Biblia, dat is: De gantsche H. Schrifture, vervattende alle de canonijcke Boecken des Ouden en des Nieuwen Testaments
(1657)–Anoniem Statenbijbel– Auteursrechtvrij
[Folio 117v]
| |
De Propheet MICHA. | |
Inhoudt. | |
DE Propheet Micha, (ofte Micheas) heeft mede ten selven tijde, ende in substantie al het selve, somtijts oock met deselve woorden, gepropheteert, als de Propheet Iesaia, gelijck uyt de eerste verssen van beyder boecken, ende den inhoudt harer Prophetien is te sien. Want Micha eensdeels seer heftighlick bestraft, de grove ende menighvuldige sonden van Iuda ende Israël, als te sien is in den inhoudt der capittelen, dreygende haer beyden Godts sware straffen, specialick de verwoestinge door de Assyriers ende Babyloniers. Anderdeels troost hy de geloovige met belofte van de verlossinge uyt de Babylonische gevangenisse, doch principalick met seer klare ende heerlicke prophetien van de geestelicke verlossinge door haren Koningh CHRISTUM, van wiens komste, geboortplaetse Bethlehem, overvloedige zegeningen ende weldaden aen sijne Kercke (die door de predicatie des Euangeliums ende krachtige werckinge des Heyligen Geests, uyt Ioden ende Heydenen soude worden vergadert) hy wijdtloopigh propheteert, versekerende de gewisse behoudenisse ende eeuwige saligheyt der Kercke, ende aller harer vyanden eyndelick ende eeuwigh verderf. |
|