middel van een vrouw; daarom heeft Hij tot schande van de prins de ridder weer veroverd door middel van de reine maagd Maria.
Mijn goede vriend, zo heeft Hij de eerste en belangrijkste vijand - dat is de prins zelf - verslagen. Met grote scherpzinnigheid heeft Hij weerstand geboden aan alles waarmee de prins de ridder had overwonnen. En het eerste dat wij uit de wijsheid van de koning kunnen leren, is dit: wie tegen de prins en met de koning partij wil kiezen, zal zich tegen de snode ingevingen van de prins moeten verweren, zoals Petrus zegt: ‘Als u de duivel weerstand biedt, zal hij van u vluchten.’
Waarmee, zult u vragen, moeten wij tegen hem strijden als wij zo zwak zijn en hij zo listig en boosaardig is? Mijn goede vriend, dit is waar, want zoals dezelfde apostel zegt: ‘Onze tegenstander, de duivel, gaat rond als een briesende leeuw zoekend naar wie hij kan verslinden.’ Maar luister naar wat op deze woorden volgt: wees standvastig in het geloof. Ons christelijk geloof is het harnas waarmee wij de prins kunnen overwinnen. Maar het geloof moet op daden berusten, want zoals de apostel zegt: ‘Ons geloof zonder de werken van het geloof is dood.’ En daarom voegde Petrus hieraan toe: ‘Broeders, weest sober en waakt.’
Hij waakt die goede werken doet, en hij is sober die zich hoedt voor het kwaad. Zo wordt het harnas - dat is ons geloof - met stevige maliën versterkt als wij de geboden van God, die met de maliën bedoeld worden, volbrengen. Maar als wij tegen Gods gebod ingaan, scheuren wij de maliën en direct worden wij door de prins verwond en als wij niet oppassen, zullen wij sterven. De koning heeft ons in de doop het geloof gegeven met het water dat de rijken en armen gemeenschappelijk hebben zodat niemand zich tegenover de zoon van de koning zou kunnen verontschuldigen met: ‘Heer, ik zou gaarne met U gestreden hebben, als ik over wapens had beschikt.’ Deze wapens stelt onze moeder, de heilige kerk, altijd vrij ter beschikking