Roeping. Jaargang 28

[p. 397]

Jan Boelens
Apokaliptisch

ALLEN zijn moe ij iedereen gaat zich
klaarmaken voor een winterslaap in het
kambium der bomen of in grote gaten
die eerste bommen in de aarde slaan
de laatste levenden wuiven naar de
laatste doden die in de zeilboot van de
maan afvaren door de branding van verdriet
naar een elysium dat niemand kent en
dat door allen graag gekend wil worden
en dat zovele malen is beschreven door
voortreffelijke mannen en ook bezongen is
in de dromen van jeugd en ouderdom
Praxitelis heeft de lijnen zo zuiver
gekorven maar verhevener zijn de lijnen
van God, hij heeft mensen in een litho
gezet van vlees en bloed in eenzelfde
verhouding zoals de wijn staat tot het brood
en de beker van gebed en leven, gaat
nu allen zo dodelijk vermoeid zijn, overlopen
van verdriet dat feilloos staat
gegrift in de emblemata van de wolken.

Vermoeienis en verveling huizen achter
de voorhoofden van vele mensen
iedereen loopt dodelijk langzaam te
kauwen op het vruchtvlees van de tijd
daaraan wordt door God een einde
gemaakt op de pijnbank van de aarde
nu is fietsen en vloeken gedaan
en Hij is ineens niet meer dood
Hij plukt de aren van goedertierenheid
en geeft deze aan Katholieken en Islamieten -
er stroomt nergens water meer
er hangen dode vogels in de bomen en
katafalken zijn door hun knieën gezakt
waskaarsen zijn gedoofd en automobielen
zorgen eindelijk voor een sublieme stilte.
in de karoussel van de kosmos klinkt
de laatste gongslag der sterren
Cynthia hangt geringeloord in de aether
en gaf haar laatste kus aan Jupiter
Mozart en Hindemith zijn overal zoek
de hemel heeft haar eigen muziek
eine kleine himmelmusik

[p. 398]

 

Iedereen is moede en allen lopen met

 

gebogen hoofd in een doodsgewaad en met

 

hamer en sikkel worden laatste sterren

 

uit de hemel weggesneden - er blijven

 

vuursporen achter en vele vergeten folianten

 

drijven weg in het zog van de melkweg.

 

eindelijk zijn einde en dood identiek

 

en deze dood is opgelost in leven

 

wij hunkeren allen naar de hemel

 

wij hebben nog één simpele interesse:

 

voor de grote verbandtrommel van

 

Gods goedertierenheid.

Vignet: Harry Prenen