Stootkant of nieuwe-jaars-gift, aan de Amstelsche jonkheidt(1655)–Anoniem Stootkant of nieuwe-jaars-gift, aan de Amstelsche jonkheidt– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 72] [p. 72] [Wat voor goddelijke oogen] Toon: Non ha sotto il ciel. WAt voor Goddelijke oogen Hebben mijn’ ô Jupijn! Zoo snel op-getoogen, In liefs vermoogen? Gode lonken’ die ontvonken, Door 't sterrende licht, En al de Godtze schaaren; Mijn wemelend' gezicht Kan niet bedaaren. 2 Ha! mijn Godtze gepraal, Nu mijn ziel’ u toeviel Met schitterend' gestraal, Ontrukten ghy 't altemaal. [pagina 73] [p. 73] Ja hart en zin’ ey! mijn Goddin, Ontlast de hoop, Door 't lange maaren, Van liefdens knoop, Ik zal bedaaren. 3 Toont uw' weeder-min Doch aan mijn’ die met pijn Liep zee-waarts in, Doen mijn verherde vyandin Hadt ontzeydt mijn beê’ al reê. Helaas! wat raadt? Zy is mijn, ach! ontvaaren, Door 't swalpend' quaadt. Wie zouw bedaaren? De Haas. Vorige Volgende