Redactie
Onze verantwoordelijkheid voor de toekomst
Het wetenschappelijk gedeelte in de viering van het 7e lustrum van het Nijmeegsch Studenten Corps is beëindigd vóór mei 1959, dus vóór de aanvang der eigenlijke festiviteiten. Dit getuigt van inzicht en redelijkheid. Deze kwaliteiten treden eveneens naar voren bij de keuze en de uitwerking van het thema van de lezingencyclus. Het thema luidt: ‘Onze verantwoordelijkheid voor de toekomst’.
Ons heden bevat in zich vele toekomsten. Welke werkelijke toekomst zal zijn, hangt voor een groot deel af van het beeld, dat de huidige generatie van de toekomst heeft. De vorming van een dergelijk beeld zal de richtinggevende idee zijn in de cyclus van lezingen.
In tegenstelling tot de opzet en uitwerking van vorige lezingencycli, wordt bij deze cyclus een volkomen andere wijze van thema behandeling gevolgd. Bij vorige gelegenheden is namelijk gebleken, dat tengevolge van het feit, dat de lezingen gehouden werden voor een inter-facultair gehoor, men steeds in abstracties of algemeenheden terechtkwam, die niemand, spreker noch toehoorder, bevredigen konden. Teneinde te komen tot een meer concreet en bevredigend geheel, is nu overgegaan tot intra-facultaire behandelingen van door het algemene thema opgeroepen vragen, die voor de faculteit specifiek zijn.
De wijze van behandeling is dan ook de volgende:
1. | Twee inleidende lezingen, waarin de aspecten van resp. ‘Toekomst’ en ‘Verantwoordelijkheid’ worden belicht. |
2. | Vier algemene lezingen, die de functie hebben van een algemene situatiebepaling en - evenals de twee inleidende lezingen - een uitgangspunt vormen van de intra-facultaire behandelingen.
Deze vier algemene lezingen bevatten: a. een cultuur-fenomenologische en b. een cultuur-sociologische beschouwing van de huidige situatie c. een analyse van het huidige leven van de Kerk - welke leidinggevende ideeën heeft zij in het zich ontwikkelend gebeuren - d. plaatsbepaling van de Universiteit, met name de katholieke, in onze hedendaagse samenleving.
Deze lezingen worden gehouden in het weekend van 31 januari - 1 februari 1959. |