Streven. Jaargang 3
(1935)– [tijdschrift] Streven [1933-1947]– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd
[pagina 407]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Kronieken
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 408]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Zaken die voor eenige maanden nog ten doode opgeschreven stonden, zijn nu weer bloeiend geworden, doordat er wederom met winstmarge gewerkt wordt. De aandeelenmarkt, die bijna verlaten was, heeft hoe langer hoe meer aantrek, gedeeltelijk ten koste van de obligatiemarkt. Wij antwoorden door op een tweede aanleiding tot de huidige koersverbetering te wijzen, nl. op den psychologischen factor. Een klein onderzoekje naar de houding van het publiek tegenover de elfectenbeurs zal daarin meer klaarheid brengen. Eerst en vooral hebben we de beleggers. Deze zijn in het algemeen de spaarders en de renteniers, de groote en kleine 'conservateurs', die in zake beurs er eene gezonde opvatting op nahouden. Het zuur gewonnen of onder moeilijke omstandigheden gespaarde geld moet voorzichtig belegd en angstvallig behouden worden. Beleggingen in binnen- of buitenlandsche staatspapieren en obligaties van prima vennootschappen afgewisseld met eersterangsaandeelen komen deze menschen het veiligst voor. Hierbij wordt dan meer aandacht geschonken aan het rendement en de degelijkheid van de stukken die behoud van het kapitaal waarborgen dan wel op de kans van meerwaarde van deze stukken. In den regel heeft dit gedeelte vaag het beurspubliek minder van de crisis te lijden gehad en inzoover het niet van speciale omstandigheden afhing, zijn bezit grootendeels bewaard. Wordt de economische toestand beter, dan zal er natuurlijk meer belegd worden en meer geld naar de beurs stroomen. De hausse zal hierdoor in de hand gewerkt worden, temeer daar het in de banken gedeponeerde geld, en dat bijna niet rendeerend is, de kooporders zal vergrooten. Anders is het gesteld met de speculanten die hopen voordeel te trekken uit de op een bepaald oogenblik bestaande koersverschillen en die, onder den invloed van tegenstrijdige berichten en nieuwstijdingen, te laat gekocht, te vroeg verkocht en in 't algemeen niet bijtijds gerealiseerd hebben. Het is voornamelijk dit gedeelte van het beurspubliek dat de gebroken potten heeft betaald en nu wederom op grond van opgedane ondervinding het ondergane verlies tracht in te winnen. Vroeger kon de winst nooit groot genoeg zijn, de hoogste koersen werden afgewacht en toen de daling intrad kon men er niet toe besluiten te verkoopen. De gehoopte koersherneming bleef uit en om zich nog tijdig van den zekeren ondergang te redden, moest er willens nillens gerealiseerd worden. Voorzichtig wordt er nu te werk gegaan, waar eenigszins mogelijk is geïnformeerd en ten slotte nieuwe zaken ingezet die met snelle winstnemingen van de hand gedaan worden. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 409]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
De nieuwe generatie van speculanten die tot heden toe nog het minst talrijk zijn maar waarvan het getal gestadig aangroeit, is roekeloozer. Ondervinding hebben ze nog niet. Wel hebben ze hooren praten over beurstechniek, termijnaffaires en opgedane teleurstellingen. Maar juist daarom denken ze de fouten van hunne voorngangers te kunnen vermijden en de gevaarlijke klippen te kunnen omzeilen. De eenen zetten de anderen tot koopen aan. Het opgepotte geld komt terug voor de pinnen en goud wordt verkocht. De statistieken omtrent verhooging van prijzen van de grondstoffen en vermindering van de stocks worden geraadpleegd en dienen als maatstaf voor de aan te geven orders. Tendentieuze en door de belanghebbenden vet betaalde krantenartikels zijn schering en inslag. Slecht nieuws over den internationalen politieken toestand wordt over het hoofd gezien. Verkiezingen in Engeland, oorlog in China en Abessinië, regeeringscrisis in Frankrijk, Communisme in Spanje, contingenteeringen en sankties hebben geen invloed meer. Van tel is nog enkel dat de zaken in de kolonie goed gaan, dat de palmolie en de katoen sterk in prijs gerezen zijn, dat het rubberprodukt als gevolg op het revalorisatieplan schaarsch en duur wordt, dat de nijverheid hier te lande wederom met winstmarge exporteert en dat er drukte in de scheepvaart heerscht. Waar aanvankelijk nog een onderscheid gemaakt werd in den keus naar gezonde waarden, verdwijnt stilaan deze bedachtzaamheid om plaats te maken voor algemeene onbezonnenheid. Krachs zullen er in de toekomst volgen want winst nemen is gemakkelijk maar wordt tot het laatst uitgesteld. Verlies nemen gaat moeilijker en met pyramideeren of 'moyennes maken' zooals men dat hier noemt, zal men trachten zijne positie te verbeteren. Stukken worden daarom bijgekocht, om een lageren kostenden prijs te bekomen, en gedurende de eerstvolgende hausse zal alles vast en zeker verkocht worden, tenzij... ja, tenzij de hausse niet komt of plaats maakt voor eens baisse zoodat er moet gerealiseerd worden. Een klein voorbeeldje daarvan hebben we nog op 9 Maart l.l. ordervonden, toen bij de oorlogsgeruchten omtrent de wederbezetting van den Rijn door de Duitsche troepen, het nerveus geworden publiek tot groote verkoopen overging en voornamelijk de te Brussel genoteerde waarden onverkoopbaar bleken, daar de Brusselsche hoekmannen, om geen papier te moeten opnemen, eenvoudig weg niet noteerden. Te pas en te onpas wordt er natuurlijk de effectenmakelaar of wisselagent bijgesleurd die niet tijdig gewaarschuwd heeft, alsof die | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 410]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
brave man een waarzegger was en van beroep uit de clientele op het juiste oogenblik kon doen verkoopen. In 't algemeen worden niets dan goede nieuwsjes verspreid zoolang alles goed gaat. Later als de koersen buiten alle verhoudingen zullen gestegen zijn, komt de ontgoocheling. En wat de verhouding van effectenmakelaar tegenover client betreft, wat door de eenen verkocht, moet door de anderen gekocht worden. Wat voor de eenen geen tip of 'tuyau' meer is, zal het voor de anderen worden. Het papier moet afwisselend van houders veranderen. Hoe zou het ook anders, moesten er niet gelijktijdig koopers en verkoopers optreden, kon de markt haar evenwicht niet krijgen. Toch waren er oogenblikken toen er eenzijdig gespeculeerd werd, dat wil zeggen: éénzelfde tegenpartij, in casu de Duitsche Staat, trad als verkooper op en het papier kwam altijd in dezelfde handen terecht, t.t.z. het publiek dat kocht op een problematisch koersherstel dat definitief uitgebleven is. Wie heeft er eenige jaren geleden geen Duitsche Marken gekocht: Met heele kisten werden ze tot in Singapour en China en de gansche wereld door verhandeld. Voor iemand met een gezond oordeel was het nochtans klaar dat er wel op een goed betaalmiddel, zegge Ponden of Dollars, kon gespeculeerd worden, maar dat het speculeeren op het koersherstel van een tot den ondergang gedoemde munt niet kon rendeeren. Het speculeerend publiek houdt er meepingen op na, waartegen onder geen voorwendsel kan opgetreden worden. Zoo wordt er de laatste tijden veel gespeculeerd op waardelooze stukken, de zoogenaamde 'kleine waarden', omdat deze het vlugst stijgen, wat dikwijls door de werkelijkheid bevestigd wordt, wat niet belet dat er af en toe zoo een zaakje likwideert of failliet gaat en de speculant met de scherven zit. Zoo is ook de meening verspreid geraakt dat men op gestelde dagen moet handelen, b.v. op een Vrijdag koopen. De Dinsdag geldt als de slechtste beursdag. Slecht of goed weder beïnvloedt de humeur van de beurs en ge merkt het dadelijk aan de clientele die de beurs bezoekt in het haar gereserveerde lokaal. Anderen nog volgen druk de financieele berichten uit New-York, omdat de leuze is: Amerika goed, Antwerpen goed. In verband met dit alles is het misschien wel interessant den lezer even te memoreeren wat we daaromtrent op 2 December 1934 in dit Tijdschrift schreven: 'De gansche wereld heeft à la hausse gespeculeerd totdat in October 1929 de ontzettende slump het “in de liefhebberij zijn” in | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 411]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
eene paniekstemming heeft veranderd en de speculanten tot bezinning heeft gebracht. Belegging tegen gematigde rentevoet was uit den booze, 'kapitaal moest kapitaal afwerpen.' En verder: 'De wereld leefde in eene waanzinnige kermisatmosfeer en men vergat te werken.' Gaan we eene reëditie van 1928-1929 beleven? Niemand weet het precies maar het heeft er al den schijn van. Voorloopig is er natuurlijk geen spraak van ineenstorting. Er is nog niet het minste financieel vuiltje aan de lucht. Algemeen heeft de meening ingang gevonden dat we voor eene lange periode van herstel staan. Echter zal over een onafzienbaren tijd roet in het eten geworpen worden en voorzichtigheid is dus geboden. Speculeeren ja, maar dan met overleg, liefst op eerste rangswaarden met terzijdelating van alle waardeloos gedoe en met gematigde winstneming. Maar voor alles toch, belegging, en volgens de omstandigheden belegging met kans van meerwaarde. Die is er voor den moment maar voor 't grijpen. Noem het ook speculatie, in den grond blijft het belegging. Waarom niet gekocht op het koersherstel van te veel gedeprecieerde waarden die hunne proeven doorstaan hebben en al de crisisjaren door dividend betaald hebben of waarvan de verbeterde situatie in de toekomst uitkeering van dividend wettigt? Het belegde kapitaal zal daardoor minder gevaar loopen en in slechte perioden beter bestand blijken tegen eventueele koersdaling.
15 Maart 1936.Ga naar voetnoot* |
|