De Stem. Jaargang 20(1940)– [tijdschrift] Stem, De– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 225] [p. 225] Verzen door Anthonie Donker Bedreigd Zwijg en verdraag den smaad En laat de wolven huilen. Rook verschroeit heet het gelaat. Gij zult U niet verschuilen. Gij moet het roet, het vuil, de slagen Woordeloos verdragen. Laat hen hun hoontriomfen vieren, Laat nog begaan, laat tieren. Maar zie hen aan, Blijf onbeweeglijk staan, Grenswacht en volk van grimmig voorbereiden Op een onmetelijk eendrachtig lijden. Gij zult van nu af aan Niet slapen Maar voortaan wachten, Dagen, nachten, De hand aan het wapen. [pagina 226] [p. 226] Kreet O kon ik de kreet slaken, als de gil van een man die plotseling verbrandt, de signaalstoot van locomotief boven de kloof, de carillonslag van instortenden toren, dat de doodsche stervelingen ontwaken en hem onontkoombaar hooren, die insloeg in hun doovemansooren, de bliksemschroei op hun mond, die de doovemansdeuren kloofde tot op den grond, om de wereld, van wanhoop, schaamte en leed, die laatste doordringende kreet... Vorige Volgende