waarover ik nog steeds beschik kan ik erheen zwemmen, maar dat wordt me door watersportliefhebbers die meer gelaten dan sereen bijeenzitten op de voorplecht van hun motorkruiser sterk ontraden: de vaargeul loopt zeer kort onder de wallekant. Deze mededeling is nog niet gedaan of een aantal vrachtboten, plus grootschalige rondvaartboot, stomen met veel watergeweld voorbij. Daar valt niet tegen aan te zwemmen.
Kies ik voor de poëzie, de fantasie, de droom, de afstand, laat ik mezelf in de waan dat hier een groot schrijver rijkswaterkundig is geëerd of ben ik de Droogstoppel die vrijwel alles wantrouwt wat rijmt. En rijmen doet het in Reve's wereld: de bewonderende ingenieur, het geheim, het fraaie eerbetoon en vooral het eiland, dat nu ik het gezien heb, voor mij symbool is van wat zich trots en ongenaakbaar, maar ook verlokkend en lonkend tegelijk terugtrekt in zichzelf, hoer, moeder en aanbedene ineen. Het wachten is slechts op het eerste zwartgeld-jacht dat hier misleid door de sirenenzang die uit zijn boomtoppen opstijgt, schipbreuk leidt en dan hebben we onze eigen frisse Lorelei.
Wat ik wil weten is of Rijkswaterstaat dit weet. Nee, zegt men bij de voorlichting in Den Haag, of toch, blijkt later, ja, een paar jaar geleden heeft al eens een journalist geïnformeerd of het verhaal van Reve klopte.
Het klopte niet. Bij Rijkswaterstaat gaan die dingen heel anders. Men verwijst mij door naar de Rijksdienst IJsselmeerpolders waar meneer A. de Keyzer, medewerker recreatieve vestigingen, uitlegt hoe de naamgeving van het nieuwe land in zijn werk is gegaan. Er werd daartoe een commissie ingesteld. Had ik anders verwacht? Met oud-directeuren van Rijkswaterstaat, een geoloog en een archeoloog en nog zo wat zwaargewichten. De Keyzer was secretaris van deze commissie. Tot ieders verbazing meldde op een dag ook Godfried Bomans zich aan om zitting te nemen in de commissie en dat vonden alle leden wel een grappig idee. Van hem is vooral alles wat allitereert, zegt De Keyzer, en hij noemt als voorbeeld het Nijkerker Nauw. Chapeau! Ik zou er zelf op durven zweren dat ook Swifterbant uit de koker van Bomans is gekomen.
Maar nu Reve? O, zegt De Keyzer, dat is de naam van de oude IJsselmond, ter hoogte van de Roggebotsluizen. Daar is toen het eilandje, daar is ook het bos naar genoemd. Een oude naam dus, net als de Addert (zo heet een ander eiland ter plaatse).
In Dronten bevestigt de lokale voorlichter niet alleen een en ander, hij betoont zich ook bereid het bewijs te leveren in de vorm van een dik gestencild boekwerk, waarin de herkomst van alle plaatsnamen in het nieuwe land beknopt wordt beschreven. Hij maakt fotokopieën voor me van de bladzijden waar Reve-bos, Reve-weg en eiland Reve voorkomen en inderdaad, nu