Sic. Jaargang 5(1990)– [tijdschrift] Sic– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 52] [p. 52] kees hermis Omtrekken van bestaan Ik zou wel in jouw namen willen wonen. En dan weer niet, omdat het afklemt en mij dwingt te doen wat ik niet zoek. Buiten jou om kan ik mijn adem hechten aan het onverkende, benoemen wat nog naamloos is, niet anders dan bestaan. En toch. Dit klein bestek, waarbinnen jij en ik, is even lang en breed als wij het maken, mogelijk. Veel meer kan niet, wordt vloeibaar land. Een ruimte die geen ruimte biedt, leefcirkel zonder omtrek. [pagina 53] [p. 53] Onbegonnen begin Ik heb de huid verkend, het vlees, de kern van woorden. Dat hele landschap in zijn plooien opgezocht. Haast zonder ophouden zijn wortels afgetast. Tegen het licht de taal in kaart gebracht. Zolang ik mij bewegen kan, is er de grond die richting geeft, meestuurt aan hand en voet. En gaandeweg word ik gewaar dat alles wat ik doe hoogstens de vage aanzet is van iets dat nog beginnen moet. Vorige Volgende