Roeping. Jaargang 28(1951-1952)– [tijdschrift] Roeping– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 115] [p. 115] Bertus Aafjes Ik ben der dingen liefhebbend berover IK ben der dingen liefhebbend berover En steel van hen de smet van hun vergaan, En zet hen als een kroonluchter in tover En steek de eeuwge lampen in hen aan. En zie, zij worden blinkend in mijn handen, Die hen ontdoen van het bederf der tijd, En zij beginnen uit zichzelf te branden En stralen uit het licht der eeuwigheid. Ik doe met ieder zo: met vogels, beken, Met rozen en de dingen van de ziel. Ik zoek een licht in alles te ontsteken. Zelf houd ik in het donker mijn profiel. Want het is niet om mij, om mij begonnen; Het gaat om aller dingen eigen zonnen. Vorige Volgende