vond hij een enthousiast gehoor of de felste tegenstand. Ook hier kon hij het niet lang uithouden en hij begaf zich naar Parijs, waar hem eerst geen gelegenheid geboden werd, zijn nieuwe ideeën te verkondigen; maar spoedig werd dit anders, te meer, toen hij de hoge bescherming van Koning Hendrik III vond, aan wie hij de z.g. Lullische kunst - die hij als een wetenschap beschouwde - onderrichtte. In 1583 stak hij over naar Engeland en toonde in Londen en Oxford zijn redenaarstalent. Uit die periode stamt een van zijn Dialogen, waarin hij een merkwaardige zin schrijft, die voorafbeeldt, welk lot hem zelf wacht: ‘als hij op Katholieke bodem sterven zal, zullen er overvloedig toortsen ontbranden, om zijn brandstapel aan te steken.’
Terug in Parijs verkondigt hij zijn 12 stellingen tegen de scholastiek, wat hem dwingt, weer te vluchten. En dan zien wij hem in Duitsland, waar hem de banvloek treffen zal: in Marburg, in Mainz en in Wittemberg, welk door hem genoemd ‘Athene van Duitsland’ hem onder de hoogleraren opneemt. Hij bezoekt nog Praag, dat hij echter om zijn onverdraagzaamheid weer moet verlaten, om tenslotte rust te vinden in Frankfort. Hier ontmoet hij een Italiaan, die hem een uitnodiging van een Venetiaans edelman Giovanni Mocenigo overbrengt, een dom, bijgelovig en kwaadaardig mens, die zijn werken kent en hem graag voor een persoonlijke kennismaking bij zich aan huis in de Doge stad ontvangen wil. Argeloos stemt Bruno toe en begeeft zich via Zwitserland naar zijn geliefd Italië. Doch daar moet hij zijn gastheer teleurstellen door hem niet de verlangde occulte kennis bij te brengen, en uit wraak levert de teleurgestelde Venetiaan hem uit aan de inquisitie. In Mei 1592 wordt de ex-Dominicaan in de gevangenis geworpen, waaruit hij een jaar later naar Rome wordt overgebracht. Zeven jaren onderging de ongelukkige, in zijn vrijheidsgedachten verstokte monnik daar de martelende verhoren, tot in het Jubileumjaar 1600 onder het pontificaat van Clemens VIII de op het Campo di Fiori ontstoken brandstapel een einde aan dit rusteloze leven maakte.
Giordano neemt een bijzondere plaats in ook in Italië's