Stootkant of nieuwe-jaars-gift, aan de Amstelsche jonkheidt(1655)–Anoniem Stootkant of nieuwe-jaars-gift, aan de Amstelsche jonkheidt– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 184] [p. 184] Zuchten. BArst nu uit benauwde zuchten; Wijl uw' hoopen is gedaan. Ach! hoe is deez' ziel begaan. Waar zal haar mijn geest verluchten? Wreede liefde, wat een snoôheidt Hebt ghy my (eylaas!) gespeelt? Hebt ghy my dit meê-gedeelt, Om te straffen (zeg) mijn blooheidt? 'k Weet zy my voor heenen liefde: Waarom doe niet toegetast? Fy! ik ben van u verrast. Of 't den Hemel nu beliefde [pagina 185] [p. 185] Dat ik sterven mocht; hoe blijde Zou dit lichaam zijn gereedt. 'k Wil noch (Engel) al dit leedt (Dat van u komt) willig lijden. 'k Wens maar dat mijn doodt mach strekken Tot een voorbeeldt aan die geen, Die, door zuchten en gebeên, Nooit geen liefde en verwekken. Datz' 'er dit uit mogen speuren: Haare liefde nooit zoo veer Vast te stellen; voor al eer Zy haar liefde zien gebeuren, UIT. Vorige Volgende