Streven. Jaargang 25
(1971-1972)– [tijdschrift] Streven [1947-1978]– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 48]
| |
Balkanlanden onder druk door driehoeksverhouding Amerika-Rusland-Peking
| |
[pagina 49]
| |
aanval op Turkije zou voor de Russen te riskant zijn, een interventie in Joegoslavië onder het voorwendsel het socialisme te redden misschien niet, temeer omdat Moskou de zwenking van Tito in 1948 uit het Sovjet blok niet vergeten en niet vergeven heeft en een terugkeer van de Joegoslaven in de ogen van de leiders van het Kremlin stimulerend wordt geacht voor een herstel van de eenheid der communistische beweging. De verleiding is des te groter voor de Russen naarmate zij ook in Joegoslavië zelf aangrijpingspunten voor een actie vinden. Tito is zeer oud en velen staan gereed een na Tito's vertrek of overlijden ontstaan vacuum op te vullen. Enerzijds zijn er de oude kominformaanhangers, anderzijds zijn er extremistische emigranten die zich voor een deel tegen Belgrado en met de Sovjet-Unie verbonden voelen, omdat zij van Moskou hulp verwachten bij het uiteenslaan van de op de Servische ‘overheersing’ gebaseerde federale staat. Op het terrein van de buitenlandse politiek toont Roemenië zich actiever dan ooit. Boekarest heeft met nieuwe kracht gepleit voor de omvorming van de Balkan tot een zone van vrede en goede nabuurschapGa naar voetnoot3. Om zijn positie tegenover eventuele verhoging van de druk der Sovjet-Unie en haar bondgenoten te weerstaan, reikt Roemenië de vriendschapshand aan alle Balkanlanden, ongeacht hun ideologische, politieke en sociale systeem. Om verwijten van de overige socialistische landen in de strijd tegen het Roemeense onafhankelijkheidsstreven te ontgaan, wordt geaccentueerd dat de samenwerking op de Balkan beschouwd moet worden als een integrerend onderdeel van de opbouw der Europese veiligheidGa naar voetnoot4. Dat de Balkan ‘nach dem Vorstoss’ van de Sovjet-Unie ‘ins Mittelmeer strategisch aufgewertet wurde und sich deswegen die typische Konstellation dieser Gegend - Durchmengung nationaler und grossmachtsaspirationen - verstärkt hat’Ga naar voetnoot5, wordt in Joegoslavië duidelijk gezien. Daarom staat men in Belgrado sceptisch tegenover een door Roemenië gepropageerde uitbreiding van de samenwerking op de BalkanGa naar voetnoot6. | |
[pagina 50]
| |
Ondanks deze sceptische stemmen wordt door de Roemeense diplomatie onderzocht wat de samenwerking tussen de Balkanstaten in de praktijk zal betekenen. Ceausescu heeft in de afgelopen twaalf maanden de staatsresp. partijleiders van Turkije, Joegoslavië en Bulgarije ontmoet, terwijl Manescu onderhandelde met zijn Bulgaarse, Griekse en Joegoslavische ambtgenoten. Vermelding verdienen voorts het bezoek van generaal Ionita aan Joegoslavië en het feit dat de betrekkingen tussen Griekenland, Joegoslavië en Albanië voortdurend verbeteren. Alleen de verhouding van Bulgarije tot Joegoslavië en Albanië mag tamelijk slecht worden genoemd ‘als Spiegelbild der Abneigung Moskaus’ tegenover die landenGa naar voetnoot7. Naar aanleiding van de snelle verbetering van de bilaterale betrekkingen en de schijnbaar relatieve machteloosheid van de Sovjet-Unie om dit proces van toenadering te verhinderen, resp. te vertragen reageerde zelfs het geprononceerd pro-Russische Bulgarije positief op het Roemeense plan. Minister Basjew bezocht in juni Boekarest en stemde o.m. toe in samenwerking ten aanzien van hydro-elektrische projecten in de DonauvalleiGa naar voetnoot8. In het kader van hun pleidooi voor solidariteit van de Balkanstaten voeren de Roemenen een zeer elastische politiek tegenover Bulgarije. Zij bevorderen de contacten met Sofia en proberen de sterke Sovjet invloed op de Bulgaarse politiek door de attractiviteit van de idee van een Balkan voor de Balkanvolkeren te neutraliseren. Al deze ontwikkelingen zijn niet bepaald naar de zin van de Sovjetleiders. Toch geven de Roemenen geen enkel wettig excuus voor een directe interventie. Daarom kan Moskou weinig anders doen dan zijn ongenoegen te kennen geven over het feit dat de Chinezen erin slaagden een machtspositie op de Balkan te vestigen, door een serie Warschaupact-manoeuvers langs de Joegoslavische en Roemeense grenzen. Deze demonstraties van militaire macht werden door politieke maatregelen begeleid. De partijleiders van het Sovjet blok hebben op 2 augustus op de Krim een geheime conferentie gehouden. Ceausescu was uiteraard niet aanwezig. Op deze topconferentie werd o.a. een plan besproken tegen het offensief van Peking op het gebied van de buitenlandse politiek. Men zou ook over de wenselijkheid gesproken | |
[pagina 51]
| |
hebben, dat er voor Nixons reis naar Peking een ontmoeting tussen hem en Kosygin tot stand zou worden gebracht, bijv. bij de ondertekening van het vier-mogendhedenakkoord over Berlijn. Voorts zou men willen streven naar een wereldconferentie van alle anti-imperialistische partijen, die o.a. ten doel zou moeten hebben het binnendringen van de militant-orthodoxe Chinese ideologie in de Derde Wereld tegen te gaan. In het kader van eventuele militaire maatregelen tegen China zou ook de mogelijkheid zijn besproken de Mongoolse Volksrepubliek - die tot op heden slechts als waarnemer de bijeenkomsten van de Warschaupactlanden heeft bijgewoond - nauwer aan deze organisatie te verbindenGa naar voetnoot9. Terwijl men zich in de westelijke hoofdsteden bezig houdt met de dollarcrisis en de eventuele dramatische gevolgen van deze door Nixon eenzijdig genomen beslissing op de Atlantische samenwerking en terecht verheugd is over de oplossing van de kwestie-Berlijn, staat in Oost-Europa de door Moskou met toenemende intensiteit gevoerde campagne tegen drie min of meer geëmancipeerde Balkanlanden in het middelpunt van de politieke belangstelling. De Sovjetleiders zijn verontrust, omdat de ene Chinese delegatie na de andere in Belgrado, Boekarest en Tirana haar opwachting komt maken. In het Kremlin worden deze diplomatieke activiteiten beschouwd als een penetratie in de sfeer van de Sovjet machtsbelangen. Daarom is het met onmogelijk dat het Westen voor de derde maal verrast gaat worden door een Sovjet militaire interventie in Oost-Europa. De inval in Roemenië zouden de westelijke landen niet kunnen verhinderen, als de heren van het Kremlin die per se willen. Dat laatste is echter nog de vraag. Bovendien is het onwaarschijnlijk dat Moskou ‘den inneren Zerfall’ van de westelijke defensiegemeenschap door een ‘Wiederholung von Prag aufhalten werde’Ga naar voetnoot10. Volgens Boekarest is de huidige atmosfeer op het terrein van de internationale betrekkingen allerminst gunstig voor een ernstige crisis. Dit neemt echter niet weg dat er een wanhopige toestand zou kunnen ontstaan, die tot wanhoopsdaden zou kunnen leidenGa naar voetnoot11; want de groeiende Chinese interesse voor de Balkan en de uitbreiding van de contacten tussen Boekarest en Peking hebben Moskou gealarmeerd. Het Westen mag dan door Moskou als tegenstander worden beschouwd, de Sovjetleiders zien China als de vijand. De Chinezen zijn des te gevaarlijker geworden, nu zij zich bereid hebben getoond met Washington over de normalisering van de betrekkingen te pratenGa naar voetnoot12. | |
[pagina 52]
| |
De vrees van het Kremlin voor omsingeling of tenminste verzwakking van de Russische hegemoniale positie in Oost-Europa en in de Sovjet-Unie zelf is allerminst denkbeeldig. De Chinezen zijn niet alleen op de zuidwestflank alsmede in het Oosteuropese voorterrein van het Sovjet imperium aanwezig, maar Peking volgt een politieke strategie die ook de nationaal-communistische tendensen in de Sovjet-Unie zou moeten bevorderen. De Chinezen willen dus het nationaal-communisme bij de niet Russische volkeren mobiliseren. ‘Offensichtlich erblickt dabei Peking in der Ukraine ein wichtiges Potential in seinem Versuch, die zentrifugalen Kräfte’ in de Sovjet-Unie te versterken en te steunenGa naar voetnoot13. Na de ondertekening in Peking van het Chinees-Roemeense communiqué, dat sprak van de militante vriendschap tussen beide socialistische landen en waarin China beloofde de gerechtvaardigde strijd van het Roemeense volk ter verdediging van zijn nationale onafhankelijkheid te blijven steunen, ging aanvankelijk het Moskouse misnoegen uit naar de ‘scheurmakers-activiteiten’ van PekingGa naar voetnoot14. Enkele dagen later volgde echter een van de meest spectaculaire politieke sensaties sedert jaren: de aankondiging van Nixons bezoek aan Peking. Daarna kreeg de vriendschap tussen Roemenië en | |
[pagina 53]
| |
Peking in de ogen van het Kremlin een ander perspectief. De erkenning van China door Washington als derde supermogendheid noopte de Sovjet-Unie tot een heroriëntatie van haar internationaal beleid. De Roemenen werden indirect gewaarschuwd dat zij met hun politiek verraad plegen aan het proletarische internationalisme en dat zij zich ten dienste van de ‘Chinese fascisten’ lenen tot de versnippering van de eenheid van het socialistische blok. De perscampagne is heftiger geworden sinds Tsjoe En-lai een bezoek in het najaar aan Joegoslavië, Albanië en Roemenië heeft toegezegd en een Chinese militaire delegatie een bezoek bracht aan Tirana en BoekarestGa naar voetnoot15. Hoezeer dat Moskou irriteerde, blijkt uit een artikel van het Magyar Hirlap dat zelfs beweerde dat Belgrado, Tirana en Boekarest een anti-sovjetische as zouden smedenGa naar voetnoot16. De vorming van deze alliantie zal op de Balkan tot een uiterst gevaarlijke toestand leiden. De druk die de Warschaupactlanden op Roemenië en Joegoslavië uitoefenen, bepaalt de gehele ontwikkeling op de Balkan. De Sovjet-Unie drijft Roemenië, Joegoslavië en Albanië in feite nauwer tezamen en deze solidariteit versterkt hun moed om vastberaden te getuigen van hun wil: vast te houden aan hun eigen weg in de ontwikkeling van het socialisme. Men mag geen enkele illusie koesteren over de cynische machtspolitiek van de Sovjet-Unie. De gevolgtrekking is echter onjuist dat Moskou deze staten zonder meer zou kunnen ‘disciplineren’ door middel van een militaire strafexpeditie. De strategische positie van Roemenië is zeer zwak. Daarbij wordt de waarde van het leger door deskundigen niet hoog aangeslagen. Niettemin weigert Ceausescu zijn neutrale positie tussen Brezjnev en Mao-Tsjetoeng alsmede de vriendschappelijke betrekkingen met Peking prijs te geven, omdat hij vermoedelijk in geval van nood rekent op Chinese bijstandGa naar voetnoot17. Zij zouden hun Roemeense kameraden bij het verzet tegen een | |
[pagina 54]
| |
Sovjet militaire interventie, althans voorlopig, niet moeten helpen. Want de Roemenen kunnen zich het een en ander permitteren, maar dan slechts zolang Moskou zijn positie op de Balkan niet werkelijk in gevaar ziet. De houding van de Sovjet-Unie tegenover Roemenië zou bijv. kunnen veranderen wanneer in Joegoslavië een omwenteling zou plaatsvinden. Dat zou een reden kunnen zijn om in te grijpen, want de Sovjet-Unie wil in Europa elke ontwikkeling die het machtsevenwicht ten nadele van Moskou zou kunnen verstoren, tegenhouden. Zoals het Westen niet een door het Sovjetblok overheerst ‘Nach-Tito-Jugoslawien’ wenst, wil Moskou geen door de ‘vrije wereld’ gecontroleerd Belgrado. Het Kremlin moet in staat zijn door middel van militaire demonstraties, zoals de Warschaupact-manoeuvers YUG en OPAL 71 langs de grenzen van Joegoslavië, de politieke ontwikkelingen in dat land te beënvloeden. Een Russische inval in Roemenië ‘käme aus Moskauer Sicht in Betracht, wenn Jugoslawien seinen kommunistischen Charakter völlig verlöre’18. Joegoslavië en Albanië zouden zeker tegen een agressor moordend verzet plegen. Bovendien weet men zowel in Belgrado als Tirana dat de V.S. een bezetting door het Sovjet leger niet zullen tolereren. Uit een zorgvuldige analyse van de naoorlogse Moskouse politieke en strategische doeleinden is gebleken dat het Sovjet leger nooit blindelings een land is binnengevallen. Zowel in 1956 als in 1968 hebben de leiders van het Kremlin hun militaire acties politiek-propagandistisch nagenoeg perfect voorbereid. Een langdurig en bloedig verzet in Albanië en in Joegoslavië tegen de bezetters of a fortiori een eventueel open conflict met de Volksrepubliek China en de Verenigde Staten vormen echter een te hoge prijs voor de Sovjet-Unie. De doorbraak van China als derde supermogendheid heeft een wereldomspannende driehoeksverhouding ingeleid. Van dit feit hangen voor de Zuidoosteuropese landen hun veiligheid en de handhaving van hun staatkundige onafhankelijkheid af. |
|