Streven. Jaargang 4
(1950-1951)– [tijdschrift] Streven [1947-1978]– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd
[pagina 177]
| |
Titoïsme
| |
I. De prijsYoegoslavië is nooit een rijk land geweest. Tito's erfenis was echter van bijzonder twijfelachtige waarde. De industrie was totaal verwaarloosd; bruggen, spoorwegen en verkeerswegen waren vernietigd of ontredderd; de financiële toestand was hopeloos verward; reserves aan goud en deviezen om het allernoodzakelijkste aan te schaffen, bestonden practisch niet. Met de hulp van Russische deskundigen werd op streng Marxistische basis een stoutmoedig vijfjarenplan ontworpen. Doel was onder meer: het bouwen van machtige hydro-electrische installaties die de drijfkracht aan de industrie zouden leveren, de geleidelijke productie van werktuigen, vooral voor de landbouw, en de ontwikkeling van een volledig industrieel complex dat 's lands ertsen en minerale producten zou verwerken. De verwachtingen in dit verband op de Sovjet-Unie en op Tsjechoslovakijë gericht werden slechts gedeeltelijk vervuld. De uitvoering van | |
[pagina 178]
| |
het plan had reeds aanmerkelijk vertraging ondergaan toen het conflict met het Kremlin openbaar werdGa naar voetnoot1). Toen verloor Tito met één slag zijn Russische adviseurs en alle steun vanwege het Oostelijk blok. Een systematische economische boycot van Yoegoslavië werd georganiseerd. Hongarijë verbrak alle met Yoegoslavië afgesloten contracten en weigerde de bestelde goederen te leveren, ondanks het feit dat met Yoegoslavische deviezen buitenlands materiaal was aangekocht voor de wederopbouw van de beschadigde fabrieken die met de uitvoering van de contracten belast waren. De Hongaarse herstelbetalingen werden gestaakt en een krediet van 20 millioen dollar, ten gunste van Yoegoslavië, werd geblokkeerd. Tsjechoslovakijë weigerde afgewerkte en reeds betaalde producten aan Yoegoslavië af te leveren, behield bovendien machines door dit land in reparatie gegeven. Roemenië weigerde de terugbetaling van een lening, in de vorm van graanlevering, door Yoegoslavië toegestaan om de hongersnood, die kort na de krijgsverrichtingen het land teisterde, te lenigen. Bulgarijë weigerde de kunstschatten terug te geven die het zich tijdens de oorlog had toegeëigend. De Sovjet-Unie ontzegde aan Yoegoslavische schepen de toegang tot de boven-Donau, ondanks de bestaande conventies. Bij deze druk, die de economische ineenstorting van Yoegoslavië tot doel had, kwam zich de psychologische en politieke druk voegen. De machtige Sovjet-propagandamachine kwam in actie. Tito, die gisteren nog officieel het vertrouwen van Moskou genoot, werd plotseling van fascisme en van verraad tegenover zijn land en tegenover het communisme beschuldigd. Het volk werd aangespoord om zijn Regering omver te werpen. De Yoegoslavische diplomatieke vertegenwoordiging werd uit verscheidene volksrepublieken verdreven en de extraterritorialiteit der ambassades geschonden. Het kwam tot intimidatiemanoeuvres en infiltratie van terroristen. Er werd gedreigd: de Sovjet-Unie zou naar eigen goeddunken optreden om voldoening te bekomen. Sovjet-troepen demonstreerden aan de Yoegoslavische grens. Honderden grensincidenten werden uitgeloktGa naar voetnoot2). Yoegoslavië hield voet bij stuk. | |
[pagina 179]
| |
II. De verklaringDe oorzaak van de breuk met Moskou kan met een paar woorden worden samengevat: Tito weigerde de richtsnoeren van het Kremlin als dogma's te aanvaarden. Het verzet ontstond zodra het duidelijk werd dat de Sovjet-Unie er naar streefde het land in economische dienstbaarheid te brengen en eiste dat, in geval van oorlog, het Yoegoslavische leger onder Russisch opperbevel zou staan en eventueel zelfs zou kunnen gedwongen worden buiten eigen land op te treden indien de Sovjet-Unie dit gewenst zou oordelenGa naar voetnoot3. Deze eisen gelden echter waarschijnlijk eveneens voor andere volksrepublieken. Er liggen bijgevolg aan de houding van Yoegoslavië specifieke oorzaken ten grondslag. Deze zijn voornamelijk de persoonlijkheid van Tito zelf en de eigenaard van het Yoegoslavische volk. De Sovjet-propaganda stelt Tito thans voor als een oud agent van het kapitalisme. In werkelijkheid is hij een communist van het zuiverste water en van het eerste uur. Josip Broz, de huidige Maarschalk TitoGa naar voetnoot4, is de zoon van een arme Kroatische boer. In 1915, nauwelijks 23 jaar oud, werd hij als d.d. officier bij een Oostenrijkse eenheid aan het Oostfront door de Russen gevangen genomen. Hij wist te ontsnappen, voegde zich bij de Bolsjevisten en voerde met hen burgeroorlog in Siberië. Hij verleende zijn medewerking aan de Octoberrevolutie. In het communisme meende deze jonge man, die de ellende van de Slavische minderheid onder het regime der Habsburgers, alsook die van de arbeiders in de 'kapitalistische industrie' te Zagreb had gekend, een ideaal te vinden waaraan hij zijn krachten kon wijden. Rond 1921 teruggekeerd in zijn land, dat nu Yoegoslavië heette, werd hij secretaris van het syndicaat der metaalarbeiders en later van de tak Zagreb van de communistische partij. In 1928 als dusdanig gearresteerd benutte hij zijn proces grondig als propagandamiddel. In vrijheid gesteld in 1934 werd hij een vertrouwensagent van de communistische internationale. Reizende onder steeds wisselende namen, is het hem in die periode tijdens een treinreis over komen dat hij door een Duitse grenswacht uit de slaap gewekt werd. Men vroeg zijn naam. Die kende hij echter niet: in de haast van het vertrek had hij namelijk vergeten zijn nieuwe papieren te bekijken. Hij gebaarde geen woord Duits te begrijpen en | |
[pagina 180]
| |
haalde zijn papieren voor de dag, waarvan hij samen met de Duitse grenswachter kennis nam. Het was Josip Broz die vanuit een hoofdkwartier, gevestigd te Parijs, vrijwilligers voor de Spaanse burgeroorlog recruteerde en er voor zorgde dat ze op hun bestemming kwamen. In alle omstandigheden toonde hij zich een goed organisator, een handig, betrouwbaar en orthodox communist. In 1937 werd hij daarom, naar aanleiding van een zuivering, tot algemeen secretaris van de Yoegoslavische communistische partij aangesteld. Het eerste wat hij deed, was zich, met zijn centraal comité, clandestien te Belgrado vestigen. Tito organiseerde het verzet tegen de Duitse aanvaller vanaf het eerste uur (wonder genoeg in accoord met Moskou en in strijd met het Sovjet-Duitse pact). In de zomer van 1941 opereerden de partisanengroepen in Servië onder zijn bevel: eerst vanuit Belgrado, waar hij onder de naam van ingenieur Babich een typisch bourgeois-leven leidde, later - toen het hem te Belgrado te benauwd was geworden - als ware guerrilla-leider die in bergen en bossen de avonturen en de gevaren van de piartisanen deelde. Zijn vermetelheid kende geen grenzen, Liever dan verzet en sabotage te plegen in de steden, zoals Moskou het overigens voorschreef, waagde hij zich, met stijgend succes aan omvangrijke guerrilla-operaties, Aanvankelijk gebeurde dit wel eens in samenwerking met het leger van Mihailovich, de zogenaamde Chetniks. Deze laatsten streden echter voor Kerk, Koning en Staat en lang duurde het niet of er ontwikkelde zich, naast de strijd tegen de bezetter, een ware burgeroorlog. Ten overstaan van de verschrikkelijke represaille-maatregelen door de Duitsers tegen de bevolking getroffen, nam Mihailovich een voorzichtiger houding aan: redden wat er te redden was liever dan verwoesting te zaaien werd zijn doel. Ondanks de offers en de verliezen, bleef Tito's verzet onwrikbaar. Deze niets ontziende politiek beantwoordde noch aan de richtlijnen van Moskou, noch aan de wens van het Geallieerd Opperbevel. Toch was het Tito die van beide zijden het meest en, vanaf zeker ogenblik, zelfs uitsluitend steun ontving. Het lot van Mihailovich vormt een van de pijnlijke bladzijden van de geschiedenis van de Tweede Wereldoorlog. Als guerilla-leider had Tito echter zijn gelijke niet. Hij gaf blijk van moed, realisme, initiatief, soepelheid, gezond verstand, beslistheid en doelbewustheid. Ijzeren tucht en volstrekte doodsverachting heersten in de rangen van zijn partisanenleger. Hij zelf stak met kop en schouders boven zijn wapenbroeders uit. Hij was de onbetwiste leider en bezieler. Onder zijn impuls ontstond er in de bittere strijd tegen de | |
[pagina 181]
| |
bezetter een nieuw gevoel van nationale saamhorigheid onder Serven. Slovenen en Kroaten, een versmelting ook van klassen en rassen. Verplicht op eigen verantwoordelijkheid te handelen, leerde hij zelfstandig te denken, de diverse aspecten van een probleem te zien, zijn blik te verruimen. Hij werd uiterst gevoelig voor al wat van ver of van dichtbij de waardigheid van Yoegoslavië raakte. Zo zeer ging hij in zijn taak op dat alleen nog zijn nationale bevrijdingsoorlog, zijn zegepralen en zijn offers voor hem van betekenis waren. Het partisanenleger was geleidelijk tot een aanzienlijke macht uitgegroeid, In 1943 hield het met 150.000 manschappen ruim twaalf Duitse divisies in bedwang. Zeven groots opgezette offensieven slaagden er niet in de steeds weer aanvallende en steeds weer verdwijnende partisanen uit te roeien. Alles wees er op dat Tito eens de meester van Yoegoslavië zou zijn, maar ook dat zijn onafhankelijk leiderstemperament, dat nu tot volle ontplooiing was gekomen, onverenigbaar zou zijn met de eisen die aan het hoofd van een satellietstaat worden gesteld. In September 1944, terwijl het Rode leger Belgrado vanuit het Noorden binnenrukte, trokken de Partisanen de stad in vanuit het Zuiden: zij waren er van overtuigd zelf hun land te hebben bevrijd. Een jaar later had Tito alle macht in handen. Doch Tito was Josip Broz niet meer. Zijn patriotisme had zijn russificatie overleefd en overschaduwd. Hij was niet meer de leider van een politieke minderheid en van een onwettelijke partij. Hij was geen instrument meer in de handen van Moskou. Hij voelde zich staatshoofd, leider van een revolutie en maarschalk van een nieuw door hem gevormd leger. Hij geloofde in zijn vermogen om zijn eigen weg te gaan en om het Marxisme aan de eigen noden van zijn volk aan te passen. De absolute voorrang van de belangen der Sovjet-Unie en het blindeling naleven van haar onderrichtingen kon hij niet meer aanvaarden. Malaise ontstond vanaf het eerste contact met de Russen in 1944. Vier jaar later was de breuk onvermijdelijk geworden. Alleen van een persoonlijkheid als Tito, begaafd met een onwrikbare wil, grondig vertrouwd met de communistische leer en methode, steunend op de absolute trouw van een schaar van medewerkers en oude strijdmakkers, omgeven met het prestige van de bevrijder der natie en maarschalk van het machtigste leger van de Balkan, dat vier jaar lang de Duitse Wehrmacht had uitgedaagd, kon worden verwacht dat hij voor een openbaar conflict met het Kremlin niet zou terugdeinzen. De hevige druk van Moskou, die hierop volgde, had een onverwacht gevolg: Tito werd het symbool van de strijd voor nationale onafhanke- | |
[pagina 182]
| |
lijkheid, de voortzetter van de eeuwenoude Zuidslavische traditie van verzet tegen de vreemde overweldiger. Het volk - ook niet-communisten - steunt de maarschalk, althans in die strijd. Het Kremlin schiep de voor de dictators zo dankbare noodtoestand. Hoe heeft Stalin daaraan niet gedacht? Tito heeft de dreigende economische ondergang vermeden door een beroep te doen op het volk. Tientallen duizenden, jongeren vooral, beantwoordden zijn oproep en legden, zonder werktuigen, nieuwe wegen aan, losten schepen met hun glote handen. De psychologische schok was geweldig. In dit nieuw stadium van de strijd voor Yoegoslavië's onafhankelijkheid, toonde Tito zich opnieuw een meester. Hij wachtte zich er wel voor zijn positie bij zijn aanhangers te compromitteren door zich onmiddellijk tot het Westen te keren. Integendeel, hij onderstreepte bij elke gelegenheid zijn wil geen Westerse hulp in ruil van politieke concessies te aanvaarden. Juist daarom misschien is die hulp, ook zonder concessies, gekomen en wel zodra het Westen begrepen had dat het niet tegenover een 'mise en scène' stond, zodra het ook de kansen had gemeten die de situatie bood. In 1949 en in 1950 verkreeg hij credieten van de Import-Export Bank ($40 millioen), van de Wereldbank ($2,7 millioen), van het Internationaal Muntfonds ($9 millioen), en van Groot Brittannië ($8 millioen). Verdere leningen worden in het vooruitzicht gesteld. Bovendien werden hem aanzienlijke credieten toegestaan in het raam van handelsaccoorden met verscheidene Westerse landen geslotenGa naar voetnoot5). Het ligt voor de hand dat de economische en financiële betrekkingen tussen Yoegoslavië en het Westen - onontbeerlijk voor de uitvoering van Tito's vijfjarenplan en volstrekt noodzakelijk om het land voor hongersnood en materiële ineenstorting te behoeden - een zekere toenadering impliceren. 'Het feit dat wij ertsen aan het Westen verkopen en van Westerse mogendheden machines en voedsel aankopen, betekent echter helemaal niet, aldus Maarschalk Tito, dat wij onze ziel en ons geweten verkopend van politieke concessies is geen spraak'. Of Tito zijn positie op het strakke koord tussen Oost en West zal kunnen handhaven is een open vraag. Dat hij ze sedert bijna drie jaar reeds heeft weten te behouden is op zich zelf een resultaat waarvan de gevolgen niet te overzien zijn. | |
[pagina 183]
| |
III. De betekenisTito's rebellie moge in ruime mate aan zijn vaderlandse gevoelens en aan het welbekende nationalisme van zijn volk zijn toe te schrijven; zij verraadt ook het bestaan van een typisch communistisch probleem. Ze vernietigt de mythe van Stalin's onfeilbaarheid en van het monolithisch Oostelijk blok.... in zo ver zulks nog werkelijk nodig was. Want de eenvormigheid en het statisme van elke maatschappelijke instelling of organisatie is op zich zelf absurd. De communistische partij levert daarvan zelf een typisch bewijs. Schakeringen en uiteenlopende tendenzen bestonden in de schoot van het communisme reeds vóór de Octoberrevolutie. Heel de geschiedenis der partij is doorweven met oppositieneigingen, afwijkingen, zuiveringen en alternatieve programma's. De spanningen en meningsverschillen betroffen dikwijls de democratisering van de partij, een voorstel dat reeds in 1923 door Trotsky werd gedaan. De totalitaire éénpartijstaat werd, in de schoot van de partij, in alle ontwikkelingsphasen van de Sovjetstaat aangevallen. De lange strijd der nationaliteiten, binnen de Sovjet-Unie, was een der varianten van dezelfde tendenz, wat overigens de federale vorm van de staat verklaart. De absolute ondergeschiktheid van alle communistische organisatie's aan de centrale leiding gaf aanleiding tot steeds scherper crises naar gelang de beweging zich in het buitenland ontwikkelde. Stalin's politiek tegenover Duitsland bracht een ware ontwrichting in de communistische wereld teweeg en in zekere zin is het waar dat Hitler Stalin redde toen hij Rusland binnenviel. Daardoor schaarden zich immers alle krachten opnieuw rond het Kremlin en kreeg het regime een nieuwe levensperiode. Na Hitlers nederlaag ontbrandde het steeds latente conflict Komintern-Politburo weer in acute vorm. Een tijd lang meenden immers de staatshoofden van de jonge volksrepublieken een betrekkelijk zelfstandige positie te kunnen behouden. Het Politburo zelf kende verdeeldheid. Hoe anders te verklaren dat het plan voor een Balkanfederatie, onder leiding van Dimitrov en Tito, aanvankelijk werd aangemoedigd en openlijk in overweging genomen.... totdat de 'Prawda' het plots categoriek veroordeelde en Dimitrov schuld bekende. De spanning door de veroordeling van Tito teweeg gebracht was zo sterk dat men het lange tijd niet heeft aangedurfd een officiële algemene vergadering van de Kominform - de nieuwe compromis-vorm van de vroegere Komintern - te houden. Tito is, onder meer, ook de erfgenaam van deze tweespalt. Hij ver- | |
[pagina 184]
| |
tegenwoordigt het Trotskyisme van heden en wordt als zodanig door het Kremlin gebrandmerkt. Hij is het levend symbool van de strijd van Ruslands' satellieten tegen gelijkschakeling, tegen totale afhankelijkheid van Moskou, tegen volledige economische en politieke onderwerping. Waar de oppositie eerst binnen Rusland, daarna vanwege buitenlandse partij-organisaties zonder reële politieke macht, reeds tot ernstige crises leidde, is er reden om te geloven dat de afwijkingen van de nieuwe communistische staten een werkelijk gevaar voor Moskou opleveren. De 'blunderende aarzeling' waarmee tegenover Yoegoslavië is opgetreden en de verscherpte politiek tegenover de andere volksrepublieken hebben geen andere uitlegGa naar voetnoot6). Tot nog toe was het voldoende aan afwijkende groepen alle steun te ontzeggen om hun actie lam te leggen. Elke oppositie werd geïsoleerd en de nodige zuiveringen werden doorgevoerd. In de satellietstaten maakt ook nu nog isolering der regeringen van het volk (namelijk door snelle gedwongen collectivering van de landbouw) deel uit van de Sovjet-strategie. Tevens wordt gestreefd naar economische autarkie en naar algemene russificatie van het wetenschappelijk en cultureel leven. Dit alles leidt regelrecht naar inschakeling in de Sovjet-Unie en alleen vrees voor het psychologisch effect heeft het proces vertraagd. Wat in Tito's geval geheel nieuw is en wat zijn kracht vormt, is dat het Kremlin niet meer bij machte is zijn levensader door ontzegging van alle steun - want militaire tussenkomst sluit al te grote risico's in - af te snijden. Yoegoslavië is op weg een onafhankelijke natie te worden met een eigen militaire, politieke en economische basis, die, hoewel diep geschokt, met de dag sterker wordt. Het bestendig verzet van dit land dreigt een op de duur ondraaglijke spanning in de schoot van het communisme te verwekken.
* * *
Het conflict Tito-Stalin, aldus in machtspolitieke termen geformuleerd, neemt, als specifiek communistisch verschijnsel, nog veel gevaarlijker vormen aan. Op het doctrinair plan - en het is bekend hoezeer het communisme in dit opzicht gevoelig is - neemt Tito het initiatief. Het Stalinisme wordt als ketterij bestempeld. Het is namelijk bezweken aan de innerlijke contradicties van het socialisme en bepaaldelijk aan de ontwikkeling, in zijn schoot, van een almachtige en bevoorrechte bureaucratie. | |
[pagina 185]
| |
De afwijking neemt verscheidene vormen aan: onderdrukking van elk initiatief en van de vrijheid van mening, cultus van het staatshoofd zoals ten tijde van de absolute monarchie, maatschappelijke ongelijkheid van de Sovjet-burgers wier inkomsten schommelen tussen 400 en 15.000 roebel per maand, een ongelijkheid die de bourgeois-maatstaven ver overtreft; ophemeling van Rusland; exploitatie van andere socialistische natiën, die op voet van ongelijkheid worden behandeldGa naar voetnoot7). Dit alles hangt nauw samen, want de tendenz der Sovjet-Unie naar hegemonie, haar politiek ten opzichte van de andere communistische staten die zij in een ondergeschikte positie dwingt, is slechts een gevolg, een overplaatsing op het plan der internationale betrekkingen, van de bureaucratisch-monopolistische methodes die in de Sovjet-Unie gelden en die zelf het resultaat zijn van de contradictie tussen de ontwikkeling van de productiekrachten en de achterlijkheid der sociaal-economische verhoudingenGa naar voetnoot8).
* * *
Niet alleen verbreekt het Titoïsme het communistisch politiek eenheidsfront en zaait het verdeeldheid in de rangen; niet alleen verbreekt het openlijk de eenheid van de doctrine door de innerlijke contradicties van het socialisme te ontmaskeren en de orthodoxie van het Stalinisme te betwisten; het reveleert ook een gevaarlijke leemte in het Marxisme- Lenisme, dat het probleem der verhouding onder communistische staten onopgelost heeft gelaten. In het huidig, napoleontisch stadium van de communistische revolutie leidt deze leemte tot een ware impasse. Tot nog toe gold de theorie: de Sovjet-Unie is geen natie zoals een andere, met name een politiek lichaam dat door de bezittende klasse misbruikt wordt voor de exploitatie van het proletariaat; zij is het ware vaderland van alle arbeiders, het bolwerk van de wereldrevolutie. Daarom was het de eerste plicht van alle arbeiders de Sovjet-Unie te verdedigen en alles - ook hun land en hun leven - er voor te offeren. De kwestie der internationale verhoudingen werd op simplistische wijze opgelost: rivaliteit en oorlog onder de natiën zijn uitsluitend het gevolg van de innerlijke contradicties van het kapitalisme en van de klassenstrijd. In een universele communistische samenleving zullen de volkeren in vrede broederlijk samenwerken, evenals de individuen in de schoot van de communistische staat zelf, daar elke oorzaak van strijd verdwenen zal zijn. | |
[pagina 186]
| |
Nadat de Sovjet-Unie op de meest plechtige wijze de vrijheid van alle landen had erkend om hun eigen leven naar goeddunken te organiseren en aan elke inmenging in de binnenlandse aangelegenheden van andere volken had verzaaktGa naar voetnoot9), poogt ze nu het reële probleem te ontwijken door aan de satellietstaten alle zelfstandigheid te ontzeggen en ze als ondergeschikte koloniën in haar voordeel te gebruiken. In werkelijkheid wordt hun aldus gevraagd zich te gedragen alsof ze zich in de greep van een 'imperialistisch-kapitalistische macht' bevonden. Daardoor valt, voor de satellietstaten, de bestaansreden van het communisme weg. Omgekeerd, echter, zou een volledige gelijkheid en souvereiniteit van de communistische staten de monolitische eenheid van het communisme verbreken, zonder welke heel het systeem dreigt uiteen te vallen. Dat ten opzichte van dit dilemma het Marxisme-Leninisme het antwoord schuldig blijft, is het grote communistische drama door het Titoïsme uitgeloktGa naar voetnoot10). | |
IV. GevolgenVoor de Sovjet-Unie is het Titoïsme de aanleiding geworden tot een verscherpte politiek ten opzichte van de satellietstaten: weren of verplaatsen van leidende politieke figuren verdacht van nationalistische afwijkingen (Terpechev en Yugov in Bulgarijë), zuiveringsprocessen (Rajk in Hongarijë en Kostov in Bulgarijë), ongenade van al te populaire leiders (Markos in Griekenland), aanstelling van Russische persoonlijkheden in leidende openbare functies (Rokossovsky in Polen), massale partijzuiveringen. Deze maatregelen wijzen op bestaande Titoïstische neigingen in al de satellietstaten, wat overigens openlijk wordt toegegeven. Er heerst twijfel in de communistische geesten, twijfel die tot een ware crisis kan leiden. Deze crisis is inderdaad uitgebroken aan deze kant van het ijzeren gordijn, waar een algemene verzwakking van de partij valt waar te nemen. In Italië kon de scheuring niet vermeden worden. Herhaaldelijk is er sprake geweest van een Chinees Titoïsme. Daarvan is tot nog toe slechts weinig gebleken (tenzij misschien in Mao-tse-Tung's verklaring, dat communistisch China een vierde van de wereldbevolking vertegenwoordigt). Het lijdt evenwel geen twijfel dat China de kiemen van Titoïsme in zich draagt: zelf bevochten bevrij- | |
[pagina 187]
| |
dingsstrijd, hooggehouden nationale traditie, sterke xenophobie. Het Kremlin zal zich wel wachten deze machtige bondgenoot op dezelfde wijze te behandelen als de kleine Europese volksrepublieken. Maar wat zal er gebeuren indien het ooit tot ernstige meningsverschillen of belangenstrijd komt? Het ligt voor de hand dat het Titoïsme de internationale positie van de Sovjet-Unie heeft verzwakt. In hoever kan zij op de onvoorwaardelijke steun van de satellieten, met name in geval van een internationaal conflict, rekenen? De reactie van de Westelijke mogendheden geeft de mate aan van het belang dat thans aan Tito's rebellie gehecht wordt. Aanzienlijke hulp wordt, practisch zonder tegenpraestaties, verstrekt. Daarbij is men er zich wel van bewust dat het helemaal niet is uitgemaakt aan welke zijde Yoegoslavië in geval van een wereldconflict zou strijden. Tito blijft een overtuigd communist en komt er openlijk voor uit. Wel schijnt hij zich te zullen verdedigen indien een aanval op Yoegoslavië zelf zou worden gericht. Maar het staat vast dat, zonder Westerse hulp, zijn positie materieel onhoudbaar zou zijn. En men is niet vergeten dat oppositie binnen het communisme steeds faalde bij gebrek aan machtsmiddelen en aan buitenlandse steun. Intussen worden de zeer zware moeilijkheden waarmede Yoegoslavië te kampen heeft, ten koste van bovenmenselijke inspanningen overwonnen. Indien men sommige waarnemers moet geloven, zouden weldra Yoegoslavië's triomphen over economische blokkade, hongersnood, gebrek aan industriële scholing en uitrusting, de wereld met even veel verbazing vervullen als haar successen ten opzichte van de 'onoverwinnelijke' Duitse WehrmachtGa naar voetnoot11). Het kan moeilijk worden gezegd dat Tito, deze moderne David, de Goliath, die de Sovjet-reus is, aan het wankelen brengt, al hindert hij hem uitermate en wel met wapens waarover hij alleen beschikt, wapens uit het arsenaal van de communistische doctrine. Maar indien hij er in slaagt zijn onafhankelijke positie te handhaven en indien, in Europa of in Azië, andere Tito's oprijzen (en de geschiedenis van het communisme laat dit wel vermoeden), dan kan zijn actie - of, juister, wat aan zijn actie ten grondslag ligt - tot gevolg hebben de communistische plannen van wereldoverheersing te verijdelen. |
|