Roeping. Jaargang 24(1947)– [tijdschrift] Roeping– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 673] [p. 673] Albert Voortman Ver is de tijd Ver is de tijd, toen wij nog samen gingen van school naar huis den altijd eendren weg. Jij was, ik weet nog goed, de beste bij het zingen, van mij werd steeds gezegd, kwam niemendal terecht. Wie weet, had hij gelijk, de meester, in die dagen. (Zijn ogen zagen scherp - of was 't alleen zijn bril? -) Zijn handen waren hard en feilloos raak de slagen en rood stond meer dan eens zijn rietstok op mijn bil. Misschien had hij gelijk. Wie zal het oordeel vellen? Wanneer 'k mezelf bekijk, veranderde ik niet veel; Alleen pas ik misschien wat beter op mijn tellen en geef 'k van tijd tot tijd ook anderen hun deel. En jij? Wat werd van jou, terwijl de jaren gingen? Van wat ons eenmaal bond bleef enkel deze gang en dat je 't laatste jaar een tien had voor het zingen. Of was dat onverhoopt toen al je zwanezang? Uit ‘Zwervende wind’. Vorige Volgende