worpen. Weken lang bestond er een zwakke hoop, dat de veelvuldige besprekingen te Moskou tot enig resultaat zouden leiden. Vooral toen het gesprek werd overgedragen aan de militaire commandanten van Berlijn, scheen het, dat een accoord mogelijk was. Stalin had verklaard, dat het niet de bedoeling was, de geallieerden uit Berlijn weg te werken. Sokolovsky toonde zich veeleisender als te Moskou overeengekomen was. Hij wilde het geallieerde luchtvervoer beperken, weigerde aan een financiële commissie controle over de circulatiebank toe te staan. Hij liet tijdens de besprekingen te Berlijn betogingen toe, die gericht waren op de gewelddadige omverwerping van het Berlijnse gemeentebestuur. Een protest naar het Kremlin gezonden over het gedrag van Sokolovsky, die zich niet hield aan wat te Moskou bereikt was, werd door Molotof - Stalin was intussen naar de Krim vertrokken - beantwoord met aan den Sovjet-commandant gelijk te geven. Op de vraag, of de Sovjet-regering bereid was, de blokkade van Berlijn op te heffen, kwam een onbevredigend antwoord (23 September).
Uit dit alles trokken de geallieerden de conclusie, dat de Sovjet de absolute controle tracht te krijgen over het economische, politieke en sociale leven van Berlijn en deze stad wenst in te lijven. Schoorvoetend zijn de grote drie er toe overgegaan de handelingen van de Sovjet-regering bij de Veiligheidsraad ter sprake te brengen. Want zij zien in deze toestand een bedreiging van de internationale vrede en veiligheid. Hierbij komt ook de veto-haak van de kameel in het geding. De Veiligheidsraad kent vijf permanente leden, waaronder China, die het recht van veto hebben. De vier betrokkenen mogen in eigen zaak geen veto uitspreken of aan de besprekingen deelhebben. Alleen China en de zes niet-permanente leden voeren het woord, en China met zijn veto kan in een lastig parket komen.
De vergadering der V.N. in het paleis Chaillot is van meer betekenis voor de wereldverhoudingen als ooit te voren. Niet ten onrechte riep kardinaal Suhard op de preekstoel van de Notre-Dame uit: 'Geen vergadering van de verenigde Naties heeft zo zeer behoefte aan aller gebed.' De ondergrond van alle besprekingen en debatten vormt de verhouding tot de Sovjet-Unie. De bestuursfuncties der commissies is in handen gelegd van niet-Russen. Tot algemeen voorzitter werd gekozen de Australiër, Evatt, die van zijn anti-communisme geen geheim maakt. Er was een krachtig streven om, niettegenstaande het veto van de Sovjet, Italië, Oostenrijk, Finland, Ierland, Portugal en Transjordanië als lidmaten der V.N. toe te laten. Het veto-recht der groten werd heftig aangevallen. Vishinsky, die zich niet onbetuigd had gelaten, constateerde een stellingneming van het westen tegen de landen, die onder Sovjet-invloed staan. Marshall was voor de toelating tot de V.N. van alle staten, die daarvoor in aanmerking kwamen en zich tot dusverre om redenen, onverenigbaar met het handvest, de weg versperd zagen. Tevens gaf hij uiting aan zijn ernstige bezorgdheid over de koppige weigering van een kleine minderheid om deel te nemen aan het vredeswerk. Na hem nam Bevin het woord en hij wond er geen doekjes om. 'Als de zwarte furie, de onberekenbare ramp van een atoomoorlog over ons zou komen, kan ik alleen zeggen, dat voor die rampen slechts één mogendheid verantwoordelijk kan worden gesteld, daar deze haar samenwerking weigert'. Om nog duidelijker te zijn, nam hij Vishinsky persoonlijk onder handen. Deze had collectieve