Roeping. Jaargang 1

[p. 246]

Voor een oblate.

Waar de Vader woont
aller monnikken
zijn we ook heengereisd:
geestelijk kasteel op de
heirbaan der tijden.

Van mei wies een dag
zuiver en wit als
gregoriaansch lied
over de wereld.

‘Zie’ - ik sprak tot U -
‘lijk voor Jezus-Christus
Die reist door Vlaanderen
zullen de poorten staan
wijd-opengezet
voor ons, vreemde gasten,
zoekers naar vrede.’

Vóór Sint Benediktus' outer
gingt ge lezen
(o! uw zilveren stem....)
de heilige formuul:
gothieke letters
zwart en rood op
geluw velijn.

Héél warm op
uw schoon gelaat
brandde
de wijde uitstraling van geluk
om de blije belofte.

Want toen zijt ge geworden
een bloem van begeeren
- gloeiende booglamp -
naar God.

Toen werd U omhangen
van sneeuwen vreugd
een geheime stilte:
pacifieke mantel
voor àl uw dagen.

[p. 247]

 

Toen hebt ge herkend

 

de kristallen beek

 

van genade

 

dwars dóór den akker

 

van uw jeugd.

 

 

 

En ge hebt neergeleid

 

(o! uw huivrende hand)

 

op veloeren tapijt

 

één heerlijke tuil

 

witte rozen:

 

simpele oblatie van

 

héél

 

uw meisjes-leven.

 

 

 

Nu gaat ge, getooid

 

met glansend sieraad

 

van benediktijner weelde:

 

gouden Pax-medaljon

 

op uw hart....

HUBERT BUYLE.

Herdersem (Vlaanderen).