| |
| |
| |
Bijlage van Roeping, No. 9/10, Sept./Oct. 1949.
Boekbesprekingen
J. Delépierre S.J. & V. Honnay S.J. Valeurs de Vie et Livres d'aujourd'hui. Bruxelles. Edit. de Lumen Vitae, (27 rue de Spa) 2 delen, ieder 24 × 16 cm. 140 frc.
Een origineel boek dat zijn ontstaan dankt aan een gelukkige gedachte en beantwoordt aan een actuele behoefte! Dat is ongetwijfeld veel lof, maar ik geloof dat ze verdiend is. Het menselijk kennen strekt zich hoe langer hoe verder uit; voor de meesten is het onmogelijk ten naastenbij op de hoogte te blijven. De samenstellers van dit werk hebben zich daarvan rekenschap gegeven en zij hebben aan de ontwikkelde christenen een volledig program voor een intellectuele vorming willen aanbieden dat de leidende gedachten en de boeken waarin ze ontwikkeld worden bevat, en dat alles gezien van een geestelijk en christelijk standpunt. Is het programma volledig? Ziehier de hoofd-indeling van het werk. Wijsbegeerte, Godgeleerdheid, Maatschappijleer, De grote geestelijke stromingen van de XXste eeuw, Opvoedkunde, Wetenschappen (5 hoofdst.), Geschiedenis en Aardrijkskunde, Schone kunsten en Letterkunde. Bij de uiteenzetting der verschillende theorieën worden de schrijvers (± 1400) die er over geschreven hebben aangehaald en in het kort maar kundig beoordeeld. De bewerkers hebben vooral rekening gehouden met de Franse cultuur zonder evenwel de andere te verwaarlozen. Het is een boek dat men vaak en met vrucht zal raadplegen; een kostbare gids voor de katholieke intellectueel en voor degenen die anderen moeten leiden en voorlichten.
fr. EDM. MEEUS mon. ben.
| |
Matthew Hoehn O.S.B. Catholic Authors. Contemporary biographical sketches. 1930-1947. St. Mary's Abbey, Newark, U.S.A., 1948, 812 blz. 22 × 16 cm., geb. 10 dollars.
Dit keurig uitgegeven boek geeft ons waardevolle referenties over al de belangrijke katholieke auteurs die in het engels geschreven hebben of waarvan werken in het engels vertaald zijn. Er wordt over 620 auteurs gesproken. De notities hebben geenszins tot doel de waarde van de geschreven werken aan te geven maar wel een beknopte levensbeschrijving om ons kennis te laten maken met de schrijvers zelf. Meestal zijn die schetsen aan brieven van de auteur zelf ontleend; daardoor zijn zij héél persoonlijk en levendig, en wordt het geen dorre woordenboek-nomenclature. Het zijn interessante gegevens die een betere kijk geven op vele werken; dikwijls hebben zij iets intiems en vertellen ons van de voorouders, van de jeugd, van het huwelijk en het huisgezin van een auteur. Het ‘amerikaans’ ontbreekt er ook niet: nu en dan wordt ons verteld dat die of die geleerde een hobby heeft voor tennis of voor hengelen! Naast letterkundigen vinden wij philosophen, kunstenaars, geestelijken... al diegenen die ‘geschreven’ hebben; het zou te lang worden moesten wij namen citeren. Een boek dat bij geen intellectueel ontbreken mag.
fr. EDM. MEEUS mon. ben.
| |
Catholicisme. Hier, aujourd'hui, demain. Encyclopédie dirigée par G. Jacquemet. 7de afl. Paris. Letouzey et Ané.
Meermalen reeds hebben wij hier met lof over deze encyclopédie gesproken. De 7de aflevering is zó juist verschenen en geeft ons eens te meer een interessante reeks artikelen. Zij gaat van ‘Célibat’ tot ‘Citeaux’; speciaal hebben wij opgemerkt de artikelen Religion des Celtes, Liturgies celtiques, Césaropapisme, Chanoines, Charismes, Chartres, Chartreux, Cisterciens. Het belooft een goed consultatie-werk te worden, een waardige aanvulling van de andere ‘Dictionnaires’. De afleveringen verschijnen regelmatig en keurig verzorgd, hetgeen ook te waarderen is.
fr. EDM. MEEUS mon. ben.
| |
| |
Abbé Stan. Cantin, D.Ph., prof. à l'Université. Laval. Précis de psychologie thomiste. Québec, Editions de l'Université Laval. 1948, 173 blz. 23,5 × 15 cm.
Een volmaakt schoolboek ten behoeve der leerlingen, dat precies geeft wat zijn naam aanduidt. Helder, zakelijk, klassiek, met na ieder hoofdstuk de gewenste verwijzingen naar Aristoteles, St. Thomas en de Commentatoren. Een boek, zoals onze tijd er veel moet zien en lezen.
fr. NICOLAAS BOER.
| |
Mgr. de Solages e.a. Etienne Gilson, philosophe de la chrétienté. Paris, Editions du Cerf, 1949, 295 blz. 19 × 12 cm. 480 fr.
Een serie opstellen over deze franse geest, die zich aan het thomisme gewonnen heeft gegeven. Na mannen als Maritain. Forest, Geiger, sluit hij zelf de rij met een vriendelijk knipoogje naar allerlei ‘compagnons de route’. Het opmerkelijkste artikel is zeker dat van Pater Geiger O.P. over existentiële ontologie, maar het is ook zeer moeilijk. Zou het niet korter en scherper kunnen?
fr. NICOLAAS BOER.
| |
Prof. Dr. Klaas Steur pr. Het lied van Orpheus. Losse hoofdstukken uit de Natuurphilosophie. Paul Brand 1947. 19,5 × 27 cm. 475 blz.
Onder deze titel publiceert Prof Steur de scholastieke cursus die seminaristen kennen onder de naam van Naturphilosophie, die Cosmologie en Psychologie omvat. Het voorwoord doet een omwerking verwachten die het schoolse tractaat begrijpelijk zou maken voor ‘Japie, Keesie, Krelis, Klaas, Jan,’ gewone jongens die geen latijn verstaan en geen humaniora hebben genoten. Sla het boek willekeurig open en u vindt louter passages als deze: ‘Zo zijn dus de delen in het geheel aanwezig in reële aanleg tot voltooid er-zijn. De ongedeelde continuë uitgebreidheid is reële aanleg tot belendende, grenzendheidsuitgebreidheid of tot gescheiden veelheid’ (blz. 99) of (blz. 100): ‘Zoals dus de stoffelijke zelfstandigheid onderscheiden is van de onstoffelijke zelfstandigheid, doordat de voltooiïng van de stof verbonden is met de reële aanleg van de oerstof, terwijl de zelfstandigheidsbepaling van de geesten enkelvoudig en op zichzelfstaand is, geen medecomponent vraagt, zo is ook de eenheid in de stoffelijke uitgebreidheid onderscheiden van de eenheid buiten de stof, doordat de eenheid van de stof een reële aanleg heeft tot veelheid, welke ontbreekt buiten de stoffelijke orde.’
Pater Angelinus in Zijn Zijnsleer doet het eenvoudiger; niettemin zijn deze strikt scholastieke hoofdstukken uit de Cosmologie en Psychologie een welkome aanwinst voor de lezers van Angelinus.
Maar u slaat een andere pagina op en daar leest u onder de titel Variaties: Zijn slanke rug rust aan een winderank, aan bei zijn zijden springt een witte duif...
Prof Steur heeft n.l. de verschillende hoofdstukken omgeven met gedichten en stukjes proza van zeer verschillende aard. Uit dat oogpunt is het een bonte bloemlezing geworden, waarvan men zich alweer afvraagt wat ‘Japie van Jennotje en Keesie Boei’ ermee aan zullen vangen, maar ‘gewone Vollendammer jongens’ schijnen toch wel iets bijzonder te hebben. De lezers van Roeping zullen van deze prachtige verzen genieten, maar ik vrees toch dat het jammer is voor Aafjes als hij met Leopold op één bladzij staat, bv. blz. 248.
Behalve de bloemlezing vindt men nog vier knappe foto's in dit boek: de zee, een stukje wei bij Volendam met bomen, een hond, een Volendammer. Het is vorstelijk uitgegeven: veel rijkdom bij elkaar, als in een museum. Het is te hopen dat velen er van zullen profiteren.
fr. NICOLAAS BOER m.b.
| |
T.V. Nys, O. Praem., De werking van het menselijk verstand volgens Hendrik van Gent. 16 × 24.5 cm. 144 blz. 160 frc. Leuven, Nauwelaerts. 1949.
De schrijver verplaatst ons in dit proefschrift naar de 13de eeuw, waarin hevig werd gestreden over de plaats die aan de wijsbegeerte van Aristoteles in het theologieke onderwijs moet worden toegekend. De duidelijke uiteenzetting van Hendrik van Gent's opvattingen van de ‘intellectus agens’ doet ons des te meer de grootheid van Sint Thomas
| |
| |
beseffen die dit vraagstuk voor alle tijden op een volmaakt bevredigende wijze heeft opgelost. Het is zeer nuttig eens een theoloog van die tijd met dit vraagstuk te zien worstelen. Welke verwarring zou de theologie der late middeleeuwen te zien hebben gegeven indien Sint Thomas niet klaarheid daarin had gebracht:
fr. P. TALMA m.b.
| |
Mgr. Fulton J. Sheen. Is ons leven zinloos?, Amsterdam. Desclée de Brouwer, 1949, 275 blz.
Er zijn gelukkig ook in onze dagen geestelijke schrijvers, wier naam alleen reeds een waarborg biedt, dat hun publicaties onze volle aandacht verdienen. Onder hen kunnen wij veilig de Amerikaanse radio-priester Mgr. Sheen rekenen.
Zijn praktisch al zijn werken uit diepgaande theologische studies voortgekomen, in dit boekje is de apostel aan het woord. ‘Is ons leven zinloos?’ is n.l. een verzameling van radio-toespraken. Wat het meest treffend is in deze bundel, is de populaire wijze van uitdrukken voor diep-doordachte waarheden. Men vindt hier terecht in terug, hetgeen onze Nederlandse radio-priester H. de Greeve over Mgr Sheen zegt in het voorwoord: ‘In een groot wereldrijk staat een Fulton Sheen op, die door de diepte en rijkdom van zijn wetenschap, door zijn enorm redenaarstalent en zijn kunstenaarschap van het woord in staat is voor dit rijk der schitterende mogelijkheden tegelijkertijd het verbluffende element te zijn, dat in staat is de Amerikaanse behoefte aan sensationele prestaties te voldoen en daarnaast, de diepe denker, de geniale dogmaticus te zijn, in staat deze sensatie te behoeden voor oppervlakkigheid.’
Het is een verdienstelijke daad van J. van Daalen geweest deze toespraken voor het Nederlands publiek toegankelijk te hebben gemaakt. Moge van zijn kant dit publiek zich hiervoor erkentelijk tonen door niet na te laten met dit boekje kennis te maken.
fr. C. VOS m.b.
| |
Karl Adam. Jésus le Christ, trad de E. Ricardé Mulhouse. Edit. Salvator. 1948. 374 blz., 480 frc.
De boeken van K. Adam genieten een internationale, - of beter - een echt katholieke reputatie; en met recht. Deze schrijver verstaat uitstekend de kunst, zonder in dorre apologie te vervallen, de geloofsverdediging steeds ondergeschikt te houden aan een schone visie van de waarheid, die overal in zijn boeken doorbreekt. Zijn bewonderenswaardige eruditie dringt zich aldus nooit op, maar houdt die absoluut dienende functie de gave waarheid te presenteren.
Ook in dit boek vindt men deze methode terug.
Aan hen, die nog geen kennis hebben gemaakt met deze schrijver, is dit boek warm aanbevolen.
fr. C. VOS m.b.
| |
Dr Franz Diekamp. Katholische Dogmatik nach den Grundsätzen des heiligen Thomas. Bd. I, 10 u. II aufl. Munster i. W. Aschendorff, 1949. XII-371 blz. DM 12.
Op veler aandringen is de uitgever overgegaan tot deze nieuwe druk van het bekende handboek van Mgr. Diekamp. De dood van de schrijver en de tijdsomstandigheden zijn waarschijnlijk de oorzaak dat het een onveranderde herdruk is van de 8ste en 9de uitgave van 1938. Zelfs de bibliographie is niet bijgewerkt. Maar dit belet niet dat het werk nog steeds een betrouwbare gids is bij de studie der theologie. Het munt uit door een grote helderheid en getrouwheid aan de leer van Sint Thomas. Dit eerste deel bevat een uitgebreide inleiding op de dogmatiek en vervolgens de beide tractaten De Deo Uno en De Deo Trino.
fr. J. MEEUSEN m.b.
| |
J. Rivière, Le Dogme de la Rédemption dans la Théologie contemporaine, Albi, chez M. le Chanoine Lombard, aumônier au Bon-Sauveur, 1948, XIX-549 blz., 800 frc.
Geen enkel geloofspunt is zo rijk aan aspecten als het mysterie onzer Verlossing door het Kruis van Christus, zodat de theoloog zich daar voor de moeilijke taak geplaatst ziet, eenheid in die veelheid aan te brengen. Twee procédé's evenwel bieden zich dan aan: dat der synthese, waarbij alle elementen hun or- | |
| |
ganieke plaats in een hogere eenheid krijgen aangewezen, en dat der eliminatie, waarbij de ondergeschikte elementen moeten wijken voor de voornamere, en deze weer voor het allervoornaamste. In dit laatste geval houdt men één begrip over, en verklaart de andere identiek daarmede, of men wijst ze als beeldspraak van de hand. Wanneer nu Jean Rivière verklaart ‘de formele elementen van het mysterie aan de reële ondergeschikt te willen maken’ (p. 352), dan zou men geneigd zijn daar een poging tot synthese te zien, maar metterdaad is het een eliminatie ten gunste van het éne anselmiaanse begrip van satisfactie. Men heeft hem dien ‘coup d'état’, en niet geheel ten onrechte, wel eens verweten. Maar het werk verricht door ‘den theoloog der Verlossing’, zoals onlangs Rivière genoemd werd, dwingt ieders ontzag af, en de theoloog die deze stof te behandelen krijgt, zou het onderhavige opus posthumum, waarin de resultaten ener belangwekkende carrière geboekt, en alle vroegere publicaties over hetzelfde onderwerp (sinds de doctorale dissertatie van de schrijver in 1905) samengevat worden, zeker niet gaarne missen.
fr. H. DIEPEN m.b.
| |
Jean Guitton, La pensée moderne et le Catholicisme. VI Le problème de Jésus et les fondements du témoignage chrétien (Editions Provençales, Aix-en-Provence 1948, 262 pp., 14 × 23 cm., 300 frc).
IX Le développement des idées dans l'ancien Testament. (Editions Provençales, Aix-en-Provence 1947, 189 pp., 14 × 23 cm., 250 frc).
De historische critiek is een van de modernste wapens waarmee in onze eeuw de katholieke godsdienst bestreden wordt. Uiteindelijk wordt de vijand met de eigen wapens verslagen, nadat deze weliswaar reeds wonden hebben toegebracht, de zwakke plekken aan het licht brachten, maar tenslotte hoofdzakelijk dienden om daar de positie van het Katholicisme te versterken door te prikkelen tot verdediging en verdieping.
Deze strijd speelt zich niet alleen af in zuiver wetenschappelijke of leidende kringen, maar moet worden uitgevochten op alle niveaux van het katholieke leven met zorgvuldig aangepaste middelen.
Het groots opgezette werk van Jean Guitton richt zich tot een brede kring van katholieke intellectuelen en wil een antwoord zijn op de vele problemen, welke vooral voortkomen uit de confrontatie van de H. Schrift, met de moderne wetenschap, een antwoord dat tevens een apologie wil zijn in zoverre het de onhoudbaarheid aantoont van de rationalistische interpretaties (van Renan en Loisy o.a.).
Het zesde deel stelt in het kort het probleem van de historische Jezus, zoals dit gezien wordt door de voornaamste moderne critici, en geeft vervolgens een zeer verdienstelijke analyse van het christelijk getuigenis met als conclusie ‘La non-impossibilité du Jésus des Evangiles’. De moeilijk te verwerken philosophische uiteenzettingen zal de lezerskring echter zeer beperken.
Deel IX ligt zeker meer in het bereik van de gemiddelde intellectueel. Het bevat een instructieve inleiding op de lezing van het Oude Testament, waarvan het de gedachtengang beknopt weergeeft. Zeer verhelderend werken de vergelijkingen met de ongeveer gelijkluidende tradities van de heidense volkeren, al zou men hier en daar wat meer wetenschappelijk apparaat wensen.
Jammer is dat de typographische verzorging veel te wensen overlaat. Het aantal drukfouten is legio.
Moge dit werk in Nederland een inspirerende taak vervullen. Wij menen dat het daartoe de kracht bezit.
fr. G. v. NISTELROOIJ m.b.
| |
Ch.D. Bouloone O.P. ‘Le Monde des Esprits’, Editions du Rocher, Monaco, 192 blz., 19 × 12 cm., 165 frs.
In onze tijd bekommert men zich ongetwijfeld meer dan ooit om hetgeen op het andere leven betrekking heeft. Spiritisme, zwarte kunst, fétichisme, mascottes en dergelijke, die in onze dagen zo zeer in de mode zijn, getuigen voldoende voor die trek. Hij kan geen verstandiger, gezonder en meer gewettigde bevrediging zoeken dan in het boek van pater B. Aan de hand van Sint Thomas vertelt de schrijver ons op zeer
| |
| |
eenvoudige wijze, zonder omhaal van wetenschappelijke documentatie, zodat hij gemakkelijk gevolgd kan worden door de brede kring van lezers tot wie hij zich richt, wat elk van hen omtrent de zuivere geesten zou dienen te weten. Hij stelt eerst hun bestaan, hun natuur en hun werkzaamheid vast, om dan te komen tot de beproeving die ze verdeeld heeft in goede en opstandige geesten, en ten slotte te onderzoeken in hoeverre de duivel en vooral de Engelen een rol spelen in het menselijk leven.
Door zijn grote ernst, gepaard aan grote eenvoud en helderheid, zal dit boek aan hen die het lezen willen een troostrijk uitzicht openen. Wij hopen, dat zij talrijk zullen zijn.
fr. EDM. MEEUS mon. ben.
| |
R. Garrigou-Lagrange, O.P. De Virtutibus Theologicis. Turijn, Berruti & Co. 16.5 × 25.5 cm., 584 blz. 1500 lire.
Het belang van dit nieuw deel van Garrigou-Lagrange's commentaar op de Summa Theologica behoeft niet te worden uiteengezet. De Sch. is een der vocrnaamste vertegenwoordigers der strenge thomistische school. In een uitvoerige bespreking zou op de opvattingen van verschillende punten moeten worden ingegaan. Maar hier kan ik volstaan met de wens uit te spreken dat er onder de Katholieke intellectuelen en ook onder de ontwikkelde Protestanten velen de gelegenheid mogen aangrijpen om zich door de bestudering van dit werk een helder begrip te verschaffen van de leer van Sint Thomas betreffende een der meest fundamentele vraagstukken der Theologie.
fr. P. TALMA m.b.
| |
Prudence chrétienne. (Cahiers de la Vie Spirituelle) Paris, Les Editions du Cerf. 12 × 19 cm. 216 blz.
Een tiental studies over de bovennatuurlijke deugd van Voorzichtigheid zijn hier verzameld en geven ons aldus een heel interessante summa over die deugd welke tegenwoordig te dikwijls verwaarloosd wordt. Men is geneigd deze deugd niet ten volle te waarderen, en toch is zij een onontbeerlijke hoofddeugd. Juist omdat de bijdragen welke wij hier samentreffen zo serieus en degelijk zijn, spijt het ons dat het hoofdstuk over ‘Voorzichtigheid en gehoorzaamheid’ wel blijk geeft van veel humor, maar toch een minder gelukkige indruk achter laat. Wij zijn het eens over hetgeen sch. daarvan (M. Philippeau) in de grond bedoeld, maar betreuren zijn ietwat spottende toon en zijn neiging om te gemakkelijk tegenstellingen te ontdekken tussen de gehoorzaamheid en het zelfstandig beoefenen van de voorzichtigheid. Dat beantwoordt weliswaar aan een tendens welke men meer ontmoet; hetgeen echter nog niet betekent dat het juist is! Alles te samen een reeks heel interessante studiën die voor velen heel nutig zal zijn.
fr. EDM. MEEUS mon. ben.
| |
L'Eglise et le Pécheur. La Pénitence. (Cahiers de la Vie Spirituelle). Les Editions du Cerf, Parijs 1948, 256 blz., 19 × 12 cm., 280 fr.
Het feit, dat dit boekje over het Sacrament van de Biecht reeds in een tweede uitgave verschijnt, bewijst voldoende zijn actualiteit. In ruim 250 pagina's wordt de Biecht in zijn verschillende aspecten belicht, waarbij de practijk steeds gezien wordt in verband met de leer over het Mystiek Lichaam en de Sacramenten, en ook de historische feiten hun besprekingen vinden. Het doel van de verschillende bijdragen is om de biecht, vooral de veelvoudige biecht, vruchtbaar te maken voor het geestelijk leven. Wij vinden er dan ook waardevolle aanwijzingen over het berouw, de wijze van zondenbelijdenis, de taak van de biechtvader, en verder over de vruchten van boetvaardigheid, die de biecht in ons gehele leven moet dragen. Het boek kan voor velen, priesters, kloosterlingen en leken, zeer kostbaar zijn en wij mogen het een ruime verspreiding toewensen.
fr. VINCENT TRUYEN, m.b.
| |
H. Lusseau. Précis d'Histoire biblique. Iste deel. 87 blz. 13 × 21 cm. 140 Fr. fr. J. de Gigord, Parijs.
Meer en meer bestaat er bij de jeugd een verlangen naar grondiger bijbelkennis. Zij is gewoon over allerlei vakken en wetenschappen te horen spreken (of ze zelfs te bestuderen) en kan zich niet
| |
| |
meer tevreden stellen met de oppervlakkige bijbelkennis die zo'n opgeld heeft gedaan. Dat is een verheugend feit; maar een feit dat eisen stelt; het vraagt eerst en vooral lessen of boeken waarin die kennis grondiger en toch zonder een al té groot wetenschappelijk apparaat te verkrijgen is. H. Lusseau, hoogleraar aan de Katholieke Universiteit van Angers, geeft ons zulk een studie waarvan wij hier het eerste deel hebben. Het is slechts een klein boekje, uiterlijk zonder betekenis; het telt geen 90 blz., maar zij zijn uiterst goed gevuld. Na een korte uiteenzetting over de inspiratie, over de canon van de heilige boeken, over de tekstoverlevering en de verklaring van de H. Schrift worden de elf eerste hoofdstukken van Genesis behandeld. Sch. weet op een korte en duidelijke manier te doen uitkomen wat in ieder tafereel bedoeld is en wat wij moeten geloven. Een nuttig boekje dat wij graag aanbevelen aan al diegenen die meer willen weten over de bijbel en dat we in het Nederlands vertaald zouden willen zien om het in ieders bereik te brengen. Wij hopen dat de volgende delen spoedig zullen verschijnen.
fr. EDM. MEEUS mon. ben.
| |
Arnobius of Sicca, The case against the Pagans. Translated and annotated by George E. McCracken. 2 Vol. (Ancient Christian Writers 7-8) The Newman Press, Westminster, Maryland 1949.
Deze ondertussen reeds internationaal-befaamde serie, waarmee wij onlangs het genoegen hadden kennis te maken, voegt wederom twee delen toe aan haar ook reeds imposante collectie. En opnieuw dwingt deze uitgave bewondering af. In een elegante technische verzorging wordt ons een met evenveel zorg gekozen litterair monument geboden. Sinds de waarderende woorden van St. Hieronymus heeft deze apologie van Arnobius, een laatste getuigenis uit de vervolgingstijd, niet veel belangstellende lezers meer gehad. Om haar apologetische waarde verdient zij dit ook niet, want de pas bekeerde professor was nog beter op de hoogte van het heidendom dan van zijn nieuwe christelijk geloof. Hij slaagt er voortreffelijk in de zwakheid van het eerste te tonen, maar de kracht van het tweede toont zich slechts in het jeugdig enthousiasme van deze neophiet op leeftijd. Daarin schuilt dan ook juist het belang van dit werk. Het is een eersterangs psychologisch document, in onze dagen opnieuw ontdekt, waarin wij afgezien van de zakelijke inhoud, in levend contact komen met deze beroemde Afrikaanse redenaar en vurige bekeerling. Wij zijn de Uitgevers dankbaar voor deze nieuwe bijdrage, die ook wetenschappelijk op hoog peil staat en dus ook in vakkringen dienst zal bewijzen.
fr. G. VAN NISTELROOIJ m.b.
| |
Léon le Grand. Sermons, Tome I. Latijnse tekst, vertaling van Dom René Dolle, Inleiding en aantekeningen van Dom Jean Leclercq, monniken van Clervaux. ‘Sources chrétiennes’, Editions du Cerf, Paris 1949, 264 pp. 450 frc.
De preek is een van de oudste bestanddelen van de Liturgie. Naar het voorbeeld van Christus en op Zijn bevel ‘Gaat en onderwijst’ verklaarden de Apostelen en hun opvolgers in de loop der tijden de H. Schrift, die voorgelezen wordt in de bijeenkomsten der christenen, en verkondigen aldus het Rijk Gods. Vele preken uit de eerste eeuwen van de Kerk zijn bewaard gebleven en vormen nog steeds een bron van lering voor de gelovigen van onze tijd. Die van Sint Leo munten uit door schoonheid van stijl en meer nog door verhevenheid van inhoud. In afwachting van de in voorbereiding zijnde Nederlandse vertaling is het ons daarom een waar genoegen deze Franse overzetting bij het publiek te mogen inleiden. Hoewel de vertaling ons uitstekend toeschijnt - het was een zeer moeilijke opgave -, raadpleegt men toch steeds gaarne de toegevoegde Latijnse tekst, die een oorspronkelijke klaarheid bezit welke niet te imiteren is. De doctrinaire inleiding, hoewel gebruikelijk in deze serie en met zorg samengesteld, lijkt mij overigens overbodig bij deze teksten, en bovendien te beknopt om te beantwoorden aan een eventuele belangstelling voor de leer van deze Heilige Paus, wiens gewijde welsprekendheid ons vervult van het heilig Mysterie. Dit eerste deel bevat de preken over Kerstmis en Epiphanie. Het is dus nu de tijd om het kostbare boekje te bestellen.
fr. G. VAN NISTELROOIJ m.b.
| |
| |
| |
Pierre Courcelle, prof. à la Sorbonne. Histoire littéraire des grandes invasions germaniques. Paris, Hachette, 1948, 23 × 14 cm., 264 blz.
Een zeer interessant boek, vlot geschreven, dat ons een geheel nieuwe kijk geeft op de geschiedenis van de Vde eeuw. Het doel van de Sch. is de vele litteraire teksten te geven die een commentaar leveren op de germaanse invasies. De studie van die teksten is in het algemeen tot nu toe verwaarloosd geweest, en toch geven zij ons met waardevolle gegevens een trouw beeld van wat de tijdgenoten dachten en deden, vreesden en hoopten. Toen was het al zoals nu: angst, vluchtelingen, invasie, bezetting, weerstand, openbare en ondergrondse, hongersnood, concentratiekampen, gijzelaars en eindelijk de bevrijding met hare vreugden en hare teleurstellingen, en om alles te overkoepelen de gedachte aan God en zijn altijd wakende Voorzienigheid. Meestal heeft men tot nu toe die teksten misprezen en er alleen grootspraak en holle, klinkende woorden in gezien. Er schuilt echter héél wat meer onder! Dit is een serieus boek, wetenschappelijke, maar de levendige manier waarop de teksten gepresenteerd en door de geschiedenis omringd zijn maken het tot een aangename en boeiende lezing. Jammer dat de talrijke notas en verwijzingen alle achteraan verzameld zijn. Warm aanbevolen. Zou niet mogen ontbreken in de bibliotheek van wie zich interesseert voor geschiedenis of kerkvaders.
fr. EDM. MEEUS mon. ben.
| |
H. Pinard de la Boullaye S.J. St. Ignace de Loyola, directeur d'âmes. 362 blz. 19 × 12 cm. Aubier, Parijs.
Wij hebben hier niet te doen met een levensbeschrijving van St. Ignatius maar wel met een studie over zijn ascetische beginselen en zijn geestelijke leer. In het voorwoord geeft Sch. de hoofdprinciepen en de grote kentekenen er van aan, om daarna tot een uitgebreide uiteenzetting over te gaan. Alle kanten van het geestelijk leven worden in dit boek belicht en het doet de Ignatiaanse leer goed uitkomen. In de aanhangsels treffen wij een reeks onverwachte vergelijkingen met de heidense wijsgeren die ook het gewetensonderzoek geprezen hebben en zelfs hun tijdgenoten aanspoorden tot de volmaakte liefde tot God en het vrijwillig aanvaarden van het lijden uit liefde voor God's wil! Dan, om te eindigen een lange reeks van 19 oefeningen om die liefde tot God te verkrijgen.
Sch. is bekend als gewijde redenaar van de Parijse kathedraal en als auteur van verschillende studies over de Oefeningen van St. Ignatius; dat zegt ons al dat wij hier ernstige studies voor ons hebben en dat wij er werkelijk de spiritualiteit van St. Ignatius vinden. Zij die deze spiritualiteit volgen, zullen met dit boek gebaat zijn; de anderen zullen er altijd nut in vinden voor hun ziel.
fr. EDM. MEEUS mon. ben.
| |
J. Brouwers pr. Tien roemvolle Pausen. Maastricht, Uitgeverij J. Schenk. 108 blz. geïll., geb. f 2.75, 24,5 × 16 cm.
De grote massa van ons Katholieke volk weet bitter weinig van de geschiedenis der H. Kerk of van het leven en het werk der pausen. Voor hen heeft pastoor Brouwers dit boekje geschreven. Zonder wetenschappelijke pretentie en op populaire wijze verhaalt hij het leven van tien der belangrijkste pausen, te beginnen met Gregorius de Grote en eindigend met Pius X. Bij zijn keuze heeft de Sch. rekening gehouden met de verschilende tijdperken der Kerk zodat de lezer enigszins een beeld van hare gehele geschiedenis zou krijgen. De keuze had natuurlijk anders kunnen uitvallen: de serie bevat bijv. geen enkele paus uit de eerste eeuwen der Kerk, uit die heldhaftige tijd der kerkvervolgingen en van de strijd tegen de vele ketterijen. Moge het boekje evenwel vele lezers vinden en hun liefde tot de Kerk versterken en verdiepen.
fr. J. MEEUSEN m.b.
| |
Dom Philibert Schmitz. Histoire de l'Ordre de St. Benoît. T. 5., Editions de Maredsous, 1949, 352 blz., 25 × 16 cm.
Reeds verschillende malen hebben we ter dezer plaatse met lof het magistrale werk van Dom Ph. Schmitz besproken. Dit vijfde deel doet in niets onder voor
| |
| |
de voorafgaande. De ondertitel geeft volkomen de inhoud weer. Het is een mijn van overvloedige inlichtingen over de activiteit der Benedictijnen op economisch en intellectueel gebied van de XIIde tot aan de XXste eeuw. De Sch. bestudeert achtereenvolgens de landbouw, de handel en industrie, de werken van liefdadigheid, het beheer der inkomsten; vervolgens, op intellectueel gebied, de scriptoria, drukkerijen en kloosterbibliotheken, de scholen en universiteiten, de studies t.w. godgeleerdheid, wijsbegeerte, geschiedenis en letterkunde. Een volgend deel zal dit overzicht der verschillende gebieden waarop de monniken hun activiteit hebben ontplooid, voltooien. De auteur blijkt de waardige opvolger te zijn der geleerde en bedrijvige monniken over wie hij in dit werk spreekt. Wij hopen, dat de tweede helft van dit vijfde deel een naamregister zal bevatten: dat zou er een onvergelijkelijk hulpmiddel van maken.
fr. EDM. MEEUS mon. ben.
| |
André Chagny: Cluny et son Empire. 4de uitg. Vitte, Lyon & Paris. 1949, 326 blz. 19 × 12 cm. 380 fr.
Cluny blijft altijd 'n belangrijk geschiedenis-centrum van het Christendom. Sch. geeft ons hier een beknopt overzicht van wat Cluny geweest is; het is een korte geschiedenis, waaronder begrepen de levenswijze en de idealen van de monniken van Cluny en hun intellectuele en artistieke activiteit. Alles onvermijdelijk zeer vluchtig maar het geeft ons toch een goede algemene kijk op wat Cluny betekent voor Kerk en beschaving.
fr. EDM. MEEUS mon. ben.
| |
Léon Côte: Saint Odilon abbé de Cluny. Moulins, Crépin-Leblond. 23 × 14½ cm. 161 blz.
Eerw. Heer Côte geeft ons eerst een vluchtig overzicht van het Christendom rond het jaar 1000; waarna hij ons naar de abdij van Cluny voert.. Na St. Odo en St. Mayolus werd de abbatiale staf aan St. Odilo toevertrouwd. Hij is een heilige abt en een ervaren beheerder geweest wiens zorgen zich uitstrekten tot al de noden van het Christendom en zelfs van de zielen in het Vagevuur. Een ietwat oppervlakkige levensbeschrijving ter gelegenheid van het 9de eeuwfeest van de dood van St. Odilo (1 Jan. 1049).
fr. EDM. MEEUS mon. ben.
| |
Guy de Valous. Jean de Bourbon. Editions de Fontenelle. Abbaye Saint Wandrille. (Seine Inf.) 1949, 23 × 14,5 cm., 172 blz.
Jean de Bourbon (1413?-1485) was een groot heer, staatsman en tegelijkertijd man der Kerk, bisschop van Le Puy, lieutenant-général van Languedoc en Forez, abt van Cluny, om slechts de voornaamste van zijn functies te vermelden. Hij is waarlijk representatief voor zijn tijd en zijn milieu. De sch. laat vooral zijn rol als abt van Cluny uitkomen; Guy de Valous is trouwens een specialist van de geschiedenis van deze abdij. In deze ietwat vluchtige levensbeschrijving zien we een rechtschapen en wilskrachtig man al zijn krachten inspannen om ondanks de interne moeilijkheden en de onophoudelijke oorlogen de tucht in de kloosters van Cluny te handhaven.
fr. EDM. MEEUS mon. ben.
| |
Charles Terrasse: François I, le roi et le règne. Paris, Grasset, 1949, 351 blz. 21 × 13,5 cm., geïll. 570 fr.
Te dikwijls moet men van boeken over geschiedenis zeggen dat ze of wetenschappelijk en nauwkeurig zijn, of dat ze gemakkelijk en aangenaam lezen; zo zelden gaan die twee samen. Hier vinden wij het verwezenlijkt. Het is een wetenschappelijk en tevens een boeiend boek. De Sch. weet ons de geschiedenis te vertellen vanaf de bevrijding van de franse koning uit zijn gevangenis in Spanje tot aan de ontmoeting in Aigues-Mortes (1526-'38). Twaalf jaar die van de grootste betekenis geweest zijn, niet alleen voor Frankrijk, maar voor geheel het ‘humanisme’. De tweede phase van de strijd tussen koning Frans I en keizer Karel V wordt ons heel levendig uitgelegd. Sch. maakt het ons niet alleen mogelijk maar ook aangenaam heel de politieke zowel als de beschaving's geschiedenis van die tijd mee te leven. Een boek dat
| |
| |
ons veel leert en het op buitengewone aangename wijze doet.
fr. EDM. MEEUS mon. ben.
| |
Leon Lemonnier: Edouard VII. Le Roi de l'Entente Cordiale. Paris, Hachette, 249 blz. 20 × 13 cm. 300 fr.
Het leven van Edward VII (1841-1910) is op zichzelf een buitengewoon interessant leven. Eerst als troonopvolger van zijn moeder Queen Victoria († 1901) en later als koning van Engeland heeft hij op diplomatiek terrein een heel grote persoonlijke rol gespeeld. De ‘entente cordiale’ tussen Frankrijk en Engeland was zijn werk en is zijn grote levenstaak geweest. Het spijt ons des te meer dat Sch. zijn boek niet beter verzorgd heeft. Men vindt er talrijke feiten opgesomd maar in een te verwaarloosde taal en zonder onderscheid van belang en het blijft bij een eentonige opsomming zonder dat de band of diepere politieke achtergrond van deze feiten naar voren gebracht wordt. Het boek lijkt wel te haastig geschreven.
fr. EDM. MEEUS mon. ben.
| |
A. Thomazi: La bataille de l'Atlantique. Paris, Plon, 1949, 244 blz., 19 × 12 cm., 240 fr.
Talrijk zijn de boeken die oorlogsfeiten verhalen, weinige zijn zo rijk aan onbekende feiten als dit boek dat ons op heel eenvoudige maar boeiende wijze spreekt van de onverbiddelijke strijd tegen de duitse onderzeeërs. Weinigen zullen geweten hebben dat die strijd zó hevig geweest is. Sch. die zijn vlot geschreven boek baseert op de officiële documentatie van de Britse admiraliteit, vertelt ons menig staaltje van hardnekkige moed en vastberadenheid. Een interessant en levendig boek.
fr. EDM. MEEUS mon. ben.
| |
R.P. Domin. Delalande O.P., Le Graduel des Prêcheurs. Tournai, Desclée & Cie, en Paris, Editions du Cerf. 1949. 287 blz. plus 36 uitslaande tabellen, 25 × 17.5 cm. 600 Belg. fr.
Een echt dominicaans openhartig boek, dat ook de Cisterciënsers niet ongelezen moeten laten, al vraagt hij hun zo nu en dan excuus. In het eerste deel worden de bronnen van het dominicaanse graduale opgespoord: die liggen in Cistercië en een middeleeuwse restauratie. Het tweede en veruit aanzienlijkste deel is voor allen belangrijk en wettigt de eerste titel van Pater Delalande's boek: ‘Naar de authentieke lezing van het gregoriaanse graduale’. In acht hoofdstukken assisteren we aan de restitutie van verschillende stukken, hetgeen zeer leerzaam is en uitermate boeiend voor musici. Het volmaakte arsenaal van Solesmes heeft P. Delalande onbeperkt ten dienste gestaan; toch wil hij Solesmes, dat werkt aan een critische uitgave van het Graduale, in geen enkel opzicht verantwoordelijk stellen: ‘Ik heb volkomen onafhankelijk gewerkt, zegt hij, met enthousiasme en een soms onvoorzichtige ijver, omdat mijn nazoekingen mij nieuwe gezichtspunten openden’. Blijft het zeer delicate probleem welke oplossing Dominicanen en Cisterciënsers kiezen zullen: de goede lezing of het werk hunner vaderen. Dit oprechte boek kiest onbeschroomd partij voor het eerste.
fr. NICOLAAS BOER.
| |
Egon Wellesz. A history of Byzantine Music and Hymnography. Oxford, Clarendon Press, 1949, 16 × 25 cm., 358 blz., geïll., geb. 42 sh.
In 1947 verscheen Eastern Elements in Wetern Chants van dezelfde schrijver, een voorstudie tot bovenstaand werk. Zoals in de voorafgaande werken van W., dient dit werk zich aan door zijn degelijkheid en de helderheid van uiteenzetting. Maar ook weer met dat onbevredigende element dat ons doet afvragen: is het nu een standaard studiewerk of wil het meer een aantal causerieën zijn? Het is noch het een noch het ander. Ofschoon het in deze combinatie de betekenis in het Engels niet heeft, zouden we het lidwoordje ‘a’ van de titel, letterlijk kunnen vertalen: ‘het is slechts één der verschillende vormen waarin men de geschiedenis, ons onderwerp kan gieten.’ Deze vrijheid hindert ons; zij geeft aan sommige onderdelen veel te veel, terwijl ze andere slechts aanraakt. In ieder geval schijnt ons het werk veel te beperkt wat het eigenlijke
| |
| |
studiemateriaal betreft. Het raakt van alles aan, maar bepaalt zich tot het zogenaamd ‘point out’ of ‘study’ of ‘uitspinnen’ maar in feite zeer wijdlenig bespreken van enkele voorbeelden. Het boek bewijst weer een keer hoe weinig we nog gevorderd zijn, en in de loop der studiën is het zeker een teleurstelling. De uitvoering is boven alle lof verheven.
fr PIETER FISCHER m.b.
| |
G. Papini: Brieven van Paus Celestinus VI. Nederlands van Dr Jos. Vandervelden. Utrecht-Brussel, Het Spectrum, 1949, 191 blz.
De lezing van deze brieven is indrukwekkend. Evenals zijn heilige voorganger en naamgenoot Paus Celestinus I veroordeelt deze (gefingeerde) paus bepaalde mistoestanden in enkele nagelaten brieven, die echter aan actualiteit niets hebben ingeboet. En waar zijn eerbiedwaardige woorden ons allen, priesters en leken, christenen en niet christenen, aansporen met onze menselijke tekorten tot Christus te gaan en genezing te zoeken in zijn liefde, die ons allen moet bezielen, worden wij vervuld van het heilige vuur dat uit de felle en toch tedere taal oplaait.
Doch wel is het goed te weten dat Papini spreekt, een groot schrijver maar geen paus. Zijn diagnose, vooral waar het kerkelijke toestanden betreft, is vaak onjuist en misleidend. De onderlinge liefde van de mensen is noodzakelijk gebonden aan bepaalde vormen van organisatie, die slechts met veel liefde in stand gehouden worden en de liefde van de individuën binden tot een effectieve werkzaamheid. En wat is liefdevoller priesterwerk dan het toedienen van de sacramenten (blz. 27)? En is het klooster werkelijk vaak het refugium van deserteurs bij het offensief van de liefde (blz. 38-40)? Hoeveel opofferende liefde vraagt niet het christelijk onderwijs (blz. 38)? enz. enz.
Zeker, zonder de liefde is dit alles slechts een rammelend cymbaal. Maar hier en daar wordt het goede gewas mét onkruid uitgetrokken. Alles tezamen echter vormen deze brieven een welkome opwekking tot intens christelijk leven. En hoe aantrekkelijk is de uitgave door Het Spectrum verzorgd!
fr. G. VAN NISTELROOIJ m.b.
| |
Die Bibel. Schweizer Rundschau, afl. Oct.-Nov. 1949. Einsiedeln, Zwitserland. Benziger. 5,50 fr.
Het dubbelnummer (ong. 150 blz.) der Schweizer Rundschau is geheel gewijd aan de Bijbel. In een 24 tal zeer goede artikelen worden verschillende problemen van theoretische en praktische aard, die daarmede samenhangen, uiteengezet. Thans nu het lezen der H. Schrift steeds meer algemeen wordt en de gelovigen onvermijdelijk met die vraagstukken in aanraking komen, is het goed, dat zij daarvan ook het nodige inzicht krijgen, minstens om het algemeen nut er van in te zien. Vooral voor bijeenkomsten, waarin, onder leiding van een priester de H. Schrift gezamenlijk gelezen wordt, geven deze artikelen uitstekende richtlijnen.
fr. G. SLOET m.b.
| |
Joseph Robinne S.J. L'Apôtre au Coeur mangé. Jean de Brébeuf. Paris, Editions Saint-Paul, 6 rue Cassette. 1949, VIII. 300 blz. 23 × 14 cm., 480 fr.
Een levensbeschrijving die misschien wel geen hoge wetenschappelijke pretentie heeft maar toch de bronnen zó gebruikt dat het waarlijk een geschiedenis is en geen roman. Het vertelt ons het leven van de H. Jean de Brébeuf (1593-1649) franse Jezuiet, missionaris bij de Indianen in Canada waar hij een vreselijke marteldood vond. Met Pater de Brébeuf het is geheel zijn tijd, zowel in Frankrijk als in Canada die toen pas ontdekt was, dat wij leren kennen. Vlot geschreven, aangenaam en levendig verhaal dat ons geeft hetgeen in de onder titel aangekondigd wordt: ‘une époque, un homme, nue mission’.
fr. EDM. MEEUS mon. ben.
| |
Albert Garreau. Saint Louis et son Royaume. Paris, 1949, La Colombe, 5 rue Rousselet. 221 blz., 23 × 14 cm., 410 fr.
Om de H. Lodewijk goed te begrijpen moeten wij een juist begrip hebben van wat het was koning te zijn in de XIIIde eeuw, en van wat heilig zijn was en steeds is. Onze tijd heeft die hoge begrippen laten verdoezelen, en misschien is het daarom dat wij ons te dikwijls een vals beeld vormen van den H. Lodewijk.
| |
| |
Hij was niet een heilige en een koning, maar hij was een heilig koning. Het is als koning, en omdat hij ware koning was dat hij heilig geworden is. Geen zwak, verflauwd, zoetsappig karakter! Hij was streng maar rechtvaardig, héél vroom maar geheel vrij tegenover de hoge kerkelijke waardigheidbekleders van zijn rijk, en zelfs tegenover de paus als het over politiek ging. Sch. doet ons een boeiend verhaal, en al lezend wordt men meer en meer bewust van de grote politieke en morele rol welke de H. Lodewijk gespeeld heeft. Een interessant boek, warm aanbevolen. Het doet ons begrijpen waarom de Fransen zó traditioneel enthousiast zijn over hun Heilige koning Lodewijk.
fr. EDM. MEEUS mon. ben.
| |
Maria, Etudes sur la Sainte Vierge, sous la direction du R.P.H. du Manoir S.J., t. I, 919 pp., 25 × 16 cm., Paris, Beauchesne, 1949. 1500 fr.
Nog nooit in het verleden heeft de H. Maagd een zo grote plaats in het katholieke leven ingenomen als juist in onze dagen. Dit heeft o.m. tot gevolg gehad, dat de studie der Mariologie in al haar vertakkingen in het middelpunt der belangstelling is komen te staan, niet slechts der theologen, maar van alle priesters en religieuzen, van talrijke leken en zelfs van meer dan één andersdenkende. Aan dit zeer gevarieerde lezerspubliek een veiligen gids in handen te geven, met behulp waarvan zij zich in deze studie zouden kunnen inwijden, dat is de moeilijke taak die P. du Manoir en zijn staf van medewerkers zich gesteld hebben bij het samenstellen dezer mariale Summa in drie lijvige delen. De splitsing in drieën is slechts materieel: het werk is geen trilogie maar in zeven boeken ingedeeld, waarvan het eerste deel er vier bevat, terwijl er twee voor het tweede deel en nog één boek voor het derde deel zijn aangekondigd. Boek I beschouwt de H. Maagd in de H. Schrift en in de Patristiek, b. II in de Liturgie, b. III volgens het leergezag der Kerk en de theologie; b. IV handelt over Maria's plaats in de spiritualiteit en in het apostolaat. Wij hopen spoedig de twee volgende delen te mogen aankondigen, nl. b. V dat den cultus der H. Maagd in de diverse religieuze Orden en Congregaties en bij den seculieren clerus zal bestuderen, b. VI dat Maria's plaats in de Kunst en de Letteren zal aantonen en tenslotte b. VII dat een beknopt verslag van een onderzoek naar den cultus van Maria in de verschillende landen der wereld zal bevatten. Niet minder dan 27 auteurs hebben voor dit eerste deel een studie geleverd, geleerden van allerlei richtingen en scholen, waaronder men veel bekende namen aantreft. Ook uiterlijk is de uitgave keurig verzorgd.
fr. H. DIEPEN m.b.
| |
Fresques romanes des églises de France. Introduction de Paul-Henri Michel. Paris, Edit. du Chêne. 4 rue de la Paix. 1949, 164 blz. geill. door 64 platen in 't zwart en 33 in kleur; 51 × 24 cm., geb. Fr. 2500.
Een prachtig boek, waarvan men de volmaakt trefzekere schilderingen met machteloze bewondering bekijkt. Wat bv. een Greco aan superieurs heeft onder onze westerse grootheden, ligt hier puur en naakt te kijk in een paar strepen en vegen, met de snelheid van het schrift getrokken op een muurvlak. Altijd raak, altijd leesbaar, zonder ooit een stoplap of materie die niet is opgelost. En deze monumentale vizioenen kosten niets, ‘beginnen bij de vuilnisbak’, zoals Brague zegt. Heel hun schoonheid is kunst en geest, en geen slaafs overnemen uit de zinnelijke wereld. Vandaar dat velen, die eeuwen lang zo anders gewend zijn, er niets moois aan zullen zien. De collectie platen, gekleurd en zwart, wordt voorafgegaan door een zakelijke en kundige inleiding van Paul-Henri Michel. Frankrijk laat zich hier van zijn goeden kant zien.
fr. NICOLAAS BOER m.b.
| |
Can. Dott. Angelo Penna. S. Girolamo. VII. 450 blz., 22 × 15 cm.. Turyn, Marietti, 1949, 900 lire.
In deze bloeitijd der wetenschappelijke exegese is een levensbeschrijving van hem, die hierin den eervollen titel van Doctor maximus ontvangen heeft, geen onwelkome verschijning. De zorg en volledigheid, waarmede Schr. de gegevens omtrent St. Hieronymus verzameld heeft, zijn gepondereerd oordeel, de wijze van
| |
| |
rangschikken en voorstellen maken deze biographie tot een kostbaar en aangenaam bezit. De jeugd van St. Hieronymus, zijn vele reizen, zijn verblijf te Rome, te Bethlehem, het groot aantal controversen waarin hij gemengd is geweest, van dat alles vindt men hier een levendige beschrijving. Heel de wereld waarin de heilige geleefd heeft, doemt voor ons op, en de heilige zelf, met zijn heftig, niet altoos sympathiek karakter. Aparte hoofdstukken zijn gewijd aan St. Hieronymus als geleerde, vertaler, biblist, theoloog, asceet en mysticus. Het werk besluit met de chronologieën van zijn brieven en talrijke geschriften, van geheel zijn leven. Een zeer gedetailleerde analytische index vergemakkelijkt ten zeerste het terugzoeken van het een of ander.
fr. G. SLOET m.b.
| |
J.-F. Bonnefoy, O.F.M., Le Mystère de Marie selon le Protévangile et l'Apocalypse, 192 p., 22,5 × 14 cm., Paris, Vrin, 1949.
De Vrouw en haar Kind, zowel in het Protevangelie als in hoofdstuk XII der Apocalyps, zijn Maria en Christus; dit in letterlijken zin, en wat de Apocalyps betreft, zelfs als enige letterlijke zin. Behalve datgene wat P. Bonnefoy onmiddellijk betoogt, weidt hij veel uit over zijn methode en zijn beginselen in de exegese en in de theologie. Van den schrijver van La nature de la théologie selon S. Thomas zal dit wel niet verwonderen. Zo is het boekje onder meer een pleidooi voor den veelvoudigen letterlijken zin der H. Schrift geworden. De schrijver weet aan al zijn beweringen veel overtuiging en aan de meeste ook veel overredingskracht bij te zetten.
fr. H. DIEPEN m.b.
| |
J.F. Thomas, La Querelle de l'Unigenitus. Paris. Edition Encyclopédie Française, 1949, 23 × 14,5 cm., 262 p. 660 fr.
De schrijver stelt zich op een eng historisch standpunt bij zijn navorsingen omtrent de veroordeling van Quesnel en de verwikkelingen die er in Frankrijk op volgden. Dit brengt mee dat hij aan allerlei kleine feitjes en persoonlijke incidenten een te groot gewicht hecht, terwijl de grote lijnen en het ware belang van de kwestie uit het oog verloren worden. Zo wordt ons ondanks velerlei wetenswaardigheden een onjuiste voorstelling van zaken gegeven. De auteur gaat er bovendien van uit dat noch Jansenius' Augustinus, noch Quesnels' Reflexions morales een veroordeling verdiend hadden. Dit toont ons hoe weinig objectief zijn beschrijving kan zijn. Het boekje verdient daarom geen aanbeveling.
fr. VINCENT TRUYEN m.b.
| |
R. Graber. Le Christ dans ses Sacrements. Uit het duits vert., Paris, Editions du Vitrail, 18 rue de Varenne, z.d., 23 × 14 cm., 175 p.
In dit boekje dat een uiting is van de groeiende liefde voor de sacramenten in de huidige tijd, wordt vooral de plaats van Christus in de sacramenten naar voren gebracht, hoe zij Christus' taak op aarde voortzetten en zijn leven in de mensen vormen. Na een korte inleiding wordt deze stelling in elk sacrament afzonderlijk belicht. Tot slot volgen nog enkele suggesties voor de practische zielzorg. Het boekje is met warmte geschreven en in een voor allen bevattelijke taal.
fr. VINCENT TRUYEN m.b.
|
|