Roeping. Jaargang 24(1947)– [tijdschrift] Roeping– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 92] [p. 92] Paul Haimon Nazang II Nanacht doet de droomen sneller ijlen en het ontwaken wordt een vrees gewaar: bevende sluiten de armen rond het haar, al de teederheden streven in het ijle. In jou, in mij richt er zich op verwijlen bij dagen, dor en nog niet van elkaar, o milde aarzeling, reeds het gebaar der wimpers kan geloken oogen peilen. Geen nacht is 't meer, noch ook is 't morgen, maar winden openen, en lichte deuren van stilten, waaraan geroep komt leuren: de koekoek, en in 't loof geborgen de nachtegalen, deunende of zij treuren wijl gij bij mij nog immer zijt verborgen. Vorige Volgende