Streven. Jaargang 3
(1949-1950)– [tijdschrift] Streven [1947-1978]– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd
[pagina 259]
| |
Waarom 'Pax Romana'Ga naar voetnoot1)
| |
[pagina 260]
| |
van het mensdom om de erkenning van de rechten van de mens in beeld te brengen. In suggestieve beelden wordt naar voren gebracht, hoe in de primitieve mens zich langzamerhand verstand en zedelijkheidsgevoel ontwikkelden, die uiteindelijk na tientallen van eeuwen leidden tot dit summum van geluk en beschaving: algemeen kiesrecht en vaststelling van de rechten van de mens. Bijbel en Evangelie hebben naar het inzicht der samenstellers van deze tentoonstelling in de ontwikkeling van de mensheid geen rol gespeeld. Het kruis op de mast van het schip van Christoffel Columbus is de enige herinnering aan Christus' Verlossing. In de strijd om de vrijmaking van de arbeidersmassa wordt over Marx, Lenin, de Franse commune en de CGT uitgeweid, maar Rerum Novarum en Quadragesimo Anno zijn nog niet doorgedrongen. Alleen heeft men boven op de pilaar gewijd aan de geest van verdraagzaamheid en broederschap, wel is waar wat laat, een afbeelding van Paus Leo XIII geplaatst. En dit is een officiële tentoonstelling van de Culturele Raad der Verenigde Naties, waarvan zovele christelijke naties lid zijn.
Deze beide voorvallen, waaraan men naar believen vele andere zou kunnen toevoegen, mogen een aangrijpende inleiding zijn tot de beantwoording van de vraag: 'Waarom Pax Romana?'
Toen na de eerste wereldoorlog een kleine groep breed- en verkijkende katholieken op de noodzaak wees om juist onder de jonge katholieke academici meer begrip te kweken voor een de gehele wereld omvattende christelijke levenshouding en voor het intensiveren der internationale betrekkingen, schudden vele sceptici het hoofd. De in zich zelf kerngezonde binding van de katholiek aan zijn parochie had al te vaak geleid tot kortzichtige kerktoren-politiek, meestal nog gesteund door een vals begrepen nationaliteitsgevoel van liberale herkomst. De zin voor boven-nationale ordening en zelfs voor het universele, de eigenlijke katholiciteit van de Kerk, was steeds meer verloren gegaan. De sceptici ten spijt gingen enkele enthousiaste jongeren aan het werk onder leiding van Abbé Gremaud, de latere eerste Secretaris-generaal van Pax Romana. Het practische werk bestond in het coördineren van de hulpactiviteiten die onder de studenten van de neutraal gebleven landen - Zwitserland, Spanje en Nederland - werden ontplooid om de nood te lenigen waarin zovele collega's in bijna alle landen van Europa waren geraakt. Grote zendingen voedsel, kleren en boeken werden naar de geteisterde gebieden gezonden, zieke studenten werden naar herstellingsoorden overgebracht. Dank zij de interventies van het secretariaat- | |
[pagina 261]
| |
generaal werd bereikt, dat van de door officiële instanties beschikbaar gestelde hulpmiddelen, een rechtvaardig gedeelte naar de katholieke studenten ging. Bij al deze practische bezigheden verloren de leiders niet uit het oog, dat zij Pax Romana voornamelijk opgericht hadden om de katholieke studenten van verschillende landen over de grenzen van een overdreven nationaliteitsgevoel heen, nader tot elkaar te brengen. In hun jaarlijkse bijeenkomsten leerden de studentenleiders uit de verschillende landen elkaar kennen. Onderlinge vriendschap werd vaak gemakkelijk gesloten, maar tekenend en bepaald angstwekkend was het te zien, hoe het nationaliteitsgevoel elke vriendschap, zelfs elke vorm van elementaire christelijke naastenliefde volkomen wegvaagde, wanneer in de vergaderingen een kwestie aan de orde kwam, die maar iets met nationale eer of nationaal prestige te maken had. Urenlang moest dan gepraat worden, welk land een bepaalde, vrij onbelangrijke post toegewezen zou krijgen. Vaak wenste een gedelegeerde alleen zijn eigen taal te spreken, hoewel hij de algemeen gangbare taal volkomen beheerste. Dit waren slechts onbelangrijke uitingen van de diepe kloof, die er artificieel geschapen werd tussen de volkeren door een opvoeding en onderwijs, dat de veroveringsoorlogen van het eigen vaderland als evenzovele roemrijke daden aanmerkt. Oorlogen ontstaan niet uit ruzies tussen Franse en Duitse boeren, maar ze komen voort uit valse nationaliteits- en rassentheoriën, die de jonge studenten tijdens hun vormingsjaren worden ingepompt. De gevolgen van dit funeste onderwijs tegen te gaan, was het hoofddoel van de Pax Romana-congressen van vóór 1939. Daaraan moet worden toegevoegd dat Pax Romana toen reeds de stuwkracht was van de Union Catholique d'études internationales, waarin katholieken van wereldfaam de problemen bestudeerden, die in de Volkenbond ter sprake kwamen.
De ervaringen van de laatste tien jaren hebben nu ook wel de heetgebakerdste nationalisten en de eeuwige sceptici de ogen geopend. Ook Hitler's oorlogen zijn ontstaan uit valse theoriën, die in de universiteiten werden uitgedacht en gedoceerd en de ervaringen van de na-oorlogse jaren hebben geleerd, dat ook nu nog het overspannen nationalisme niet is verdwenen. Hier zij niet alleen gewezen op uitingen van Duitse politici van de laatste maanden, maar vooral op het gevaarlijke spel dat door zovele regeringen en personen gespeeld wordt in de supra-nationale organisaties van deze na-oorlogse tijd. Steeds meer blijkt samenwerking onmogelijk, wanneer niet toevallig de nationale belangen samen vallen. | |
[pagina 262]
| |
Nog dringender is dus de noodzaak geworden de jonge intellectuelen van de verschillende landen bij elkaar te brengen om zodoende vooroordeel en wanbegrip te doen plaats maken voor samenwerking op internationaal niveau. Er is echter nog veel meer. Wat een normale ontwikkeling niet tot stand heeft kunnen brengen, is door gemeenschappelijke nood en gevaar werkelijkheid geworden. Door een onontwarbare reeks bindingen zijn thans alle volkeren der aarde met elkaar verbonden. Nederland zelf heeft pijnlijk ervaren, dat wat het in den beginne als een zuiver binnenlandse aangelegenheid beschouwde, met maatstaven van internationaal karakter gemeten moest worden en ook dienovereenkomstig geregeld. Zo ook heeft een burgeroorlog in het verre China, een misoogst in Argentinië, een senaatsverkiezing in de Verenigde Staten, een stellingname in het Kremlin dikwijls beslissende invloed op alle landen, vaak zelfs op het leven van ieder van ons. In deze wereld. die in materieel opzicht steeds inniger verbonden raakt, waarin ook het leed en de ellende wereldwijde vormen aannemen, mag de Katholieke Kerk - de wereldkerk - niet afzijdig staan. 'Het gaat er niet om of de wereld één wordt, maar of het een eenheid met of zonder Christus wordt', heeft wijlen Kardinaal Suhard in zijn meesterlijke brief 'Essor ou Declin de l'Eglise' gezegd. Het is de taak van de Kerk deze uit bloed en tranen geboren wordende nieuwe wereld een christelijke ziel, een geestelijk gemeenschaps-bewustzijn te geven en haar ontwikkeling met gezonde beginselen te bevruchten. Sedert lang reeds hebben de Pausen op het gevaar van een totale ineenstorting gewezen, als het leven der volkeren niet door christelijke beginselen geregeld zou worden. In het bijzonder de huidige Paus heeft in een imposante rij uitspraken en brieven een aan de huidige omstandigheden aangepaste internationale sociale ordening uiteengezet, die zelfs door persoonlijkheden, die ver van de Kerk afstaan, geacht wordt de beste grondslag te zijn voor een organische oplossing van de huidige verwarde internationale toestand. Jammer genoeg is het verre van denkbeeldig, dat ook hier de katholieken hun eigen leer niet voldoende kennen en nog minder deze tot richtsnoer van hun handelen maken. En dan jammert men over gebrek aan christelijke invloed in het internationale leven, als waarop in de aanvang van dit artikel gewezen werd. In alle eerlijkheid moet erkend worden, dat juist de katholieke academici, die toch krachtens hun overtuiging, dat allen kinderen zijn van dezelfde Vader, gemakkelijker voor samenwerking over de landsgrenzen heen open zouden moeten staan, dat juist de katholieke academici het uur vaak niet begrijpen en nalaten zich volledig in te zetten om te komen tot een | |
[pagina 263]
| |
positieve christelijke beïnvloeding van het internationale leven. Wat Pax Romana in de harde opbouwjaren van voor de oorlog aan wanbegrip en tegenwerking, zelfs van kerkelijke autoriteiten, ervoer, is dáárom zo pijnlijk, omdat daardoor vele mogelijkheden om op belangrijke beslissingen invloed uit te oefenen verloren gingen. Maar ook hier hebben de jaren na de tweede wereldoorlog de laatste twijfelaars bekeerd. De oorlog, die honderdduizenden mensen dakloos gemaakt heeft en de dictatuur van het communisme, die tienduizenden anderen hun haardsteden heeft doen verlaten en doen vluchten naar landen als Duitsland en Oostenrijk, die zelf ten prooi zijn aan de grootste verwoestingen, hebben een ellende en leed geschapen, dat alleen maar door groots opgezette internationale hulporganisaties enigszins gelenigd kan worden. Zo ontstonden UNRRA en daarna IRO, de International Refugee Organisation en in de studentenwereld World Student Relief, waarin de drie grote internationale studenten-organisaties: World Federation of Christian Students, International Student Service en Pax Romana samenwerkten. Het feit, dat het grotendeels katholieke streken zijn die verwoest werden en de vluchtelingen uit de katholieke Europese landen komen, doet iedereen het belang inzien van een katholieke vertegenwoordiging in deze internationale organisaties. Zelfs voor degenen, die overal direct tastbare resultaten willen zien kan het niet onverschillig zijn of katholieke vertegenwoordigers aanwezig zijn wanneer World Student Relief jaarlijks 4.000.000 Zw. frs onder de noodlijdende studenten verdeelt. Op ideologisch gebied heeft de ontwikkeling van de communistische International Union of Students met zetel Praag duidelijk genoeg bewezen, hoe daadwerkelijk en effectief internationale studentengroeperingen in kunnen grijpen in het geestesleven van de Universiteit. Het zou jammerlijk zelfbedrog zijn te menen, dat de katholieke studenten overal in die mate opgewassen zijn tegen de zeer handige marxistische propaganda als de Nederlandse studentenwereld dat bleek te zijn, toen zij in 1946 als enige een duidelijk 'neen' liet horen. Vele verafgelegen landen van Azië of Zuid-Amerika kunnen dergelijke uit Europa overwaaiende bewegingen niet zo gemakkelijk doorzien, des te minder wijl ze zich aankondigen met volkomen te rechtvaardigen leuzen als: arbeid voor de vrede, strijd tegen koloniale misbruiken, sociale gerechtigheid, democratisering van de Universiteit, hervorming van het Hoger Onderwijs e.d. Een deskundige de gehele wereld omvattende berichtgeving en een eensgezinde katholieke stellingname in alle landen is hier dubbel noodzakelijk. Problemen van het allergrootste belang op materieel en op ideolo- | |
[pagina 264]
| |
gisch gebied zijn ook betrokken bij het werk der Verenigde Naties en haar 'specialized agencies'. Zo worden grote sommen geld, machines, boeken en deskundigen beschikbaar gesteld en uitgezonden naar economisch onontwikkelde landen. De Verenigde Naties ontkennen zeer zeker niet dat in deze gebieden door katholieke missionarissen groots pionierswerk is verricht, maar gebrek aan katholieke invloed verhindert steeds dat de katholieke missies van deze grote faciliteiten kunnen profiteren. Om het internationale begrip onder de jeugd te ontwikkelen stimuleert UNESCO, ook financieel, de uitwisseling van jonge lieden en het organiseren van jeugdwerkkampen. Het is ongetwijfeld niet de schuld van UNESCO alléén, dat de meeste van deze jeugdkampen in communistische handen zijn en dat de immorele toestanden, die er heersen, voor vele jonge mensen een gewisse ondergang betekenen. Veel ernstiger nog is het verschijnsel dat katholieke gedelegeerden, die men hier en daar wel eens tegenkomt in de organen van deze internationale instellingen, volkomen onkundig zijn van de leer der Kerk in een onderhavige materie, ofwel, wanneer zij het katholieke standpunt kennen, toch anders stemmen om redenen van internationale politiek. De World Health Organisation, een van de 'specialized agencies' van de Verenigde Naties, heeft kort geleden een verklaring aangenomen, waarbij sterilisatie en castratie van onvermogenden onder bijzondere omstandigheden geoorloofd wordt verklaard. De stem van een katholieke afgevaardigde gaf hierbij de doorslag en toen hem naderhand gevraagd werd, waarom hij zijn stem vóór het voorstel had uitgebracht, was het antwoord, dat hij als katholiek er natuurlijk tegen was, maar dat hij van zijn - nochtans ook katholieke - regering opdracht gekregen had vóór te stemmen, indien een ander bepaald land óók vóór stemde. In de universele verklaring van de Rechten van de Mens, waarin de menselijke waardigheid, het recht op het huwelijk, vrijheid van onderwijs enz. nader omschreven worden, is van enige christelijke invloed nauwelijks sprake, hoewel vele leden van de commissies vertegenwoordigers waren van christelijke zoal niet katholieke landen. Een grootse en nog niet te overziene taak is hier voor de katholieke intellectuelen weggelegd. De grondleggers van het handvest der Verenigde Naties hebben beseft, dat de vrede slechts bewaard kan blijven, wanneer zo breed mogelijke lagen van de bevolking bij dit vredeswerk betrokken worden. Daarom hebben zij naast de vertegenwoordigers van de regeringen ook een ruime plaats ingeruimd voor vertegenwoordigers van niet-gouvernementele internationale organisaties, die de opi- | |
[pagina 265]
| |
nie van grote groepen der bevolking in bepaalde sectoren vertegenwoordigen. Pax Romana is thans zowel door de Sociaal Economische Raad der Verenigde Naties als door UNESCO als internationale organisatie met consultatieve status erkend en heeft daardoor het recht verkregen zijn stem te verheffen. Als men bedenkt dat tot nu toe 69 internationale organisaties, waaronder slechts 3 katholieke dit recht gekregen hebben, dan zal men ook begrijpen, hoe belangrijk het is, dat de katholieke studenten en afgestudeerden een wereld-organisatie bezitten, die ook in officiële instellingen de christelijke belangen verdedigen kan. Deze belangen kunnen echter onmogelijk voldoende verdedigd worden door enkele vertegenwoordigers van katholieke organisaties. Het aantal aan de orde zijnde onderwerpen is legio; dagelijks zetelen talrijke commissies, die in langzaam voortschrijdende besprekingen de officiële zittingen voorbereiden. Talrijk zijn ook de kringen, die van het allereerste begin af de beslissingen in een bepaalde richting willen drijven. Vaak gebeurt het dan ook dat, wanneer de besprekingen voor een officieel orgaan worden gebracht, de kaarten volledig gestoken zijn en het spel alleen nog maar gespeeld behoeft te worden. Er wordt dan van de enkele katholieke vertegenwoordigers - en het zij hier ruiterlijk erkend dat het meestal vertegenwoordigsters zijn! - de grootste competentie en een haast physieke moed vereist om het katholieke standpunt met succes te kunnen verdedigen. Het zou werkelijk onjuist zijn de schuld alleen te wijten aan de organisatie van de Verenigde Naties. Vaak worden oproepen gericht om nieuwe krachten, deskundigen op bepaald gebied. Het komt zelden voor dat onze katholieke organisaties ook maar één competente candidaat kunnen stellen. Thans hebben de katholieke internationale organisaties, die onlangs in Luxemburg hun jaarlijkse bijeenkomst hadden, besloten in Genève een bureau op te richten analoog aan de reeds bestaande katholieke informatie-centra in Lake Succes en Parijs. Taak van deze centra is de katholieke internationale organisaties en iedereen die er om vraagt inlichtingen te verschaffen over de activiteiten en bijeenkomsten van de Verenigde Naties en haar 'Specialized Agencies'; de aandacht van deze organisaties te vestigen op de belangrijkste problemen die bestudeerd worden of in voorbereiding zijn; in de verschillende delegaties de katholieke personen op te sporen, ze met elkaar in contact te brengen en hun een katholieke documentatie over de onderhavige problemen te geven. Een verheugend feit van deze Luxemburgse conferentie was dat het Vaticaan, dat tot nu toe zeer terughoudend was ten opzichte van de activiteit der Katholieken op internationaal niveau, voor het eerst een waarnemer gestuurd had. Minder | |
[pagina 266]
| |
verheugend maar even tekenend voor de ernst van de situatie was dat de op deze conferentie aanwezige organisaties, waarschijnlijk vertegenwoordigend een honderdmillioen katholieken, slechts een bedrag van een schamele f 7000 voor dit bureau te Genève beschikbaar konden stellen. De verdediging tegen anti-christelijke tendenties en de behartiging van de katholieke belangen in het internationale leven is goed en billijk, maar niet voldoende. Het komt er op aan eindelijk eens boven het zuiver defensieve uit te komen, dat al te lang de gehele katholieke beweging op valse leest geschoeid heeft. Wij hebben onze bijdrage te leveren tot de positief christelijke opbouw van de wereld en dat doen wij niet door overal angstvallig toe te zien of onze principes geëerbiedigd worden en of wij bij de verdeling niet benadeeld worden. Meer dan wie ook is de katholieke intellectueel geroepen een aandeel te nemen in de opbouw van een wereld, die doordrongen is van christelijke rechtvaardigheid en naastenliefde. Het vredeswerk der Verenigde Naties en dat der gehele wereld vraagt niet om katholieken, het vraagt om competente juristen, competente economen, competente artsen en ingenieurs en het is onze taak te zorgen, dat katholieken als zodanig beschikbaar zijn. In twee encyclieken en een apostolisch schrijven heeft Z.H. de Paus gewezen op de grote belangen, die voor de Katholieke Kerk op het spel staan bij de oplossing van het Palestijnse vraagstuk en dat der Heilige Plaatsen. Vele publicaties zijn over dit haast onoplosbare vraagstuk verschenen; maar tot nu toe heeft geen enkele katholieke jurist op wetenschappelijk verantwoorde wijze uiteengezet, hoe de pauselijke richtlijnen internationaal juridisch verwerkelijkt kunnen worden. Verwachten wij dan, dat niet-katholieken dit zullen doen? De grote opgave van dit tijdstip is constructief en dit vereist op de allereerste plaats vorming van katholieke intelligentia, die in staat zijn op ideologisch, staatkundig, sociaal en cultureel gebied leiding te geven. Niets is thans dringender dan de degelijke vorming van katholieke leiders. Gelukkigerwijze begint men meer en meer begrip hiervoor te tonen. Uit alle continenten komt de roep tot Pax Romana: helpt ons katholieke intellectuelen vormen die van godsdienstig en ideologisch standpunt de grote problemen van deze tijd aan kunnen, die op wetenschappelijk en vakkundig gebied de achting van andersdenkenden verdienen, die op staatkundig en sociaal gebied christelijk denken en vooral ook handelen, die zich zonder voorbehoud in dienst stellen van de uitbreiding van het Rijk Gods. | |
[pagina 267]
| |
Dit alles veronderstelt een studie en vorming, die onmogelijk voor de individuele student of afgestudeerde te bereiken is. Het kan slechts geschieden binnen de gemeenschap van afgestudeerden en studenten-verenigingen, die dank zij hun vormgevende kracht, hun studie-groepen en bijeenkomsten, de student voor het leven vormen en de afgestudeerde geestelijk ondersteunen en verder ontwikkelen. En hier raken we de wezenlijke bestaansgrond van katholieke studenten- en afgestudeerdenverenigingen. Hier ziet men ook dat Pax Romana niet bestaat, niet kan bestaan uit enkele leden van een secretariaat ergens in Zwitserland, maar dat Pax Romana bestaat uit de gehele gemeenschap van landelijke federaties, plaatselijke verenigingen en individuele leden. Al is de toestand in ons land beter dan in de meeste andere landen, het zou vermetel zijn te beweren, dat onze organisaties deze vorming voldoende in het oog houden en, mocht dit al in enkele gevallen zo zijn, dat zij hun gevormde leden voldoende voorlichten omtrent de essentiële belangen, die overal ter wereld op het spel staan. Hier kan Pax Romana ook voor Nederland een onmisbare stimulerende invloed hebben. Vele studenten en afgestudeerden echter, leden van organisaties met jarenlange tradities, hebben zich waarschijnlijk nog nooit afgevraagd of er wellicht nog landen zijn, waar dergelijke organisaties niet bestaan. Volgens de statistieken uit de geschiedenis van Pax Romana waren er in 1930: 26 federaties in 18 landen; in 1938: 45 federaties in 32 landen; in 1947: 75 federaties in 47 landen van alle continenten. Hieruit blijkt de enorme vooruitgang die bereikt werd en waaraan Pax Romana naar behoren heeft meegeholpen. Deze aantallen mogen echter niet verbergen, dat nog steeds in vele landen geen katholieke organisaties bestaan, in landen nog wel, die bijzonder blootgesteld zijn aan dreigingen van communisme en positief materialisme: China, Korea, Birma, Siam, Malakka, Voor-Azië, Noord-Afrika en bijna alle landen van centraal Amerika. Vele van de 75 nationale federaties, die lid zijn van Pax Romana zijn overigens vrij jong en dus nog in volle opbouw. Daarbij komt nog dat velen van hen werken in landen, waar practisch geen boeken of tijdschriften voor katholieke academici bestaan, waar de nood aan priesters zo groot is, dat er van een moderator vaak geen sprake kan zijn, zodat het gehele vormingswerk moet geschieden door de studenten zelf, geholpen door oudere vrienden, die echter zelf ook weinig ervaring hebben. Nog slechter staat het met de afgestudeerdenorganisaties, waarvan de meeste in de laatste jaren opgericht werden door uit de rijen der studenten afkomstige leiders. In vele landen is er nog geen sprake van afgestudeerdenorganisaties. Indien het echter waar is dat zonder een goed georganiseerde katho- | |
[pagina 268]
| |
lieke studenten- en afgestudeerdenbeweging de positieve taak om leiders te vormen, die in positief christelijke zin aan de opbouw van de wereld medewerken, niet vervuld kan worden, en zelfs de verdediging tegen de opdringende anti-christelijke tendenzen, niet gevoerd kan worden, dan dringt zich de slotconclusie op: dat men alles in het werk moet stellen om in alle landen van de wereld organisaties te scheppen, die daartoe in staat zijn en dat aan de nieuwe organisaties het nodige studiemateriaal en vooral de ervaring van de zusterorganisaties ter beschikking worde gesteld. Alleen een wereldorganisatie zoals Pax Romana is, is in staat bij een dergelijke opbouw en uitbreiding doorslaggevend werk te verrichten. In het secretariaat-generaal, in de vaken technische ondersecretariaten van de studenten- en afgestudeerdenbranche van Pax Romana moeten de publicaties en berichten en daarmede de ervaringen van alle landen binnenkomen. De internationale bijeenkomsten, die in grote getale elk jaar georganiseerd worden, brengen voortdurend leidinggevende medewerkers van jonge en oudere organisaties in persoonlijk contact en maken ook op deze wijze een rijke uitwisseling van gedachten en ervaringen mogelijk. De zo ontstane vriendschapsbanden hebben dan weer reizen van het ene land naar het andere tot gevolg, wederzijdse uitnodigingen tot nationale congressen en studie-weken; in het kort gezegd: een groeiende wisselwerking, een groeiende gemeenschap. Organisaties, die reeds lange jaren bestaan, treden niet alleen als gevers op, zij zijn ook steeds ontvangers. Het heeft steeds tot de beste tradities van Pax Romana behoort van iedere poging tot uniformering van de aangesloten organisaties af te zien en de veelvormigheid van het nationaal gegroeide studentenleven de volle vrijheid te laten. Zo hebben zich in het kader van Pax Romana de meest verscheiden typen van katholieke studentenbewegingen verenigd en ontwikkeld: van oeroude uniformdragende organisaties met hun eeuwenoude tradities tot de modernste vormen van jeugdbewegingen, van zuiver vakkundig georiënteerde groepen tot cellen van Katholieke Actie in de Universiteit enz. Natuurlijk kan een ervaring nooit gecopieerd worden, maar dit alles betekent toch dat zich in Pax Romana een ongehoord kapitaal aan ervaringen over werkmethoden, studieprogramma's, organisatievormen enz. verzamelt, waaruit het voor iedere organisatie waard is te putten. De 'Beati Possidentes', die werkelijk zouden geloven van de ervaringen, de successen en mislukkingen van anderen niets te kunnen leren, zij gewezen op hun studentikoze solidariteit en nog meer op de verplichting van christelijke hulpvaardigheid, in dienst van de op te bouwen gemeenschap van katholieke intellectuelen en van de gehele | |
[pagina 269]
| |
wereld. Pax Romana kan geen hulp verlenen wanneer zij zelf van haar leden, die over meer ervaring beschikken, niet die geestelijke en ook materiële steun ontvangt, die anderen nodig hebben. Nog een kort woord over een ander belangrijk, maar hopelijk voorbijgaand aspect van de activiteiten van Pax Romana. Sinds het einde van de oorlog gaat het niet meer alleen om hulp aan verafgelegen landen; vlak bij ons zijn er thans duizenden katholieke studenten en afgestudeerden, die uit hun vaderland en van hun universiteit verdreven werden en nu, temidden van de materiële en morele ellende der verbanning op terugkeer naar het vaderland of emigratie naar andere landen wachten. Daaronder bevinden zich de geestelijke leiders van hun volk, op wier schouders eens de verantwoordelijkheid van de christelijke wederopbouw van het vaderland zal berusten. Nog afgezien van alle uiterlijke ellende, vooral bij die vluchtelingen, die geen ondersteuning genieten van de officiële instanties, omdat deze in vrede en vriendschap hopen te leven met Rusland en zijn satellieten, is de ondergang van het vaderland, de geestelijke eenzaamheid en verlatenheid, de onmogelijkheid om te studeren, de toekomst zonder uitzicht, een ondragelijke last. Velen gaan dan ook voor een academische opvoeding verloren, hetgeen natuurlijk een zwaar verlies betekent voor de toekomst van de katholieke cultuur in die landen. Natuurlijk kunnen deze mensen ter plaatse zelve het best geholpen worden, maar alleen een internationale organisatie als Pax Romana is in staat de belangen van de katholieke réfugé-studenten en afgestudeerden bij de internationale instellingen en de regeringen der immigratie-landen te verdedigen, bij caritas-instellingen hun voorspraak te zijn, hun organisaties op de been te houden en hun een minimum aan materiële bijstand te verlenen. Wat Pax Romana en door haar de katholieke studenten op dit gebied tot stand gebracht heeft, zal zeker eens in Oost-Europa rijke vruchten afwerpen. Pax Romana voelt een bijzondere verantwoordelijkheid voor de katholieke intellectuelen, die uit hun vaderland verdreven zijn of vluchten moesten en nu over de wereld ronddolen. Maar ook werden de studenten in die landen, waar politieke strijd en de oorlog met zijn nasleep van ellende de katholieke organisaties haast volkomen wegvaagden geholpen. Hier moest vaak een volkomen nieuwe opbouw begonnen worden. De geldmiddelen, die Pax Romana voor Duitsland, Oostenrijk, Polen, Hongarije, Japan en de Philippijnen ter beschikking stellen kon, waren weliswaar gering in verhouding tot de ongehoorde behoeften van de na-oorlogse jaren, maar naast zuiver materiële hulp als levensmiddelen en kleren verzond Pax Romana naar deze landen | |
[pagina 270]
| |
veel boeken van religieuze en wetenschappelijke aard, missalen en uitgaven van de H. Schrift. Steeds werden vertegenwoordigers uit deze landen uitgenodigd om gratis aan bijeenkomsten en congressen deel te nemen, hetgeen van groot belang was voor deze jongeren, die zolang verstoken waren van elk internationaal contact. Bovendien is het Pax Romana gelukt enkele federaties, waarbij die der Verenigde Staten van Noord-Amerika met ere genoemd mogen worden, te brengen tot het ontwerpen van grote hulpcampagnes, waardoor in drie jaren meer dan één millioen dollar voor deze landen werd opgebracht.
Het verzekeren van katholieke aanwezigheid bij de wederopbouw van de wereld, het verdedigen der katholieke belangen op internationaal niveau, de medewerking aan de vorming van competente katholieke intellectuelen, bijstand bij de vorming en ontwikkeling van nieuwe studenten- en afgestudeerdenorganisaties, onderlinge uitwisseling van ervaringen tussen intellectuelen uit de jongere en oudere landen: dit zijn in de loop der laatste jaren de hoofdtaken gebleken van Pax Romana. Thans heeft Nederland de eervolle taak het XXIe Wereldcongres van Pax Romana te organiseren. Studenten en intellectuelen van alle continenten zullen van 19 tot 26 Augustus bijeen zijn om zich te bezinnen op de taak van de katholieke intellectueel in de wereld van dit ogenblik. Moge dit zeer belangrijke congres een grote stap voorwaarts zijn in de richting van een vollediger deelname van alle katholieke academici aan de grootse taak van Pax RomanaGa naar voetnoot2). Etienne Gilson heeft eens gezegd: 'La fin propre de Pax Romana est d'organiser dans le monde entier la fraternité des esprits, qui mettent leur intelligence au service de Dieu'. Moge deze uiteenzetting deze grote gedachte niet onwaardig zijn geweest. De taak, die ons allen, studenten en afgestudeerden van alle landen wacht, is groot. Wij moeten leren groot en breed zien. Wij kunnen dat uit de kracht van ons apostolisch en katholiek geloof. Waarom zou onze taak ons afschrikken? Wij vertrouwen immers niet op ons zelf, maar op Hem die gezegd heeft dat Hij met ons zou zijn tot het einde der wereld. |
|