Bas Blokker (1963) studeerde middeleeuwse geschiedenis in Amsterdam. Hij schreef enkele geschiedenisboeken, de laatste samen met zijn broer en zijn vader. Hij schrijft over film voor nrc Handelsblad en maakt deel uit van de hoofdredactie van diezelfde krant. |
Albert Bobeldijk (1968) werkt, na een geslaagde en tamelijk lucratieve ontsnapping aan het zakenleven, in een parkeergarage in zijn woonplaats Hoorn. Hij publiceerde eerder in De Revisor onder het pseudoniem Kapitein Lafbek. |
Tsead Bruinja (1974) is dichter van onder meer Dat het zo hoorde, Batterij en Bang voor de bal. Daarnaast stelde hij samen met Daniël Dee enkele bloemlezingen samen, zoals Klotengedichten en Kutgedichten. Sinds eind 2006 is hij redacteur van het poëzietijdschrift Awater. |
Evelien Chayes (1968) studeerde Franse taal- en letterkunde en promoveerde in Amsterdam op een proefschrift over zestiende-eeuwse lapidaria, dat eerdaags verschijnt in Frankrijk, waar zij momenteel doceert. Vanaf dit najaar werkt zij aan de universiteit van Cyprus als Lector Literatuur en Ideeëngeschiedenis van Middeleeuwen en Renaissance. |
Saskia de Coster (1976) is de schrijver van Vrije Val, Jeuk, Eeuwige Roem en Held. Ze zit in de kernredactie van het literaire tijdschrift Dietsche Warande & Belfort. Voor De Standaard schrijft ze de column Big Deal en ook voor nrc-next schrijft ze een maandelijkse column. |
Arjen Duinker (1956) studeerde psychologie en filosofie. Hij debuteerde als romanschrijver maar maakte vooral naam als dichter, vanaf zijn debuut in 1988 (Rode oever) tot en met De zon en de wereld (2003) en het viertalige Kwartet voor twee stemmen (2007). Het werk van Duinker is rijkelijk genomineerd (o.a. vsb Poëzieprijs voor De zon en de wereld en de Jan Campert-prijs voor De geschiedenis van een opsomming). |
Jacob Groot (1947) is de dichter van onder meer Natuurlijke Liefde, Zij Is Er en Heerlijkheid Van Luchtmetaal. En de schrijver van Nieuwe Muziek, een Herman Gorterboek en Gelukkige Lippen. Recent verscheen Billy Doper. Jacob Groot was van 1994 tot 1999 redacteur van De Revisor. |
Kees 't Hart (1944) is schrijver en dichter. Zijn roman De revue (1998) werd genomineerd voor de Libris Literatuur Prijs en werd bekroond met de Multatuliprijs. De roman Ter navolging (2004) stond op de shortlist van de ako Literatuurprijs. Dit najaar verschijnt De keizer en de astroloog. Kees 't Hart schrijft recensies voor de Leeuwarder Courant en De Groene Amsterdammer. |
Auke Hulst (1975) schreef onder meer voor Vrij Nederland, nrc Handelsblad en De Standaard. Hij debuteerde in 2006 met de roman Jij en ik en alles daartussenin en maakte met tekenaar Raoul Deleo het literaire reisboek De eenzame snelweg (2007, genomineerd voor de stripschap-penning). Begin 2009 verschijnt bij Meulenhoff zijn nieuwe roman Wolfskleren. |
Lucas Hüsgen (1960) is dichter en romancier. Zijn poëziedebuut Nevels orgel werd genomineerd voor de C. Buddingh'-prijs. Daarna schreef hij onder meer Stoa en Deze rouwmoedige schoonheid. Vorig jaar verscheen zijn roman Plooierijen van geschik. |
Toef Jaeger (1971) schrijft recensies voor nrc Handelsblad en Onze Wereld en zit in de redactie van De Revisor. |
Sjoerd de Jong (1960) studeerde filosofie. Hij trad in 1990 in dienst van nrc Handelsblad, waar hij onder meer chef Boeken was van 1999 tot 2005. Sindsdien is hij plaatsvervangend hoofdredacteur van nrc Handelsblad. |
Onno Kosters (1962) debuteerde in 2004 met de dichtbundel Callahan en andere gedaanten. Vorig jaar gevolgd door de bundel De grote verdwijntruc. Hij werkt op het moment i.s.m. de Canadese fotograaf Dick Groot aan Anatomie van het slik. Voor een proeve daarvan: www.doelverdediger.nl. |
Allard Schröder (1946) is schrijver en vertaler. Hij schreef onder andere de romans Raaf, Grover en De hydrograaf (ako Literatuurprijs) en zijn recentste werk is De econome. Hij is recensent voor Vrij Nederland en redacteur van De Revisor. |
Han van der Vegt (1961) is dichter, essayist en vertaler. Zijn laatst verschenen bundel is Exorbitans, over de omzwervingen van het gelijknamige ruimteschip. Hij schrijft met enige vasthoudendheid epische poëzie. |