Afrika-Kroniek
De politieke verhoudingen in Afrika
door Dr Jacques J.B.P. van Lierde
NA de eerste wereldoorlog lag de belangrijkste onrusthaard voor de wereldpolitiek in Oost-Europa en in het Midden-Oosten. Door de vereende krachten van oorlog, nationalisme en revolutie werden daar toen de Habsburgse, Russische en Turkse dynastieën ten onder gebracht.
Direct na de tweede wereldoorlog is de haard van onrust overgeslagen naar Oost-Azie, waar dezelfde krachten als de vorengenoemde de Nederlandse, Engelse en Franse gebiedsdelen grotendeels hebben geliquideerd of gewijzigd.
De wijze waarop en het tempo waarin een en ander geschiedde, vertoont echter in de beide tijdsperioden sterke verschillen.
De politieke veranderingen in Azië hebben beslist op een geheel andere manier plaats gevonden, dan die welke na de eerste wereldoorlog in enkele der grote Europese landen tot stand zijn gekomen.
Met name heeft men in Azië in mindere of meerdere mate met een zekere staatsmanscapaciteit te doen gehad, met een politieke soepelheid en met een zekere goodwill, die van de Westelijke machten uitging.
Ook in het tempo van de doorvoering der veranderingen valt er, gemeten aan de resultaten, wel een zeker verschil te constateren. In Azië heeft zich dit hervormingsproces n.l. verbazingwekkend snel voltrokken. Terwijl aan het einde van de tweede wereldoorlog nog de meeste dier landen afhankelijk van het Westen waren, had er nog geen 5 jaar later inmiddels een zodanige verandering plaats gegrepen, dat er sindsdien slechts enkele gebieden zijn overgebleven, die nog geen onafhankelijke status bezitten.
Als gevolg van dit alles blijft er nog slechts één laatste grote koloniale Europese macht over. Dat is Afrika. Maar ook in dit werelddeel stond de tijd niet stil.
Vijftig jaar geleden was de overbrugging van Afrika van de Kaap naar Cairo en van Oost naar West door een net van communicatiemiddelen en een systeem van recht en orde nog slechts een droom, een aspiratie. Heden ten dage zijn er maar weinige streken in Afrika, die niet op een of andere manier, direct of indirect met de buitenwereld zijn verbonden. Duizenden mannen en vrouwen van honderden stammen, van tientallen naties, van verschillende rassen en godsdiensten doorkruisen dit continent van Noord tot Zuid, van Oost naar West, te voet, te paard, op de fiets, per auto, trein, boot of per vliegtuig.
Dat alles brengt met zich mee dat dit werelddeel thans geen hermetisch gesloten gebied meer is, maar dat het door middel van duizenden knopen met andere werelddelen is verbonden en met name ook met die, waar de levensstandaard veel hoger ligt dan op het eigen continent.
Van zulk een levensstandaard wil men daar ook wel genieten, en waar dit niet zo maar zonder meer mogelijk is, berust de bevolking thans evenmin zonder meer in het ‘Schicksal’, maar wordt actief.