| |
| |
| |
Frederik Willem Daem Zodiac (werktitel)
Frederik Willem Daem (1988) debuteert dit jaar met de bundel Zelfs de vogels vallen (De Bezige Bij). De Brusselaar publiceerde al in Das Magazin, De Internet Gids en Oogst Magazine, waarvan hij tevens oprichter is.
‘Zodiac (werktitel)’ is het verhaal van de eerste Luxemburger in de ruimte, zijn collega, velcro, Scrabble, Bob Dylan, een beeldschone vrouw, het uitzicht op de Mekongdelta en de warmte die je voelen kan voor je enige collega. En de ergernis. ‘Laten we elkaar proberen te begrijpen. juraj. Als je dit dagboek opnieuw in je handen hebt: Ik zweer bij God dat ik je kapotmaak. Je gaat eraan! Ik de tornado en jij mijn tentenkamp.’
Check.
As we know, there are known knowns; there are things we know we know. We also know there are known unknowns; that is to say we know there are some things we do not know. But there are also unknown unknowns - the ones we don't know we don't know.
Donald Rumsfeld, United States Secretary of Defense, 2003
Dit is veruit het beste gedeelte van de job. Niet omwille van het gebrek aan zwaartekracht of de absolute stilte, het hele ruimteavontuur waar ieder kind wel eens van droomt of de blabla van al die dingen die het merendeel van de mensheid nooit, in die vijftig goeie jaren die het leven telt, zal mogen ervaren - het hele ik-ga-moedig-waar-geen-mens-ooit-is-gegaan-verhaal.
Neen. Zelfs het uitzicht doet me nog weinig. De zwarte leegte in de rug, her en der onderbroken door een schittering. De Mekongdelta op een wolkeloze dag. Onder me geschilderd op die ronde vorm die wij de aarde noemen. De miljarden mieren die zich een weg ploeteren en ik die hier, onttrokken aan hun blik, boven hen zweef - een soort goddelijk voorrecht misschien? Al die redenen: hoogstens de eerste dertig keer écht
| |
| |
overweldigend, of hoe gewoonte onverschillig kan maken.
Dit hier is het beste gedeelte van de job omdat het dat ene uur is waarbij ik kan ontsnappen aan de engte, bovenal dat ene uur waarbij ik niet op Jurajs smoel moet kijken. Kans is groot dat hij opnieuw op het toilet zit achter een halfgesloten scherm, kreunend. Ik heb nog nooit iemand zoveel last zien hebben van zijn darmen. Hij beweert dat het een van de bijwerkingen is van de voorgekookte rommel in blik of vacuüm verpakking. Is volgens hem het grootste verbeterpunt aan het leven in de ruimte. Dat en de zuigkracht van de slang waarin we plassen, misschien zelfs gewoon de slang. Zo vindt hij elke dag wel iets wat beter kan. Wordt hij ook voor betaald. Laatste wat hij opschreef was dat klittenband goedkoop overkomt op de consument. Ruimtetoerisme moet de nodige luxe uitstralen. Het heeft nog te veel weg van een gestructureerd zigeunerkamp met uitzicht. Snapt niet hoe wij astronauten (zei het woord alsof het bitter smaakte) dit volhouden. Klanten gaan fortuinen betalen en willen op zijn minst het gevoel krijgen dat hun geld goed besteed is. Allemaal goed en wel, maar klittenband blijft hier de makkelijkste manier om een tandenborstel op de juiste plaats te houden. Daarvoor hoef je geen meester in de marketing zijn.
*
Moet op mijn hoede zijn nu. Juraj zit achter me en test opnieuw hoe vegetatie kan overleven zonder daarbij onnodig zuurstof te verspillen. Volgens hem bespaar ik mezelf de moeite hem te helpen. Kuch. Ik herhaal. Kuch. Het geheel interesseert me bij vlagen maar ik doe mijn best. Valt weinig anders te doen soms, hier.
Jurajs onderzoek heeft uitgewezen dat niemand voor de authentieke ruimte-ervaring komt. Niemand wil zeggen dat hij een week lang macaroni door een rietje heeft gedronken. Klanten hebben behoefte aan comfort. Ze willen planten waarvan ze de steel kunnen breken, en volgens hem kan zijn nieuwe tech- | |
| |
niek een doorbraak betekenen voor het ruimtereizen. Game Changers noemt hij het bedrijf, en dan volgde nog een preek over geschiedenisboeken waaraan ik weinig belang hechtte. Ik heb het niet op mensen die denken dat alles een product kan zijn. Water, steen, rubber, wind, binnenkort dus ook ruimte. Op aarde koop je uiteindelijk ook vierkante meters waar je een deur met slot op zet. Als dit lukt, wonen mensen dus binnenkort op manen en planeten die ze liefst van al naar zichzelf vernoemen. Iedereen astronaut, niemand nog astronaut. En ik: een klusjesman. Zie hem daar prutsen met het moleculaire niveau van serums die moeten bewijzen dat een hoger gehalte aan hemoglobine ten opzichte van cytochroom C het leven in samengestelde biotopen zou vergemakkelijken. Je zou nog gaan geloven dat...
Neen. Ik ga niemand vervelen met zijn inspanningen. Als iemand dit ooit leest wil ik dat ze begrijpen hoe de stap van de aarde naar het heelal in zijn werk is gegaan. Daarom moeten ze niet inslapen. Daarvoor schrijf ik dit niet, en ook niet om beroemd te worden zoals Juraj beweert. Beroemd ben ik al, er is tot nog toe maar één Luxemburgse astronaut in de geschiedenis, twee keer raden wie dat is.
Geheel terzijde heb ik vandaag in drukletters de kaft getiteld: ZODIAC. Leek mij leuk om iets met sterrenbeelden en dierenriem te doen of zo. Al blijft de invulling daarvan nog vaag. Ik denk
*
Zag net de letter Q rondzweven. Heb nog steeds niets tegen Juraj gezegd sinds het laatste spelletje toen ik, laat ik het zo stellen, lichtjes doorsloeg. Hij zegt dat hij niet meer met me wil spelen tot ik toegeef dat ik een slechte verliezer ben. Ik stak twee handen met elk één vinger op en zei dat hij op beide kon zuigen voor hij dat ooit uit mijn mond zou horen komen. Toen deed ie zo'n walgelijk glibberig ding met zijn tong waar ik liever nooit meer aan herinnerd word.
| |
| |
Vandaag vlogen we over Scandinavië. Sneeuw was er nog niet de laatste keer dat we er langskwamen. Heldere hemel zorgde voor schitterend uitzicht. Net een wafel bestrooid met bloemsuiker. Van seizoenen is er in de ruimte geen sprake. Heb wel al eens een missie gehad waar iemand kerstlichtjes mee had voor de sfeer maar dat voortdurend flikkeren wordt ook vervelend.
| |
De ruimte
...misschien ooit ja. Nu, hier, hoe wij het doen, is het net het tegenovergestelde. De paradox van de ruimtevaarder: ruimte verkennen die nauwelijks onder de noemer ruimte kan vallen. Wij: een uitzonderingstoestand. Het station, onze serre. Een contractuele clausule die leven wil garanderen in iets waar geen leven kan bestaan, in iets wat alle leven bij de minste misstap vernietigt. Juraj gaat het kosmos noemen in de brochure, zei hij. ‘Ga vastberaden waar geen mens ooit is gegaan en verken het universum als een echte kosmonaut.’ Klinkt toch goed, vroeg hij. Ik antwoordde dat die mensen nog gingen schrikken wanneer ze hier aankwamen. Leugens verkopen makkelijker dan de waarheid, vermoed ik, en hij lachte en zei dat de slogan ‘leef als een vis in een bokaal met uitzicht’ niet zou aanslaan. Hahahaha deed ik luidop en ik kletste op mijn bil, waarop hij over orka's begon en hoe die 200 kilometer per dag afleggen. Dat de vereiste voor het gemiddelde bassin twee keer de lengte van het beest is of zo. Dan zijn wij misschien toch beter af, lachte hij (altijd die praatjes). Walvisfamilies hebben klaarblijkelijk ook eigen dialecten waardoor ze onderling niet kunnen communiceren. Wilde wedden dat ik dat niet wist. Ik zei dat zoiets algemene kennis is en hij vervolgde dat orka's om die reden vaak met elkaar vechten in gevangenschap. Ik stelde me de vraag wie er dan slechter af was: zij die elkaar niet kunnen verstaan of wij die dat wel kunnen maar niet luisteren?
Ik ben een orka. Een woest roofdier. Vrees mijn toorn.
| |
| |
Ω
Heb altijd al weinig talent gehad als het op tekenen aankwam. Dat besefte ik vandaag opnieuw. Wilde een portret van Juraj maken, al kun je hem waarschijnlijk ook gewoon op het internet vinden. Juraj Ďuriš. Maar die pose voor de lens geeft iemand toch nooit weer zoals hij is. Gezicht naar links draaien, lippen tuiten, o wee moest iemand dat litteken boven de wenkbrauw zien.
Zelf maak ik me schuldig aan het klein maken van de ogen, maak mezelf dan wijs dat ik zwoel kijk maar moet toegeven dat het lijkt alsof ik een stuiptrekking heb. Zie er anders wel goed uit als ik onbewust op de foto kom te staan.
Als je met z'n tweeën bent, slaat de een de ander altijd gade en Juraj ziet er ondanks alles niet slecht uit. Hij is geen model maar vanuit dit perspectief wil ik bijna toegeven dat hij aantrekkelijk kan zijn...
Al vraag ik me af in hoeverre een man dat mag toegeven.
Terwijl het een onmiskenbaar feit is.
Een parabool van mooi en lelijk waarbij we al van geluk mogen spreken als we ergens tussen die uitersten schipperen. Misschien heeft het iets te maken met dat woord: aantrekking. Vrouwen doen het wel. Ze praten over niets anders dan haar benen, het kapsel van die griet of hoe zij gisteravond gekleed was. Mannen hebben meer schroom als het daarop aankomt, alsof ze weten dat ze erop afgerekend kunnen worden. Maar hier is niemand dus ik denk wat ik wil.
Vanuit deze hoek ziet Juraj er een beetje uit als Morrissey, of Jack Nicholson, maar het lukt me niet een teruggetrokken haarlijn te tekenen. Hij zei zonet dat hij zijn lichaam beschouwt als een tempel. Ik vertelde hem dat ik een atheïst ben. Hoe moet je anders reageren als iemand dergelijk gezeik verkoopt?
*
| |
| |
Had vandaag besloten dat ik een dagboek wilde bijhouden. Weet niet waarom plots nu, na zoveel missies. Ben al lang naar deze lege koninklijk geruite bladeren aan het staren. Wilde niet zomaar beginnen met de eerste de beste zin. Maar misschien is het dat toch geworden. Niets meer. Het ligt binnen mijn macht de geschiedenis te herschrijven. Hier althans. Later een betere opening verzinnen! Voorlopig pen ik neer wat me te binnen schiet. Zoals Ann, mijn ex-vrouw, die vandaag belde. Heeft haar tweede kind eruit geduwd. Jongen die Gabriel heet. Ann zou die naam vroeger nooit gemoeten hebben maar haar nieuwe man is een Argentijn en, wel, de tijden veranderen. Bob Dylan zong dat ooit. Weet ik alleen omdat die non-stop zou opstaan als het van de nieuwe afhangt. Overgewaardeerd, als je het mij vraagt. Al moet ik wel toegeven dat deze zin me altijd bijblijft: you can't have your cake and eat it too. Was het can of can't?
Ben blij dat Ann en ik altijd goeie vrienden zijn gebleven. Ze is een betere vriend dan ze een vrouw of minnaar was. Vroeger schreeuwden we tot we hees waren. Zinloos om te herhalen waarover. Ze was blij me nog eens te horen. Heb haar het beste gewenst met Gabriel en verteld over de nieuwe. Over de plannen van het bedrijf waarvoor hij werkt. Met enige spijt deelde ik mee dat de astronaut als stiel voorbij is. Wie weet woont Gabriel ooit hier in plaats van op aarde. Die gedachte boezemde haar angst in. Dus deed ik nog wat mijn beklag over de nieuwkomer. Is hier nog maar een week maar denkt het al beter te weten dan ik. Omhooggevallen Oostblokkertje. Kan nog niet lachen om een goeie grap. Zegt zelf nooit iets grappigs. Heb het meestal niet zo op mensen zonder gevoel voor humor. Kan me inbeelden dat zijn gevoel gewoon anders is. Lacht vast over beren wurgen met de blote handen of hoe moeder Rusland van al haar kinderen houdt. Vertelde me dat hij helemaal niet uit Rusland komt toen ik die grap maakte. Zijn ouders komen dan wel uit Zuid-Ossetië maar hij groeide op in Slovakije. Kan waarschijnlijk ook geen Luxemburger van een Duitser onder- | |
| |
scheiden. Allemaal dezelfde domme Pruisen voor hem. Hoort mij daar toch niet moeilijk over doen. Hoop dat het beter wordt met de tijd. We gaan hier toch even zitten met elkaar. Niet bepaald de plek om iemand subtiel te ontwijken.
*
| |
Dingen die Juraj doet die me zin geven om een breinaald onder mijn vingernagel te duwen:
• | Spreekt Engels met Brits accent. |
• | Zegt ‘Check’ bij alles wat hij doet alsof hij een of ander mentaal lijstje afvinkt. |
• | Lacht luidop terwijl hij leest. Antwoordt ‘Niets speciaals’ wanneer ik hem vraag waarom, alsof ik het niet zou begrijpen. |
• | Verbrandt zijn mond bij elke slok koffie die hij drinkt. |
• | Beweert dat een paar van mijn sokken van hem is. Niet dat ik ze terug wil maar het gaat om het principe. |
• | Once upon a time you dressed so fine. Threw the bums a dime in your prime, didn't you? People call say ‘beware doll, you're bound to fall’. You thought they were all kidding you. You used to laugh about, everybody that was hanging out. Now you don't talk so loud. Now you don't seem so proud, about having to be scrounging your next meal. How does it feel? How does it feel to be without a home? Like a complete unknown, like a rolling stone. Goeie tekst, juist? Hij verliest wat van zijn waarde als je hem viermaal daags meegeneuried krijgt. |
• | Verder weet hij ook niets over sport. |
• | Op volleybal na, wat, laten we eerlijk zijn, toch meer een hobby is. Ik hou ervan dat te benadrukken. |
• | Zweet meer dan technisch mogelijk is in een ruimte waar de vochtigheidsgraad en temperatuur zo gecontroleerd zijn. |
• | Begrijpt het concept depressie niet. Vindt zelfmoord maar iets voor lafaards. |
| |
| |
• | In het algemeen moeilijk om mee te redeneren. Houdt vast aan wat hij weet, verandert niet snel van gedachte. |
• | Sluit scherm van toilet nooit volledig. |
• | Citeert dode filosofen zodra hij de kans krijgt. |
• | Hing in de keuken een foto op van zijn miserabele chowchow. |
• | Lijkt nooit aan iets te twijfelen. Bijna artificieel hoe vanzelfsprekend alles voor hem is. |
• | Lacht met het feit dat ik twee verschillende patronen mix, zoals gestreepte short onder Hawaïaans hemd. Is niet alsof we hier op een catwalk lopen. |
• | Hoest rochels op ook al is daar geen reden voor. |
• | Wat ik het meest haat heeft een oogverblindende vrouw en aarzelt niet om dat te benadrukken. |
• | Kan er niet tegen als ik nazdrovje zeg elke keer dat we iets drinken. Is niet eens Slovaaks, zegt hij. Who cares? |
• | Knipt zijn teennagels in het zicht. Heb constante angst voor verdwaalde exemplaren. Vergeet niet dat die dingen hier zweven. |
• | Zou nog kunnen doorgaan maar morgen vroeg dag. |
*
Kon mijn dagboek deze namiddag nergens vinden.
Heb zo goed als overal gekeken. Halverwege begon ik te twijfelen aan mezelf. Schrijf zowat overal maar steek mijn schrift meestal om ‘duidelijke’ redenen waar niemand anders het moet zoeken. Toen het daar niet lag, stond ik daar eerst niet bij stil. Zocht verder en probeerde me vooral niet mee te laten slepen op die golf van wantrouwen waarvan ik weet dat hij mij eigen is. Was uiteindelijk ook niet nodig. Het boek lag gewoon waar ik het normaal altijd leg. Ken je dat gevoel waarbij je jezelf onderwerpt aan inzinkingen of dementie, diagnoses zonder voorkennis die op de een of andere manier steek lijken te houden? Kan niet anders dan dat hij het dagboek vandaag
| |
| |
gehad heeft. Wilde graag dat ik mezelf wat wijsmaakte. Maar er ontbreekt een heel hoofdstuk dat ik schreef over de geschiedenis van de ruimtevaart. Over de Space Race, Belka en Strelka in de nasleep van de oververhitting van Laika, over Gagarin, het vernuft van het driedelige ruimteschip dat de fundering van de Apollo was, de Sojoez als precedent voor datgene waar we nu in zitten. Dingen waarvan ik best trots was dat ik ze op papier gekregen had. Heeft ie nog de moeite gedaan om zo netjes als maar kan te scheuren, alsof hij wel en niet wil dat ik weet wat hij weet. Wat weet? Hij kan nooit de tijd gehad hebben om alles te lezen. De delen waarin ik al grappend beschrijf hoe ik hem zal vermoorden staan zeker twintig pagina's eerder.
Wat als hij daar begonnen is? Begon waar ik hem wilde afmaken. Die vent verstaat mijn gevoel voor humor niet.
Moet doen alsof er niets aan de hand is. De gedachte alleen al maakt verdacht. Heb het gevoel dat ik vannacht weinig ga slapen. Misschien beraamt hij nu eenzelfde plan. Rustig! Rustig! Rustig! Verstandig blijven ook al doe ik nu het omgekeerde.
Waarom zou ik je willen vermoorden, Juraj? Hoe zou ik daar ooit mee wegkomen? Daarvan zie je de ironie toch in. Laten we elkaar proberen te begrijpen. juraj. Als je dit dagboek opnieuw in je handen hebt: ik zweer bij God dat ik je kapotmaak. Je gaat eraan! Ik de tornado en jij mijn tentenkamp.
*
Word gek! Net Scrabble gespeeld. Juraj verzint een woord dat dan ook nog eens daadwerkelijk blijkt te bestaan. muzjiks. Te moeilijk om uit te leggen maar het bestaat, zegt hij. Bellen naar Houston om te zien of het klopt. Blijkt een of andere Russische boer te zijn, opgenomen in het woordenboek en alles. Scheet bijna in mijn broek. Verdient er driedubbele woordwaarde mee en doet alsof hij het woord om de haverklap gebruikt. Ik blijf protesteren omdat ik weet dat hij uit zijn nek lult. Dan doet hij wat
| |
| |
hij altijd doet: citeert een of andere filosoof die Democritus heet, geeft mij en passant zijn geboortedag en jaar van overlijden mee. Zegt dat er enkel atomen en lege ruimte bestaan, al de rest zijn meningen. Vijfde keer dat hij me zo de mond snoert en ik flip. Sla het Scrabblebord de lucht in. Magnetische lettertjes komen los en gaan zweven. Begin tegen hem te schreeuwen. Noem hem een idioot maar hij blijft supercool. Als een standbeeld. Toon wat fucking emotie motherfucker. Heb veel fuck gebruikt terwijl hij daar maar wat schaapachtig naar mij stond te glimlachen.
*
| |
15 manieren waarop Juraj zijn schepper ontmoet:
· | Hoofd inslaan met brandblusapparaat. |
· | Veiligheidskabel doorsnijden bij missie. |
· | Pak doorprikken (alarm zal afgaan, maar zou grappig zijn om zijn hoofd te zien opzwellen zoals in Total Recall, ook al kan dat niet). |
· | Iets met klittenband, o ja, iets met klittenband. |
· | Neersteken zou ongelooflijk boeltje zijn door gewichtsloosheid maar wel spectaculair. |
· | Deur blokkeren wanneer hij naar buiten moet, wachten tot zuurstof op is. In paniek zijn over de intercom. |
· | Ram alle Scrabbleletters in Jurajs smoel, naai mond en anus dicht, de blokjes die Muzjiks vormen geef ik aan zijn chowchow (naald en draad nodig). |
· | In elk van bovenstaande gevallen breed glimlachen terwijl ik het lijk zie wegzweven zoals je vroeger als kind achter die ballon bleef rennen tot hij uit het zicht was. Een stip in een verder perfecte hemel. |
| |
| |
Kom hier later nog op terug.
*
Ontwaakte net uit droom. Niets bijzonders, ware het niet dat ik niet meer gedroomd heb sinds Juraj er is. En ik droom veel en levendig. Zoals hoe ik eigenhandig Jeunesse Esch oprolde, waardoor zij degradeerden en wij, Fola, de enige club in Eschsur-Alzette als je het mij vraagt, na vijftig jaar nog eens de Nationaldivisioun wonnen. In de 91e minuut duwde ik de voorzet binnen net zoals de hand van God Argentinië de overwinning schonk in de kwartfinales in '86 tegen Engeland. In de Luxemburger Wort en Lëtzebuerger Journal werd ik op de voorpagina vergeleken met Louis Pilot en in de interviews die volgden de hemel in geprezen en ik antwoordde dat ik gewoon deed wat er van mij verwacht werd: Jeunesse de mond snoeren. Voor de Stade Émile Mayrisch komt een standbeeld van me te staan. Nadien word ik altijd zacht wakker, net alsof ik in een warm bad glijd. Niet alle dromen zijn even mooi maar zelfs de slechte dromen zijn de moeite waard. Wat ook geldt voor de liefde, denk ik. Deze nacht woonde ik op een heuvel. Ik was in het bezit gekomen van wat geld en was het beu dat mensen daar een stuk van wilden, of dat ik er vanuit ging dat ze dat wilden dus kocht ik land. Afgelegen maar niet onbewoonbaar - bereikbaar maar verlaten. Bouwde daar een huis. Nee, plots stond er een huis. Zelf gebouwd, dacht ik, al weet ik dat ik daarvoor niet handig genoeg ben. Hoe dan ook, ik woonde dus alleen op mijn heuvel. Was gelukkig, beste tijd van mijn leven. Tot het geld begon op te raken. Was gewend geraakt aan decadente manier van leven met whisky's op leeftijd en de occasionele vrouw die door Derek, de man die mijn boodschappen doet, geblinddoekt werd afgezet en opgehaald. Derek, die zijn mond hield, was niet goedkoop. Ik kwam op het idee een deel van het land te verkopen als bouwgrond. Verste stuk eerst en een koppel bouwde er een
| |
| |
huis. Lieten me met rust net zoals in het contract stond, maar het leven leek duurder te worden en ik verkocht nog twee percelen. Plots was de landweg verhard en droeg die mijn naam. Werd op een kaart gezet. Nog meer mensen kwamen en voor ik het wist hadden we een straat. Met brievenbussen en alles. Een van de inwoners was het beu om twintig minuten te moeten rijden als hij een pint wilde en opende een bar. Nog iemand anders een bakkerij. Ik durfde het huis niet meer uit. Eenzaamheid was draaglijker toen ik daadwerkelijk alleen was. Op Halloween daagden kinderen elkaar uit om mijn deur aan te raken. Verhalen deden de ronde, werden uitvergroot. Dan vierden mensen plots feest in de straat omdat de eerste burgemeester was verkozen. Ik keek uit het raam naar het podium waar hij zijn toespraak hield. Zie Juraj speechen. Besef nu pas dat dit de reden was waarom ik bezweet wakker schrok.
*
Vrees dat dit begint te lijken op het dagboek van een oude zagende knar in plaats van de beschrijving van een scharnierpunt in de geschiedenis. Had vandaag de zoveelste woordenwisseling met Juraj. Ga alles woord voor woord proberen op te schrijven, niet zoals ik het me denk te herinneren maar zoals het plaatsvond in de hoop dat dit later allemaal onschuldiger blijkt te zijn.
J: |
Mag ik de verstuiver eens?
(Ik hoorde hem echt niet, eerlijk) |
J: |
andy! |
A: |
Ja! (ik schreeuw omdat ik niet graag schrik) Wat? |
J: |
Kunt ge mij de verstuiver geven? |
A: |
Welk? |
J: |
Meent ge dat? (Er is maar één verstuiver waarin hij een of ander goedje heeft gegoten. Nog altijd die dwaze planten) |
A: |
Neen. |
| |
| |
|
(staan daar even naar elkaar te kijken) |
A: |
Ja, bedoel ik. Welke?
(Wanneer hij over me zweeft om de verstuiver zelf te pakken, geef ik hem die aan) |
A: |
Deze?
(Hij knikt) |
J: |
Vd'aka (betekent bedankt beweert hij maar zou evengoed reetkever kunnen zijn). |
A: |
Doseren, Juraj...
(Hij kijkt op, duwt het loof zachtjes uit elkaar. De handeling klinkt als het openen van een blikje frisdrank. Man, ik mis cola) |
J: |
Hoe lang waart ge exact getrouwd? (vraagt hij als hij klaar is) |
A: |
Vier jaar. Iets minder.
(Verslikt zich in zijn eigen speeksel. Bekijkt mij van kop tot teen en zegt) |
J: |
Indrukwekkend. |
A: |
Bedankt. |
J: |
Had het vooral over uw vrouw. |
Einde gesprek. Ben ik diegene die goed niet meer van fout kan onderscheiden, vraag ik me dan af? Wilde dat het makkelijker was onder woorden te brengen wat die gast in mij losmaakt. Zou zo graag de oorsprong van de afkeer kunnen aanwijzen, de groei verduidelijken. Als een mug die je hoort maar niet vindt. Frustratie die je dwingt zijn spel mee te spelen en te doen alsof je slaapt. Blinde woede als mist die maar niet wil optrekken, zijn oplossing maar niet onthult.
Kan het dat je sommige mensen gewoon niet moet? Daar verder geen redenen voor hoeft te hebben? Iemand zei me ooit dat een mens zich stoort aan de eigenschappen die hij in zichzelf herkent. Zoals ik me vroeger stoorde aan vaders gebrek aan geduld maar nu zelf ook niet kan wachten tot het programma geladen is. Vind dat maar nonsens. Juraj en ik zijn botten en
| |
| |
bloed, soms een wit pak en een helm, tot zover de raakvlakken. En Scrabble. Maar daar stopt het echt. Het einde. Al wat overblijft: haat. En kom me niet vertellen dat haat dicht bij liefde ligt. Liefde heeft er in eerste instantie nooit voor gezorgd dat ik iemand de nek wil omdraaien.
Is dat hoe dit soort plannen geboren worden?
♌
Vanaf het moment dat ik hoorde dat hij naar buiten moest, was er geen weg meer terug. Op zich kon er niets misgaan. Een routineoperatie. Ik ging als eerste. Controleerde of alles vastzat. Veiligheidsdoppen twee keer getest. Ik kon meeluisteren naar wat zijn opdrachtgevers hem vertelden door onze speakers. Ze wilden het zonnepaneel vervangen door een zonnevlag. Zou de efficiëntie met driehonderd procent verhogen en de toekomst veranderen, kraakten Game Changers in mijn helm. Ik moest het paneel ontmantelen. Juraj zou dan de vlag aansluiten op het schakelbord. Was hierop voorbereid. Zei hem dat ik nadien alvast naar binnen zou gaan en zette mijn radio af - alles volgens plan. Zodra ik binnen was, zou ik de deuren van binnen blokkeren. Simpel. Maar het zonnepaneel zat vaster dan ik had verwacht en bij het wrikken duwde ik af. Was te enthousiast misschien. Werd weggeslingerd. Tolde plots rond als een kunstschaatser in een van die pirouettes. Zag de aarde, zag sterren, zag aarde, zag sterren, zag koord in de verte. Zag dat ik niet meer aan het uiteinde verbonden was. Begon te panikeren. Ademde hevig. Probeerde te kalmeren. Onmogelijk. Zette radio aan en stemmen werden onderbroken door ruis. Af en aan klonken woorden als mayday of mijn naam Andy, misschien Anday, neen Mandy, ik weet het niet tot het plots heel stil werd. Ik mezelf hevig hoorde ademhalen en besefte dat de kans groot werd dat dit mijn laatste momenten waren, dat ik rustiger zou moeten omspringen met mijn zuurstof als ik Ann
| |
| |
ooit nog terug wilde zien. Als ik kleine Gabriel ooit wilde vasthouden. Ik heb nog nooit een oldtimer opgeknapt, bedacht ik, of de dingen bijgelegd met mijn broer. Ik zal nooit een degelijke begrafenis hebben. Heb zelfs nog nooit een oester kunnen doorslikken. Een voet in Afrika gezet. Zoveel dingen die ik nog moest doen. Hoe kon dit? Kon alleen maar Juraj zijn geweest, besefte ik en ik vervloekte zijn naam, zijn hoer van een model, zijn chowchow, de kinderen die hij niet wilde. Vond dat ik mijn laatste momenten niet met haat mocht vullen. Zou hem die voldoening niet gunnen. Alles werd rustig en ik herinnerde me de aanloop naar mijn eerste missie, Amerikaans team, voorbereiding in Florida. Was ik nog nooit geweest. Hield van het strand, zo anders dan de heuvels rond het Gaalgebierg. Ann kwam vaak op bezoek. We zaten op de pier. Raadden wat de containerschepen de Golf van Mexico invoerden: bananen zei ze, Japanse auto's zei ik, olie zei ze, immigranten zei ik, ze lachte. Anns lach vervaagde en ik schreeuwde haar naam. Dacht aan de eerste keer dat ik ging jagen. Miste met opzet en had er geen spijt van. Herinnerde me het geluid van het geweer dat afging, mijn blik door de richtkijker, het everzwijn schrikte op en dartelde in slow motion weg. Mijn pa vloekte. Voelde zo krachtig om leven te sparen in plaats van te nemen. Zal nooit meer leven kunnen sparen. Fuckin' Juraj, denk ik. Herinnerde me alles zo levendig. Tollend in het ijle werd het station een stip. Die stip naderde, groter en groter. Zon weerkaatste in het vizier van een helm. Kwam hij me halen? Kon niemand anders zijn. Pakte me bij mijn been en ik stopte met draaien. Had tranen in mijn ogen, nog nooit zo gelukkig geweest hem iemand te zien. Maakte ons aan elkaar vast en ik liplas dat alles in orde kwam. Voelde het. We schoten richting het station in kleine vlagen en ik keek naar de aarde. Zweefden over de Atlantische Oceaan. Zag Afrika en zwoer minder cynisch te
zijn. Dacht na over het leven en over hoe mensen denken dat er maar plaats is voor één ster. Destijds was dat de zon, vandaag zijn we dat zelf. Ster die ieder- | |
| |
een gezien moet hebben, die ten volste geschenen moet hebben. Willen allemaal supernova's zijn met de ijdele hoop nooit vergeten te worden. Alsof dat het hoogste goed is. Ze vergeten dat sterren nooit alleen zijn. Miljoenen sterren in een Melkweg. Sterren dicht bij elkaar, die elkaar kunnen zien, elkaars bestaan erkennen, sterren ver van elkaar die vervagen nog voor ze ooit van elkaar gehoord zouden kunnen hebben. Nieuwe sterren ontstaan. Moet de beste ster zijn die ik kan zijn. Al is het maar voor de Melkweg. Zoals Juraj. Ga dit dagboek sluiten. Hem opnieuw bedanken. Tenzij...
Tenzij dit allemaal deel was van het plan. Die veiligheidsriemen maken zichzelf niet los. Wilde mij vermoorden, of beter nog: mij redden. Maakt mij met opzet los en wordt als held ontvangen bij terugkomst. Krijgt medailles die in de familie van vader op zoon worden doorgegeven. Kijk naar hem. Hij heeft diezelfde glimlach die hij altijd heeft. Denkt dat ik het niet zie, niets doorheb. Als dat zijn plan was dan is het zo. Ik ga er me niet druk over maken. Ik ben hier. Niet daar.
|
|