Boekbespreking
F. Spoorenberg O.E.S.A.: De Pauskeuze. - Roermond-Maaseik, J.J. Romen en Zonen, 1948. pp. 166.
Dit boekje kan men in handen geven aan wie uitziet naar een populair overzicht van de geschiedenis der pauskeuze en van de wetgeving, waardoor de pauskeuze in de loop der tijden geregeld werd. Zeker zal het nuttig zijn tegelijkertijd de waarschuwing mede te geven, dat met opzet aan het optreden van de wereldlijke macht bizondere aandacht besteed werd; - dat naar verhouding weinig werd ingegaan op zuiver kerkelijke problemen, die de schakering in het kiezerscollege beïnvloedden. Men wijze er bovendien op, dat ook waar politieke invloeden zich sterk lieten voelen bij het stellen der candidaten en bij het bepalen der keuze, het kerkelijk belang toch de doorslag kan hebben gegeven.
Wijl we hier met een vulgarisatie te doen hebben, zal men niet mogen verwachten, dat allerlei kwesties diepgaand worden besproken. Maar zou het niet van belang geweest zijn bv. in de decreten van Nicolaas II, Julius II en Pius X de gevolgen van simonie wat meer te belichten? Mocht hier de plaatsruimte een rol spelen, dan zou men daarvoor gaarne een paar bladzijden willen missen, die de pauskeuze zelf niet zozeer raken, gelijk de bladzijden 154-156. - Het werk heeft veel van een feitenopsomming en groeit niet uit tot een boeiend verhaal. De beknoptheid geeft enkele malen aanleiding tot vragen en kan soms misverstand wekken. Zo is de tegenstelling tussen de uitspraken van Eusebius en Irenaeus pp. 13 en 14 niet duidelijk; de rivaliteit die sinds Innocentius II afwezig heet te zijn (p. 55) blijkt een heel bepaalde en het verbod van een bezoek aan Rome kon op p. 146 nader worden omschreven. Is het juist Bonifacius VIII te introduceren als ‘een man van nog rustige, bezadigde ouderdom’ (p. 70)? Kenschetst men Pius IX het best door ‘tegemoetkoming’ (p. 144)? - Er staan in deze uitgave slordigheden, die ook een vulgarisatie ontsieren. We lezen Hormidas i.p.v. Hormisdas (p. 22), Ahatho i.p.v. Agatho (p. 28) Urbanus VI i.p.v. Urbanus IV (p. 64), Urbanus VIII i.p.v. Urbanus VII (p. 104), Innocentius XI i.p.v. Innocentius IX (p. 106). De calvinistische Hendrik van p. 104 is niet III, maar IV. Della Genga wordt p. 136 zowel della als delle Gegna. Pole heeft p. 93 een 1 te weinig en Wolsey krijgt p. 91 een l te veel. San Giorgio is p. 135 geworden tot San Giorgo en Giuliano della Rovere is p. 87 omgedoopt tot Guilelmo. Verder komt
Chriaramonti voor naast Chiaramonti (p. 134); Callixtus van p. 52 is p. 53 Calixtus. Is Agapithus niet de gewone schrijfwijze (p. 24), we schrijven ook liever Ludovisi dan Ludovici p. 114) en bevoorkeuren Jezuieten boven Jesuieten (passim). Wat doet p. 119 Clemens XI in 1744? Hoe past de keuze van Pius VII in 1810 (p. 150)? Gemakkelijk denkt men hier en daar aan den zetter, maar het zal toch wel niet zijn schuld zijn, wanneer (p. 144) Pius IX in 1888 een priesterjubileum moet vieren! Wie is tenslotte de Nederlandse Kardinaal, welke zich in 1903 tegen de candidatuur van Rampolla verzette (p. 147)?
Bij een eventuele heruitgave kunnen verschillende fouten zonder veel moeite worden verbeterd. Bij die gelegenheid kan ook de tekst van de bladzijden 134 en 135 worden herordend.
Jac. Nouwens M.S.C.