Roeping. Jaargang 37(1961-1962)– [tijdschrift] Roeping– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 303] [p. 303] Michel van Nieuwstadt Wind door vier zilveren poorten op vier zilveren snaren wordt de wind gedragen naar de mensen wordt het lied gedragen naar de wind de mens knoopt een hangmat om te rusten de mens knoopt een speeltuig om te zingen door twee zilveren oren op twee zilveren vleugels wordt het lied gedragen naar de zanger wordt de mens gedragen naar de wind de wind knoopt wolken om te rusten de mens koopt een vliegtuig om te vliegen [pagina 304] [p. 304] Ik de geliefdste zoon van de goden uit water lucht en wind kan ik snijden vele allerleikleurige prenten kan ik bouwen vele allerleisoortige steden mensen daarin rondlopend met gepeperde snorren met vreemdsoortige handen en poedelhonden, zoals u waarschijnlijk wel kent van vergeelde engelse prenten ik? nee ik kom daarop niet voor wel, zo u belangstelling hebt, ziet u mij op prenten van andere snijders maar nooit zoals ik werkelijk ben: geliefdste zoon bij de goden [pagina 305] [p. 305] De witte olifant ochtend: onder de hoge zon staat de witte olifant onder de blauwe hemel en hij weet nog zo weinig van de wereld ik houd een blauwe hemel boven hem opengevouwen met mijn ogen ik houd een kleine ronde wereld van gras onder hem opengevouwen met mijn mond maar spreken is doder dan bloemen zijn doder dan kijken is doder dan vogels zijn doder dan leven. tenslotte: onder een koude maan staat de witte olifant onder de zwarte hemel: in het gouden zand van de schrijvende hand die meer dan een leven kan geven. [pagina 306] [p. 306] Zittend in een boom achter zoveel tragikomische maskers kan de mens zich verbergen uit zoveel gedoofde takken toverend zich een nieuwe trieste wereld waarin hij wordt gestreeld (gestreeld en gebroken) door de wind en zijn vier waanzinnige handen bitter en zonder genezing tantes mummelend in de late middag strelend poezen en langharige herinneringen zoveel gouden zelfs zilveren draden verspild in liefdes gedroomde naaldwerk om de stenen uren houten seizoenen te vergeten die de tijd tekent in meer en meer ringen [pagina 307] [p. 307] Water het water haastend langs de woordeloze fonkelende enkels van het huis overhandigend de mens: één paar mooie witleren laarzen één enkele korf vol rozen één woord dodelijk en blinkend als een dolk en de mens? spelend met de letterlijke enkels van het water? [pagina 308] [p. 308] Bergen sneeuw gelegd op water en op de blauwe bergen van het zwijgen deftig zijn mijn bergen en gesloten: zij dragen hoge witte hoeden van sneeuw en geschenken voor verre doden vreugde kunnen ze niet geven ze kunnen geen vreugde verdragen vogels leven er niet een mens leeft er enkele dagen deftig zijn mijn bergen en gesloten: ze zien hoe het water wordt gedragen naar de mensen [pagina 309] [p. 309] Menselijke vrede in het kleine theater van zijn handen akteur in verheven nachtelijke kleding speelt de mens het langvergeten spel van oude koningen pages huzaren tussen vele al of niet belangstellenden in zijn zachtfluwelen poppenhuis stervend terwijl vele al of niet gemeende tranen worden vergoten: vergoten en vergeten Vorige Volgende