Het eenig noodzakelijke
(uit Ernest Hello - Le Siècle. Vert. door C. Baerwaldt).
III.
De geschiedenis verhaalt ons van den arbeid van den mensch om zich zonder God te behelpen. Steeds heeft de mensch getracht voor zijn kwalen een verzachtend middel, in plaats van een geneesmiddel, te vinden.
Hij verkiest dit boven het geneesmiddel, omdat het verzachtend middel van zichzelf komt, terwijl het geneesmiddel komt van GOD. De dingen des geestes overlatende aan hen, welke hij gehallucineerden noemt, heeft de mensch zich in zijn domein teruggetrokken, denkende dat zijn vesting niet kon worden genomen. Doch zijn vesting heeft een naam: de toren van Babel. De verdeeldheid viel hem aan in zijn verschansing. Het menschdom, in zichzelf verdeeld, verging. Maar de waarheid overweldigde het, zonder het te verlichten, en de mensch stierf zonder te begrijpen. Hij stierf, en zijn zonen, die zijn werk voortzetten, lieten God over aan de vrouwen, en verwachtten hun redding van hun eigen handigheid.
Uit mildheid, verontschuldigden zij de zwakheid van hen die het leven gingen putten aan DE bron. Zij erkenden dat gehallucineerden wel enkele geestes- en gemoedshoedanigheden hadden, welke men in de verloren oogenblikken kan bestudeeren; doch, daar ze al heel vlug terugkeerden tot ernstige gedachten, gingen ze weer naar hun zaken. Nadat ze hen cenigen tijd geamuseerd hadden, kraakte de onderneming, zooals die van hun vaderen; zooals hun vaderen, stierven zij zonder te begrijpen, en hun zonen, aan hun gelijk, beproefden een nieuwe verbetering aan de een of andere machine, de nederlagen van het verleden toeschrijvende aan de ‘jeugd’ der industrie, aan het tasten bij de eerste proeven. En zij gingen verder in hun verachting voor de ‘gehallucineerden’, omdat ze ook verder gingen in de aanbidding der industrieelen.
En tóch, ziedaar nu de XIXe eeuw, de geleerdste der eeuwen, en de fierste over haar wetenschap, die zelf herhaalt dat zij niet meer weet wát er komen zal.
Die eeuw heeft alles wat ze kón en meer dan ze hoopte, gedaan op gebied van handigheid, industrie en handel. Zij weet niet wat te doen, en daar ze de gewoonte heeft aangenomen om zich met alles te tooien, maakt zij vertoon met haar wanhoop. Die wanhoop is erg laf en nutteloos.