Streven. Jaargang 6
(1938)– [tijdschrift] Streven [1933-1947]– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd
[pagina 193]
| |
Wetenschappelijke kroniekDuitsche Aardrijkskunde
| |
[pagina 194]
| |
de menschen spreken in hun kranten, enz. over de verschillende staten, alsof het menschelijke persoonlijkheden waren, - komt hij tot zijn stelling, die hij dan verder uitwerkt in de rest van zijn boek: 'Wir konstatieren nur die Tatsache, dass die Staaten, wie wir sie in der Geschichte verfolgen und wir uns in Wirklichtkeit in ihnen bewegen müssen, sinlich-vernünftige Wesen sind - wie die Menschen'Ga naar voetnoot(2). Hierin is hij klaarblijkelijk beïnvloed door de biologische staatsopvatting van Ratzel, wiens streven het best begrepen kan worden uit zijn onderzoek naar de 'wetten', die de groei in oppervlak van de staten beheerschen. Positivistisch dus, mechanisch en eenzijdig de bodem in zijn beschouwingen betrekkend. Al heeft Kjellén veel kritiek op Ratzel, hij waardeert toch diens definitie van de staat, als: 'ein Stück Menschheit und ein Stück organisierte Erde'. Deze verhouding wordt ook door Kjellén gezien als een soort wortelen in den grond; en de levenswijze van de staat is dan ook te vergelijken met die van een boom. Van de voedingstoffen uit den bodem leeft de staat en hij kan evenmin als de plant van plaats verwisselen, integendeel, is juist als deze gedwongen in hetzelfde gebied oud te worden en zijn einde af te wachten. Dit deel van zijn politieke wetenschap, dat het Rijk als het lichaam van de staatspersoonlijkheid beschouwt, noemt Kjellén nu Geopolitiek; daarnaast komt dan de ethnopolitiek te staan, in Duitschland biopolitiek genoemd, die kwesties van volksdichtheid, nationaliteit, enz. moet onderzoeken. Vooral practisch nut verhoopte Kjellén hiervan voor zijn land, dat in den loop der geschiedenis wel groote veldheeren, maar geen groote diplomaten heeft voortgebracht. Hetzelfde geldt in zekeren zin ook voor Duitschland, vandaar dat Karl Haushofer in de Geopolitiek het middel zag om het Duitsche volk meer werkelijkheidszin op politiek gebied en kennis van de machtsverhoudingen tusschen de staten bij te brengen. Daarom wordt door hem in 1922 het tijdschrift voor Geopolitiek gesticht; allereerst wordt stelling genomen tegenover de andere richting van Ratzel en diens Politische Geographie. In plaats van het statische, natuurwetenschappelijke van Ratzel, moet het dynamische komen; in plaats van het determinisme van de ruimte, het ras. | |
[pagina 195]
| |
Vooral sinds 1933 krijgt deze richting definitief de overhand: 'Das Ziel der Geopolitik ist enthalten in dem Wort von Blut und Boden...' het ruimtelijke overweegt nog te veel, 'die Verknüpfung beider, der Gesetze des Blutes und der des Bodens', moet voortaan de grondslag vormen van al het politieke denken en een nieuw wereldbeeld verschaffen, dat beter is dan dat van andere volkenGa naar voetnoot(3). Dergelijke uitlatingen kan men daar om de andere pagina vinden en we zouden zonder moeite vele andere hier kunnen laten volgen, zoowel uit het tijdschrift, als uit de boeken die door deze richting zijn verzorgd. In de beschouwingen over de eigen volksgemeenschap vervallen zij dikwijls in een soort super-biologie, waarvan de mystieke termen niet altijd even duidelijk zijn. De volksgemeenschap zelf is een Uberindividuum, dat als volgt wordt gedefinieerd: 'solche Gruppen oder Gemeischaften von Lebewesen, welche in ihrer Gesamtheit Regulationen zeigen, wie wir sie in reinster Form beim Organismus vorfinden'Ga naar voetnoot(4). Niet de mentaliteit, maar de omstandigheden, de Umweltverschlechterung, wordt gezien als de oorzaak van de stagnatie in den groei van het Duitsche volk. Elders grijpt Haushofer in zijn tijdschrift enkele onderzoekingen van Burgdörfer 'Zur Biologie des Auslanddeutschtums' aan, om een reeks artikelen in te leiden: 'ob ein Volkskörper als geschlossenes Ganzes organische Züge trage, im Sinne der Biologie ein Organismus oder ein Uberorganismus sei'Ga naar voetnoot(5). Bedoeling is steeds om te komen tot 'n bewijs voor de meest autonome opvatting van de staat als vorm van de volksgemeenschap en dan daar verder alles aan ondergeschikt te maken. Iets anders is het gelegen met het andere doel van de Geopolitiek, n.l. het bestudeeren van de andere machten en staten. Dit tweede deel van de activiteit van de Geopolitiek is er vooral op gericht leiding te geven aan de sympathie van het Duitsche volk voor andere landen en in het voorbereiden en zoeken van bondgenootschappen. Sterk wordt naar voren gehaald de lotsverbondenheid tusschen de 'Mächte der Erneue- | |
[pagina 196]
| |
rung', dat zijn de 'proletarische' landen, die niet voldoende grondgebied meenen te hebben voor hun bevolkingsoverschot en grondstoffen en afzetgebieden voor hun industrie, en de 'Mächte des Beharrens', die veel meer van dat alles hebben en zelfs meer dan ze verwerken kunnen. Deze tendens leidt in sommige gevallen tot een zekere oppervlakkigheid als we ook hebben kunnen constateeren in het boek waar we nu 'n korte bespreking van laten volgenGa naar voetnoot(6). Karl Haushofer is langen tijd in Japan geweest, verbonden aan de Duitsche legatie te Tokio als militair attaché en ontleent daaraan zijn groote kennis en belangstelling voor dit land en de Pacific-problemen. Een van zijn meest bekende werken is wel 'de Geopolitiek van de Pacifische Oceaan', dat nu zijn 3e uitgave beleeft. Omdat Duitschland na de oorlog volkomen is verdwenen als politieke factor uit de Pacifische Oceaan en ook geen kans meer had om er terug te komen, heeft Haushofer sinds die tijd de stelling verdedigd, dat Duitschland er ook niet thuis hoorde en terwille van de vriendschap met Japan afstand had te doen van alle aanspraken om 't verloren gebied weer terug te krijgen, zooals het dat niet doet wanneer het gaat over zijn vroegere koloniën in Afrika. Deze stelling moet men goed voor oogen houden bij het ter hand nemen van het onderhavige boek; Duitschland poseert als de objectieve, niet door directe belangen gebonden toeschouwer bij de problemen van de Pacific. Een van de eerste dingen die opvallen in het boek zijn de kaarten, die inderdaad op buitengewoon suggestieve wijze, ik zou bijna zeggen, waarvan ze in Midden-Europa het monopolie schijnen te bezitten, - de bedoelingen van den schrijver verduidelijken. Na de vraag opgeworpen te hebben, of er een pacifische Geopolitiek is, m.a.w. of de Pacifische Oceaan een gemeenschappelijke interesse gebied is van de politieke machten die het omringen, worden de afzonderlijke deelen in hun physische en sociografische aspecten bekeken, om daarna aan de hand van de geschiedenis te komen tot een synthese en wel een dynamische synthese, die ook voor de toekomst zijn waarde moet hebben. | |
[pagina 197]
| |
'Geopolitik beginnt für mich, wo die Prognose einsetzt'Ga naar voetnoot(7), en dan ziet Haushofer in de Pacifische Oceaan 'Auswirkungen strafender Gerechtigkeit'Ga naar voetnoot(8), deels als voltrokken, deels in voorbereiding tegen Duitschland's tegenstanders en onderdrukkers in Europa. Maar het jaar 1938 was nog nauwelijks begonnen, toen dit geschreven werd en zelfs Haushofer heeft niet kunnen vermoeden, welke gewichtige veranderingen en gebeurtenissen dit ook voor het 'pazifische Kraftfeld' meebracht. De 'Erschütterungszeiger des pazifischen Lebensraums' wijzen naar China en dat is juist een van de gebieden waar Haushofer de strijd niet verwacht had. Voor degenen die belang in deze kwesties stellen is het echter alles te samen genomen een interessant boek en zal het niet zonder nut gelezen worden. Dublin, October 1938. |
|