[Nummer 1]
In Memoriam
Prof. Dr. W.J.M. Asselbergs
Het heengaan van Prof. Dr. W.J.M. Asselbergs, waardoor de hele Nederlandse cultuurgemeenschap zo diep getroffen wordt, dompelt ook ons tijdschrift, dat in de Nijmeegse hoogleraar een enthoesiast, bijzonder bekwaam en zeer actief redactielid bezat, in diepe en nieuwe rouw.
Toen Spiegel der Letteren in 1956 gesticht werd, was Prof. Asselbergs een der eersten aan wie gedacht werd om van onze redactie deel uit te maken, niet uitsluitend om er de Noordnederlandse literatuurstudie te vertegenwoordigen, maar als Nederlands literatuurkenner zonder de beperking van Noord of Zuid. Hij behoorde met zijn hele hart aan de twee delen van het ene taalgebied, en ook zijn geest was voortdurend - en hoe scherpzinnig! - begaan met wat zowel Vlaanderen als Noord-Nederland in verleden en heden aan letterkundige en andere kultuurscheppingen te bieden had. Zijn medewerking aan Spiegel der Letteren als redactielid en als auteur, waartoe hij zich, op verzoek van de stichter van ons tijdschrift, E. De Bock, onmiddellijk bereid verklaarde, was een zekere waarborg voor het succes van onze onderneming. Nog vanop zijn ziekbed adviseerde hij de redactiesecretaris en stelde hij bijdragen van zijn hand in het vooruitzicht.
Het werk van deze geniale man die ontdekker en uitvinder tegelijk was, schitterend en productief vorser op het gebied van de kultuur- en literatuurgeschiedenis (van de Nederlandse niet alleen) en zelf fascinerend beoefenaar van het schone en rijke woord kan niet in een kort In Memoriam overschouwd worden. De redactie van Spiegel der Letteren heeft daarom beroep gedaan op Prof. Dr. K. Meeuwesse om de wetenschappelijke loopbaan van haar afgestorven redactielid in een afzonderlijk opstel te beschrijven.
Zijzelf neemt afscheid van Prof. Dr. W.J.M. Asselbergs met gevoelens van treurnis om onherstelbaar verlies, getemperd door een blij gevoel van dankbaarheid om wat zij van hem ontvangen heeft en met trots in het besef dat zijn naam met haar tijdschrift verbonden werd en verbonden zal blijven.
de redactie