Roeping. Jaargang 1
(1922-1923)– [tijdschrift] Roeping– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd
[pagina 359]
| |
't Spel van Sint Lambertus
| |
[pagina 360]
| |
de strijd der karakters niet, en maakte dit stuk, als drama bedoeld, wel is waar tot 'n hoogst boeiend en aesteties kijkspel, maar daardoor tevens tot 'n lagere soort van kunst-uiting, als de oorspronkelike bedoeling voor dit werk bestemd had: op sommige ogenblikken hoorden we niet meer naar de tekst: ze werd bijkomstigheid: dit moge pleiten voor de figuratie-in-zich, maar als ondergeschikt deel van 't drama werd haar betekenis op deze wijze te veel over de aandacht heersend: dit was mijns inziens 'n fout: ofschoon bij minder dramaties-sterke delen 'n gelukkige fout. Dit luisterrijk spelen met groep-effecten deed zelfs enigszins stotend aan in 't 2de bedrijf, waar 't allerintiemste gesprek tussen de man Pepijn, de vrouw Plectrudis en de verleidster Alpaïs in 't bijzijn van 'n grote menigte van aandachtig-luisterende hovelingen, zich voltrok in de allergrootste openhartigheid.Ga naar voetnoot*) De meeste stoornis in 't dramaties verloop gaf echter de dans, omdat ze op zich zelf 'n meesterstuk was van ritmering, van kostumage en gestileerd gebarenspel: toen werd ongetwijfeld in 't geheel niet meer gedacht aan Pepijn, Plectrudis en Alpaïs: 't eigelik spel stond stil en 'n nieuw begon en vroeg terecht de volle bewonderende aandacht.
◽ ◽ ◽
't Muzikaal gedeelte, werk van de heer Franssen, kon ons over 't algemeen goed bevallen: vooral 't begeesterend slotkoor, dat ten opzichte van 't wat ordinair aandoende jachtlied, zich sterk verhield en de feestelike stemming opjoeg tot haar hoogtepunt. De zanger Eatha was die dag niet bijster gelukkig, en faalde hier en daar wanhopig, zodat er moeilik te oordelen valt over dit lied in 't 3de toneel van 't 2de bedrijf: maar ware 't niet voorzichtiger geweest, en tegelijkertijd natuurliker om de begeleiding tot desnoods 'n enkele guitaar of luit te herleiden, in plaats van ze toe te vertrouwen aan 'n orkest op afstand?
◽ ◽ ◽
De bouwende, beeldende en muziekale verzorging van dit heiligdomsvaartspel zal me nog lang als edele herinnering bijblijven: er is iets biezonder smaakvols gepresteerd op die Zondag, wat van 't kunstzinnig Maastricht te verwachten viel.
M. MOLENAAR |
|