk van dwingende beslissingen geen sprake. | |||||||||||||||
[pagina 212]
| |||||||||||||||
De niet-zelfstandige gebieden en het Trustschapstelsel.Het gaat hier over de gebieden die zichzelf niet besturen en bepaaldelijk over de coloniën. De V.V. erkennen in beginsel dat de belangen van de inwoners van deze gebieden allesoverheerschend zijn; zij aanvaarden als een heilige opdracht de verplichting om naar hun beste krachten, binnen het door het Handvest in het leven geroepen stelsel van internationale vrede en veiligheid, de welvaart van de inwoners van deze gebieden te bevorderen. Een internationaal trustschapstelsel wordt ingericht met het oog op het beheer van en het toezicht over bepaalde gebieden krachtens latere overeenkomsten onder het gezag der Algemeene Vergadering geplaatst. Deze laat zich bijstaan door een trustschapsraad, waarover wij hier niet verder kunnen uitweiden, maar die veel gelijkenis biedt met het mandatenstelsel in het leven geroepen door den Volkenbond. Vallen onder toepassing van het trustschapstelsel:
| |||||||||||||||
Het Internationaal Gerechtshof.Dit orgaan zou op zichzelf een uitgebreide studie vergen. Het onderscheidt zich van het Permanente Hof van Internationale Justitie namelijk door het feit dat al de leden der V.V. partij zijn bij zijn statuut. Het aanvaarden der bevoegdheid van het Hof inzake internationale geschillen blijft echter facultatief ondanks het feit dat de Dumbarton Oaks-voorstellen de bindende bevoegdheid in bepaalde gevallen hadden voorgeschreven. | |||||||||||||||
Secretariaat.Het secretariaat omvat een secretaris-generaal, bijgestaan door het vereischte personeel. Hij wordt benoemd door de Algemeene Vergadering op aanbeveling van den Veiligheidsraad, zoodat ook hier het vetorecht der grootmachten te pas komt. | |||||||||||||||
II. Het systeemOver de benaming der V.V. valt weinig te zeggen: ten hoogste kan men haar verwijten meer het begrip verbond dan wel dat eener wereldorganisatie te suggereeren. Op de degelijkheid der instelling zelf komt het veel meer aan. Men noteert in den tekst van het Handvest een algemeene verwijzing naar de beginselen van gerechtigheid en internationaal recht waarvan de Dumbarton Oaks voorstellen niet gewagen: een principieele vooruitgang. Ook het zelfbeschikkingsrecht der volken wordt erkend. De souvereine gelijkheid der natiën wordt herhaaldelijk onderlijnd. Het verder onderzoek van het Handvest laat geen illusie bestaan over den afstand tusschen de formeele verzekeringen en de werkelijke verhoudingen. De werkelijkheid blijkt reeds uit de bepalingen betreffende het lidmaatschap dat, wegens de tusschenkomst van den Veiligheidsraad, van het vetorecht der 'Big Five' afhankelijk is; hetzelfde geldt voor de schorsing en de uitsluiting. Omgekeerd kan de Veiligheidsraad, zonder tusschenkomst der Algemeene Vergadering, een geschorst lid in zijn rechten herstellen. Een merkelijken vooruitgang op het systeem van den Volkenbond vertoont de werking van de Algemeene Vergadering. Boven het principe van de algemeenheid der stemmen, dat ontzenuwend werkt, wordt het stelsel der volstrekte meerderheid of - volgens het geval - der twee derden der stemmen verkozen. | |||||||||||||||
[pagina 213]
| |||||||||||||||
Ongelukkig is de bevoegdheid der Algemeene Vergadering - die op waren democratischen grondslag is ingericht - zeer beperkt; zij wordt geheel in den schaduw gesteld door de alles overheerschende macht van den Veiligheidsraad. Zonder de naar verhouding zwaardere verantwoordelijkheid der grootmachten en derhalve hun proportioneel berekende functie te betwisten, kan hier toch de vraag worden gesteld hoe een onbeperkt vetorecht vanwege die zelfde grootmachten en de practische uitsluiting der Algemeene Vergadering in zake de actieve beslechting van geschillen kan gerechtvaardigd worden. Ook in den Veiligheidsraad werd het stelsel der eenparigheid van stemmen, destijds in den Volkenbond toepasselijk, door een meerderheid van 7 stemmen op 11 vervangen. De onontbeerlijke stem van ieder der vijf groote mogendheden komt in feite er op neer deze boven de internationale wet te verheffen. Hoe weinig sympathiek deze regel te San Francisco was blijkt uit de wijze waarop een amendement tot matiging van het vetorecht werd verworpen, namelijk door 20 stemmen op 50 met 15 onthoudingen en 5 afwezigen. Nergens wordt een intiem verband gelegd tusschen het systeem der sancties en het volkenrecht. Behoudens in de algemeene beginselverklaringen wordt nergens de integriteit van het grondgebied gewaarborgd. Nergens is een bepaling van den aanvaller te vinden. Volstaat het voorwendsel der overdreven strakheid van het Volkenbondsstelsel om deze vaagheid uit te leggen? Vatten wij samen. Als systeem van internationale veiligheid steunt het H.V.V. hoofdzakelijk op het postulaat der blijvende verstandhouding der vijf grooten. De verzoening der standpuntun moet bereikt worden in den Veiligheidsraad, leidend orgaan, in wiens schoot de macht der V.V. geconcentreerd is. De Algemeene Vergadering, consultatief orgaan, is alleen een forum, waar al de natiën hun stem kunnen verheffen. Het H.V.V. richt een stelsel in van gewapenden vrede. Het vertoont meer remmen dan raderen, maar het is 'een belijdenis van realistische hoop en het is een tuig; het zal worden wat de wereld wil dat het worden zou'. Terecht kan gewezen worden op de beteekenis van het tweede doel van het H.V.V.: het bevorderen der internationale samenwerking op economisch, sociaal en cultureel gebied. Kan er daar werkelijk baanbrekend werk worden verricht dan zou het vrij gebrekkig systeem van politieke veiligheid grootendeels overbodig wordenGa naar voetnoot1.. Voor de kleine naties houdt het stelsel de bekrachtiging in van hun minderwaardige positie: ze zullen practisch de bescherming van een der grooten moeten afsmeeken. Zullen ze die verkrijgen zonder in ruil een brok onafhankelijkheid af te staan? | |||||||||||||||
III. De doctrineDe conceptie die aan het H.V.V. ten grondslag ligt houdt het midden tusschen het systeem van het Weenercongres in 1815 en dit van het Volkenbondspakt in 1919. De Heilige Alliantie, een eerste poging om de verhoudingen onder de Staten te regelen, berustte op het beginsel van het Europeesch evenwicht, gewaarborgd door de vijf machtigste staten, en ging bijgevolg uit van het realistische standpunt van de verantwoordelijkheid der machtigen. Het Volkenbondspakt, integendeel, vond zijn oorsprong in de idealistische, democratische verklaringen van Wilson. Als hoogste wet gold het zelfsbeschikkingsrecht der volkeren, dus hun volstrekte juridische gelijkheid. Daaruit vloeide voort de erkenning der volstrekte souvereiniteit die, consequent doorgedreven, | |||||||||||||||
[pagina 214]
| |||||||||||||||
leidde tot den regel der eenparigheid van stemmen in al de organen van den bond. Impliciet sluitte dit principe eveneens in zich het facultatief karakter der sanctiesGa naar voetnoot1.. 1815 vertolkte de realistische machtsidee; 1919 steunde op het idealistische rechtsbeginsel. De V.V. pogen deze uiterste standpunten te verzoenen door een systeem dat beoogt te zijn een synthese van recht en macht. Groote en kleine naties maken deel uit van de organisatie. De kleine kunnen moreelen druk uitoefenen. Voor de grooten is de leidende taak, de uiteindelijke verantwoordelijkheid weggelegd. Eens belangrijke beslissingen getroffen zijn ze voor alle leden bindend. Op zichzelf beschouwd is deze nieuwe formule een onbetwistbare verbetering op de stelsels van het verleden. Doch er zijn schaduwzijden. Wij wenschen geen bijzonderen nadruk te leggen op het al dan niet conventioneel karakter van het Handvest, op zijn al dan niet volstrekte universaliteit, hoe spijtig ook elke toegeving aan de voluntaristische opvatting der internationale betrekkingen mag heeten. De volmaaktheid kan niet ineens worden bereikt. Maar er is één punt waarover wij moeilijk kunnen heenstappen. Vroeger hebben wij wel eens gelegenheid gehad te wijzen op de grondige evolutie die in het volkenrecht valt waar te nemen inzonderheid wat betreft het begrip der volstrekte staatssouvereiniteit en dit der gelijkheid der staten, niet alleen in rechte maar eveneens inzake internationale samenwerking. Algemeen wordt erkend dat het souvereiniteitsbeginsel de Volkenbond heeft belet een instelling te worden sterk en onafhankelijk genoeg om desnoods met geweld den vrede te handhaven. Geen juridisch begrip - verklaarde senator Orban bij de bespreking van het Handvest - heeft meer schade berokkend aan den eerbied door den Staat aan de grondrechten der menschelijke persoonlijkheid verschuldigd, noch meer onrust en rampen teweeggebracht inzake de collectieve veiligheid. Het was dan ook niet overdreven optimistisch te gelooven dat de geesten thans voldoende rijp zijn om aan deze volstrekt anachronische begrippen - (die overigens met de onderlinge verbondenheid der natiën en met de noodzakelijke internationale samenwerking in het belang van de geheele menschheid niet meer overeen te brengen zijn) - definitief te verzaken. De V.V. brachten ons hier een bittere ontgoocheling. Al de beginselverklaringen, die hun termen aan het volkenrecht ontleenen, verzwinden in het niet en gansch de O.V.V. wordt ontwricht door het overal opduikend vetorecht der grootmachten. Zooals senator Orban het uitdrukte, blijkt de gelijkheid van groote en kleine staten zinsbegoocheling te zijn. Het wordt in feite vervangen door het beginsel van de almacht der groote mogendheden, met als gevolg de volstrekte onmogelijkheid de regels van het volkenrecht toe te passen wanneer één dier mogendheden - in geval ze deze toepassing strijdig acht met haar belangen - op haar eigen souvereiniteit beroep doet om zulks te verhinderen. Hier werd het recht geofferd aan de macht. De gekozen 'oplossing' druischt trouwens in tegen het natuurrecht en tegen de christelijke leer. Het moge volstaan in dit opzicht een passus uit den Pauselijken wereldbrief Summi Pontificatus aan te halen: 'Uit de natuurlijke gesteldheid, die door God zoo is geordend, wordt de menschheid weliswaar verdeeld in sociale groepen, natiën of Staten, onafhankelijk van elkander wat betreft hun binnenlandsch bestuur en hun organisatie- | |||||||||||||||
[pagina 215]
| |||||||||||||||
methodes, maar toch worden zij door wederzijdsche juridische en zedelijke banden samengebonden in een groote gemeenschap, ingesteld tot het welzijn van alle volkeren en geregeld volgens bijzondere wetten, die eenheid beschermen en de welvaart bevorderen. Het is duidelijk dat de voorgewende absolute autonomie van den Staat lijnrecht in strijd is met deze onveranderlijke en door de natuur aangewezen rechtsorde, die daardoor regelrecht wordt ontkend; de handhaving der internationale betrekkingen wordt door deze staatsautonomie overgelaten aan de willekeur der volkeren; de mogelijkheid tot ware eenheid en tot een vruchtbare samenwerking ten opzichte van het algemeen welzijn, wordt daardoor weggenomen. Maar wanneer men anderzijds het volkenrecht zou willen losrukken van het Goddelijk recht, om het te vestigen op den autonomen wil der Staten, dan zou men daardoor dit recht onttronen; aan dit recht zou dan de meest waardevolle basis ontnomen worden; en men zou het overlaten aan de rampzalige dynamiek van het particulier belang, en van collectivistisch egoïsme; men zou eigen rechten willen doen gelden, terwijl men de rechten van anderen zou ontkennen.' In feite is het vetorecht een politiek imperatief aan de Angelsaksische naties opgelegd door de houding der Sovjet-Unie die het te Yalta als voorwaarde voor haar deelneming aan de besprekingen over de wereldorganisatie gesteld had. De reactie is niet uitgebleven. Een gezaghebbende stem als die van Sir William Beveridge laat geen twijfel bestaan omtrent het standpunt van leidende Britsche kringenGa naar voetnoot1.. Een herziening van het Handvest wordt dan ook in het vooruitzicht gesteld. | |||||||||||||||
IV. RegionalismeHooger werd reeds gezegd dat het Handvest regionale regelingen niet uitsluit, integendeel de ontwikkeling van vreedzame beslechting van plaatselijke geschillen in het raam van dergelijke regelingen aanmoedigtGa naar voetnoot2.. Hiermede ontrolt zich | |||||||||||||||
[pagina 216]
| |||||||||||||||
het perspectief van een gedecentraliseerde wereldordening steunend op een breede basis van regionale organen. Deze zouden in zekere mate de bevoegdheid overnemen van den Veiligheidsraad, wiens tusschenkomst dan tot de hoofdzaken zou beperkt blijven. Aldus zou een natuurlijk gegroeide wereldorganisatie tot stand komen die het geheel zou vormen van volkeren gegroepeerd volgens gemeenschappelijke economische belangen, tradities, cultuur, enz. In den stroom van betrekkelijke teleurstelling die het H.V.V. verwekt heeft drijft het regionalisme als een soort redplank waaraan men zich krampachtig vastklampt. De formule beantwoordt, inderdaad, aan onmiddellijke zorgen en geeft niet zoozeer den onbehaaglijken indruk van een constructie die staat en valt met de verstandhouding der 'big five' en waarvan de degelijkheid nog proefondervindelijk moet bewezen worden. Merkwaardig genoeg, terwijl wij de regionale regelingen in het H.V.V. alleen terloops vermeld zien, hooren wij den H. Byrnes, minister van Buitenlandsche Zaken der Vereenigde Staten, verklaren dat het hier geenszins gaat om een ersatz-produkt eener internationale organisatie, maar integendeel om de ware steunpilaren der organisatie. Senator Rolin van zijn kant beschouwt ze als wezenlijke onontbeerlijke raderwerken opdat de wereldorganisatie zich in werkelijkheid zou kunnen omzetten. Het regionalisme beantwoordt, alleszins beter aan de huidige geestesgesteldheid dan een ideaalvorm van gecentraliseerde wereldorganisatie; het is ook in nauwer overeenstemming met het onderling zeer afwijkend ontwikkelingsstadium der volkeren; ten slotte strookt het met de historische evolutie. Wij hebben zulks vroeger reeds aangetoond en hopen daarover ook later nog nadere gegevens te kunnen verstrekken. | |||||||||||||||
SyntheseHet H.V.V. - zoo sprak president Truman in de slotrede der Conferentie van San Francisco - is slechts een eerste stap in de richting van duurzame wereldvrede. Een eerste stap! Na het onnoemelijk lijden waarin de dertigjarige wereldoorlog de menschheid gedompeld heeft, mocht men zich toch aan iets meer verwachten dan aan een stelsel van gewapenden vrede. Wij zijn ver van de gelijkheid in rechte van alle volkeren evenals van de algemeene erkenning van een hoogere internationale rechtsorde. Het weinige dat bereikt werd op het plan der principes heeft tot nog toe een nauwelijks merkbaren terugslag gehad op de concrete internationale problemen die, in den zelfden geest en met de zelfde methodes als voorheen 'buiten kader' worden behandeld. Denken wij aan het Poolsche vraagstuk, aan de Fransch-Britsche moeilijkheden in Syrië, aan de toestanden in den Levant, aan de afwezigheid van Rusland bij de besprekingen over atoomenergie, aan het stranden der conferentie van Londen, aan de conferentie der 'Big Three' (waarom niet der 'Big Five'?) te MoskouGa naar voetnoot1.. 'Gematigd optimisme' is dan ook het ordewoord. Reeds is er sprake van wijziging aan het Handvest, namelijk in verband met het vetorecht der grootmogendheden: de Angelsaksische naties schijnen hier het standpunt van de kleine volkeren te willen bijtreden. Eden verklaarde zijnerzijds dat het Handvest moet worden herzien in functie van de atoomkwestie. Er is moed toe noodig om ondanks dit alles de O.V.V. te aanvaarden zonder steriel scepticisme, juist omdat het slechts een eerste stap is, omdat het slagen der organisatie minder afhangt van haar inhoud dan van den wil der volkeren haar loyaal te eerbiedigen, omdat zij de kans op onbegrip vermindert, omdat zij de vredelievende naties tegenover de vredestorende als het ware in het gelid stelt en, last but not least, omdat ze twee groote beloften inhoudt. | |||||||||||||||
[pagina 217]
| |||||||||||||||
De eerste ligt besloten in de regionale akkoorden: die zullen wij in een volgende bijdrage nader bespreken. De tweede ligt in het bevorderen der internationale economische, sociale en cultureele samenwerking waarover een speciaal daartoe ingerichte raad te waken heeft. Langs den weg der 'sociale techniek' kunnen wellicht best tastbare resultaten worden bereikt omdat de belangen der volkeren daar meer gelijkloopend zijn dan in politiek opzichtGa naar voetnoot1.. Merkwaardig is dat het grootste potentieel van de O.V.V. buiten haar hoofdvoorwerp ligt. Moeten wij daaruit afleiden dat de gebeurtenissen zich niet laten dwingen en dat de mensch niet over de middelen beschikt om zijn moeilijkheden op te lossen, 'alsof een barmhartige God glimlachend zeide: Houdt u maar strak, ik zal u wel kneden'. Een les in nederigheid, voorwaar! Het bewustzijn dier zwakte is duidelijk gebleken uit de benauwdheid die sinds het gebruik der atoomenergie heel de wereld beklemt. In een tijdperk van sociaal 'atomisme' opent de atoombom plots duizelingwekkende perspectieven. Ironie? Ook vóór 6 Augustus 1946, datum der eerste atoom-ontploffing te Hiroschima, was de lotsverbondenheid der volkeren een feit. Sinds den aanvang van het atoom-tijdperk kan een wereldconflikt - (en voortaan neemt ieder internationaal conflict wereldomvattende afmetingen aan) - doodelijke gevolgen hebben. De atoombom is zoowat voor de volkeren wat het pistool voor het individu is. Niets beter dan de wanhoopskreet van Lord Lytton drukt de angst uit van het menschdom: 'Can we survive the atomic bomb?' Kunnen wij de atoombom overleven? Het antwoord lijdt geen twijfel: Niet zonder een geestelijke hernieuwing die het diep geschokte evenwicht tusschen de overweldigende materie en de verzwakte moreele waarden herstelt. 'Men staat vóór de keuze: overvloed voor allen of totale ineenstorting van de beschavingGa naar voetnoot2..' De kernenergie kan de bron van een ongekende welvaart en het wapen van een wereldgezagvoerend orgaan worden. Zonneklaar blijkt thans dat een evenwichtige wereldorde alleen kan worden verwezenlijkt door een stoute en ruim opgevatte hervorming der maatschappelijke instellingen, niet alleen staatkundige en juridische maar ook economische en sociale. De eene gaat overigens niet zonder de andere. Dergelijke hervorming moet de grootsche synthese bewerkstelligen van gemeenschapszin en persoonlijke vrijheid, van nationaal bewustzijn en internationale solidariteit, van recht en macht, van geest en materie. Daarin erkent men de grondlijnen van een levensbeschouwing die aan de westersche cultuur haar hooge waarde, haar rijkdom en haar levenskracht verleent: de christelijke. Wezenlijk synthetisch georiënteerd kan zij alleen de harmonische koppeling tot stand brengen van geestelijke traditie en stoffelijken vooruitgang. Zij die én aan het lichaam, én aan de ziel de gepaste plaats inruimt, aanvaardt de verlichting der stoffelijke lasten die op de menschheid wegen in een geest van naastenliefde en sociale rechtvaardigheid. Zij biedt terzelfdertijd beschutting tegen de gevaren van het materialisme door de menschelijke persoonlijkheid en haar heilige lotsbestemming als hoogste waarde te erkennen. Het zijn de sublieme paradoxen der christelijke leer die aan de menschelijke samenleving een hechte basis verleenden toen de schitterende Grieksch-Latijnsche beschaving jammerlijk ineenstortte. Geen wonder dat ook thans de beschaafde wereld vanuit de diepte van een ongekende historische crisis zich opnieuw richt tot dezelfde leer die in zich ook de kiem draagt der verzoening tusschen het wankelende individualisme in het Westen en het dagende collectivisme in het Oosten, - de voorwaarde eener evenwichtige sociale en internationale ordening. Opdat de hernieuwende kracht van het christendom tot haar volle ontplooiing | |||||||||||||||
[pagina 218]
| |||||||||||||||
zou komen is het echter noodig dat het konsekwent en mannelijk wordt beleefd. Op den drempel der 'Nieuwe Middeleeuwen' is er slechts plaats hetzij voor een totaal materialistisch stelsel, hetzij voor een christendom tot in zijn hoogste eischen doorgevoerd. Het spreekt vanzelf dat het ordenen van den huidigen wereldchaos door een stelsel zooals hooger geschetst niet het onmiddellijk resultaat kan zijn van een systematische poging tot politieke en sociale organisatie van hooger uit, hoe grootsch en krachtig ze ook weze opgevat. Opdat de beschaving een nieuw evenwichtsbasis vinde moet de mensch vóór alles zelf zijn evenwicht hervatten en zich opnieuw bewust worden van zijn geestelijke meerderwaardigheid, van zijn persoonlijke inwendige vrijheid. Is het uitgesloten dat in alle landen een nieuwe aristocratie der geestelijke en moreele krachten zou tot stand komen om de leiding te nemen der maatschappij van morgen? Wij mógen niet gelooven dat de 'opstand der horden' die den ondergang der westersche beschaving met zich zou sleepen onvermijdelijk is. De menschheid is jong en haar regeneratievermogen onaangetast. Maar wij moeten durven bekennen dat 'de triomf van Caliban' aan het 'verraad der klerken' is toe te schrijven. De horden versperren den weg niet aan wien haar niet gelijkt. Zij vragen integendeel slechts te volgen en valsche propheten hebben niet nagelaten deze volgzaamheid te valoriseeren. De wereldordening en het behoud van den vrede onder de volkeren, dat er de prijs van is, hangen niet af van een document maar van wat de menschen voelen, denken en doen. Een ontzaglijke taak is hier weggelegd voor de menschen van goeden wil. Ook krachtige wil zal noodig zijn. Het H.V.V. is de nog onvaste basis eener synthese van recht en macht. Te veel overheerscht nog de machtsfactor. De weg die voert naar een meer evenwichtige en ook naar een ruimere wereldordening schijnt nog lang en lastig. Hoe kan het ook anders? Meer dan ooit tevoren beseffen echter de verantwoordelijke gezagvoerders de dringende noodzakelijkheid om de christelijke levensbeschouwing te verdedigen ten einde te beletten dat de overwinning der democratie voor de tweede maal in een nederlaag der menschelijke beschaving zou ontaarden. Aan den nog somberen stormhemel trilt als een hoopvolle regenboog het groeiende bewustzijn van de reddende beteekenis van het christendom, den waren weg naar den vrede. Kerstmis 1945. |
|