De Stem. Jaargang 9
(1929)– [tijdschrift] Stem, De– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd
[pagina 586]
| |
IZie de engel van den dood aan, en zie niet
den dooden mensch, en niet uw eigen vrees
Waar de engel velt wat door God's macht verrees,
huiver van eerbied, maar van slaafschheid niet.
Staak alle klaagmuziek en klein verdriet.
Het past wel meer een ieder te betreuren
die niet Gods groote macht in al gebeuren
maar slechts een eigen machteloosheid ziet
En stem opnieuw het instrument der ziel
het schoonste dat ons immer werd gegeven,
aleer ge uw duistere instrumenten stemt,
Eer in den dooden mensch het goddelijk leven
en leer dat hij die met den dood instemt
het menschelijkst lied speelt dat te spelen viel.
| |
[pagina 587]
| |
IIHebt gij dien engel dood eens wel herkend
dan zijt gij voortaan van alle angst genezen,
men leert het leven door met hem te wezen,
de oneindigheid door hem te zijn bekend.
Vrees niet. Geen kent ons beter dan de dood
geen langer; hij is ouder dan de zon
Hij was God's engel eer God's licht begon
Hij is een avond- en een morgenrood
Al waar hij maait, daar zaait hij tevens
eer de zon scheen stierf er een andere ster,
Zoo komen en zoo gaan de menschenlevens
sinds eeuwen, en zoo gaan zij eeuwen her
verrijzend als de korrels van het graan
die schijnbaar bij den oogst verloren gaan.
| |
[pagina 588]
| |
IIISpeel, zoo er eenige muziek moet wezen
een oogstlied, een koraal, een dankgebed,
muziek die ons doet gaan met vasten tred:
Speel een triomfmarsch, waar muziek moet wezen
Opdat geen klank, der menschen vrees ten baat
de grootheid van den dood met droefheid schaadt
Maar dat een ieder hoor hoe deze schreden gaan
gelijk de maaiers, daar de zaaiers achter gaan.
Speel het gebed daarna; bidt dat hij onze oogen
met zijnen glans voor goed verhelderen moge;
geen ster brandt langer dan zijn licht
Nooit was de aarde bloeiender gezicht
dan voor wie in dit licht haar groene landen
herzag, en bad te zien, met sterfelijke handen.
| |
[pagina 589]
| |
IVDe zieke die geneest vindt in het leven
een zoetheid die hij haast vergeten was
Zoo wordt den mensch die van den dood genas
een zoeter leven eeuwig weergegeven.
En wie lang dorstte, hoe heft hij met beven
iederen dronk, hoe rijk is ieder glas
En wie lang zonder 's levens vreugden was,
hoe breekt hij 't brood, als vreugde mocht herleven
Zoo met den dood. Eerst wie de wereld kent
in hare bitterheid en korten duur
proeft dubbel iedere zoetheid, ieder uur;
Eerst wie den dood kent heeft de vreugd gekend
Hij leeft, terwijl achter zijn schreden gaat
God's engel die hem vriendelijk gadeslaat.
| |
[pagina 590]
| |
VStem van den dood, zing de triomf des levens!
Wij hooren niets dan 't korte tusschenspel
En niets verzekert ons nochtans zoo wel
de grootheid van 't begin en 't einde tevens.
Aanzie, die vreest, elk menschelijk gelaat
dat stierf in vrede, en herken dien glans
Zoo stijgt slechts eene glimlach op nochtans:
Zoo straalt der liefste zalige gelaat.
Herinner u, daar klopte u eens een hart
bonzend van 's levens lust, en stralend steeg
in dat bekend gelaat Gods loutere vreugde;
Die glimlach lijkt de dood, en is geen smart;
Wie dat mocht zien, zag wat hem immer heugde
't geheim des doods dat in zijn armen lag.
| |
[pagina 591]
| |
VILiefde en dood op 't eendere gezicht
't is één, eenzelfde menschelijke glorie
eenzelfde lied, eenzelfde melodie
voor wie op aarde in goede armen ligt.
Speel dan triomf, en klaag niet om den dood
hij is ons lang en al te wel bekend
men vreest niet meer voor wat het hart zoo kent
men huivert nochtans voor een macht zoo groot.
Dit echter is de liefde zelf die neemt
en geeft, en neemt, en is een engel Gods
neerdalend in de liefste, nooit voldaan.
Speel dan triomf: wie goed is heengegaan
stierf in de armen van een engel Gods
met een gelaat dat naar den hemel zweemt.
| |
[pagina 592]
| |
VIISpeel dan triomf, wat rest er van den dood?
Speel dan triomf, een glimlach van het leven
Speel ons triomf, van vrees is niets gebleven
Zoo liefkoost ons de liefste speelgenoot.
Voortaan, waar er een mensch gestorven ligt
eer God, en al wat hem het leven bood
eer hem die stierf in de armen van den dood
om de glimlach, die op zijn lippen ligt
Eere zij God in dit verheven spel,
Kort is het leven, speel uw maten wèl
Speel op het instrument dat God u gaf
Kort is het leven en zeer lang het graf.
Speel God's triomf, hij hoort uw spelen aan;
niet voor gij goed speelt zult gij verder gaan.
|
|