Het Spreeuwtje, fluitende en zingende allerhande liedjes op bekende oude en nieuwe wijzen(1832)–Anoniem Het Spreeuwtje, fluitende en zingende allerhande liedjes op bekende oude en nieuwe wijzen.– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 46] [p. 46] De luchtbol. Wijze: ô Rhijn, ô Rhijn. ô Bol! ô Bol! Wat rijst gij trotsch naar boven, Bij 't handgeklap van 't Volk; Stijg op, stijg op. (tweem.) Laat niets uw' moed verdooven; Kreun u aan wind noch wolk. Nog rijst de Bol! Nu wordt het groot gevaarte Een speldeknop gelijk; Maar zacht! hij daalt. (tweem.) Ach! door zijn eigen zwaarte Stort hij ter neêr in 't slijk. Hoe vloekt, hoe vloekt het volk nu bij zijn vallen; Foei! 't scheurt den Bol van één. Weg met dat vod! (tweem.) is nu de kreet van allen. - ô Wankelbaar Gemeen! [pagina 47] [p. 47] Beschouwt, beschouwt, voortreffelijke Bollen! 't Lot van uw' naamgenoot, Wat rees hij trotsch (tweem.) door vreemde lucht gezwollen.... Maar ook zijn val was groot. Vorige Volgende