hoogmoed zijn een goede gezondheid, een schoon uiterlijk, wijsheid of kennis, kracht of een andere bijzondere gave waarop iemand zich zou kunnen beroemen. Hieruit ontwikkelt zich het monster van de hoogmoed, uit het een nog sneller dan uit het ander. Vergelijk wat Augustinus zegt: ‘Hoogmoed is een worm van rijkdom.’ Dit moeten we als volgt begrijpen. Zoals een worm kan groeien in een appel als men niet goed oplet, zo groeit ook hoogmoed uit rijkdom indien men zichzelf niet in de hand heeft. Van de wortels der hoogmoed is rijkdom de voornaamste. Daarom zegt dezelfde leraar: ‘Doe hoogmoed weg, dan zal rijkdom u niet deren.’
Hoogmoed groeit uit alles waarmee een mens wereldse eer kan verwerven. Als deze wortels gezamenlijk voorkomen, zal hoogmoed sneller geboren worden, want dan heeft een mens meer om zich op te beroemen. Daarom zegt de meester der natuur: ‘Gewapende onrechtvaardigheid is het schadelijkste en wreedste dat men zich kan voorstellen.’ Dat moet men zo begrijpen. Een mens kan wel van nature slecht en onrechtvaardig zijn, maar pas als hij macht heeft - vanwege zijn vrienden, familie, rijkdom of wijsheid - pas dan is hij gevaarlijk. Want zonder macht kon hij niemand schade berokkenen, ook al was hij nog zo slecht.
Zulke onzaligen zijn er wel: van nature hoogmoedig, maar niet van adel, niet rijk, niet schoon van uiterlijk, niet wijs. Dit zijn werkelijk stomme dwazen! Als men weet dat zij tegelijk arm en verwaand zijn, wordt hun hoogmoed bespottelijk. Daarom zegt de wijze man: ‘Drie dingen heeft mijn ziel gehaat: de arme hoogmoedige, de leugenachtige rijke en de oude dwaas.’
Hieruit kunt u opmaken dat de genoemde wortels van hoogmoed zelf niet slecht zijn. Integendeel, want het zijn gaven en gunsten van God. En daarom zegt Isidoras: ‘De zonde ligt niet in rijkdom, maar in de wil van degene die rijkdom misbruikt.’ Want de arme die verwaand is, heeft geen bezit maar wel een