hij streek met zijn gebruinde zanderige voeten even zacht langs mijn been en kreunde zoals je van genot kreunt omdat je lekker ijs aan het eten bent. Een halfuur later waren we in zijn beachhouse aan het vrijen in een lichte slaapkamer met uitzicht op zee tussen de wapperende vitrage door. Dat klinkt alsof het uit een glossy jongevrouwenblad komt, met azuurblauwe foto's en opwaaiende zomerjurken, en zo is het ook, maar dan wel eentje waarvan je de bladzijde omslaat en zonder aankondiging in een heel ander blad bent beland, want wat deze Michael met zijn besneden wonderpenis kon grensde aan het goddelijke. Ik moet toegeven dat als de wind, zoals zo'n glossy wil, door de vitrage speelt, je de ongeloofwaardig blauwe lucht ziet en het rond de vijfentwintig graden is terwijl iemand een zowel heel zacht als stevig ding met je doet waar je gruwelijk opgewonden van raakt, je neusgaten elke geur van lijf of plant of boom buiten oppikken, dat je dan met die zachte wappervitrage en deze man tussen je dijen echt niet meer weet waar je blijven moet.
Dit is dus wat ze bedoelen met het ‘oceanische gevoel’. Los van tijd en ruimte, geest vrij van lichaam, lichaam onbegrensd. Zoals je vroeger - hoger, hoger - boven het hoogste punt van de schommelbeweging kwam, het punt waarop je over de kop zou slaan, even loshing met dat oceanische in je buik, je even de mannen op de maan was, even de allerbelangrijkste in het universum.
Nog een dag en een nacht ben ik bij Michael gebleven. We hebben weer eindeloos gevreeën en 's avonds in elkaars armen gelegen en naar de lijn tussen zand en zee gekeken. Of ik in de tuin die hoge boom kende, vroeg hij. Een grillige bast van sappige groene dakpanschubben en takken met prachtige rijen blauwachtige naalden. Of ik wist hoe die boom heette. Ik wist het niet. Apenverdriet, zei hij, want een aap kan er wel inklimmen, maar door die opstaande puntige schubben komt hij er niet meer uit. Dus moet hij bovenin wenen tot het einde der tijden.
Vrouw en een kinderverjaardag wachtten hem in de stad waar hij woonde. We kleedden ons aan. Namen zacht en woordloos afscheid.
Mijn man kwam terug van een zakenreis naar Shanghai, waar hij, vertelde hij met een halve glimlach, nog gezocht had naar zo'n ongenaakbare vrouw als in de film In the Mood for Love, naar net zo'n prachtige vrouw als die actrice Maggie Cheung.
Ik kuste hem en zei dat ik de volgende keer mee zou gaan om haar voor hem te vinden.