De spoorwagen, vol met zedelijke liederen(ca. 1841)–Anoniem Spoorwagen, De– Auteursrechtvrij Vorige Volgende Wiege-Lied. 't Wordt duister mijn Roosje kom speel nu niet meer, Staak liefje dat woelen vlei rustig u neer, Gij ligt in uw wiegje, zoo warm zoo zacht, Dat God u bewaken, mijn kind goede nacht, 2.[regelnummer] Daar ligt zij mijn rijkdom, van 't dart'len moê, Thans sluit zij haar mondje haar oogjes gaan toe, Maar; 'k lees nog op 't wezen dat schuldeloos lacht, Waakt God voor haar moeder mijn kind goede nacht, 3.[regelnummer] Nog leeft gij mijn Engel in zorglooze jeugd, Mijn borst is uw hemel een bel is uw vreugd, Nog slapen uw driften eens voelt gij haar kracht, Dat God u, bewaken mijn kind goede nacht. 4.[regelnummer] Gelukkig mijn Roosje wie sluimert als gij, O! dat door uw onschuld dit immer zoo zij, Hij sluimert zoo zacht, die zijn pligten betracht, Dat God u bewaken, mijn kind geede nacht. Vorige Volgende