Roeping. Jaargang 3(1924-1925)– [tijdschrift] Roeping– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende Gedicht van L.d.V. Toen 'k een klein kindje was en bad aan Moeder's knie, vóór 'k slapen ging een lief gebed tot U, toen wist ik beter hoe Uw liefde was, dan nu - hoe groot uw goedheid en hoe mild Uw mededoogen, uit sproken vroom en zoet, die moedertje mij dichtte met oogen, waar haar eigen schoon geloof in lichtte.... Maar nu ik groot ben en geen sproken meer versta, aan Moeder's knie niet meer kan bidden voor ik slapen ga.... nu lijkt me Uw liefde soms zoo ver Uw mildheid mij een logen - Heb meelij, Jezus, met deez' twijfelende mensch, die toen ze een kindje was, in U geloofde - Steenbergen. L.d.V. Vorige Volgende