IV
Wie het mes van zijn haat
ingaan zal hij tot zijn vijand
en reiken zijn mond tot de zoen!
en droeg vertedering in zijn hart,
hij vordert hen op tot de opstand,
die brandt het teken der gezalfden
van de kinderen der verborgenheden!
de vaandels in de morgen.
Uit ‘De Boodschap’, een bundel gedichten, uit te geven door ‘De Sikkel’