De Revisor. Jaargang 32
(2005)– [tijdschrift] Revisor, De– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 62]
| |
AmericaCentre of equal daughters, equal sons,
All, all alike endear'd, grown, ungrown, young or old,
Strong, ample, fair, enduring, capable, rich,
Perennial with the Earth, with Freedom, Law and Love,
A grand, sane, towering, seated Mother,
Chair'd in the adamant of Time.
Hij leest het rustig, statig en tegelijk dwingend. Krachtige stem, vanzelfsprekend lezend, alsof wat hij te zeggen heeft, ter plekke is bedacht en uiteraard zo moet klinken. Zou het Whitman zijn? In 1880 maakte Edison al geluidsopnames in wasrollen. In zijn aantekeningen heeft men een berichtje gevonden dat hij graag de stem van Walt Whitman wilde opnemen. Toch bestaat er twijfel over de authenticiteit van de opname, ook al omdat de oorspronkelijke wasrol van Edison verloren is gegaan. Het is Whitman denk ik, maar misschien wil ik dat ook. Ik heb er lang op geoefend om het woord ‘ample’ (met een langgerekte è, ÈÈÈmple) net zo uit te spreken als hij. Rustig, statig en dwingend. Tot nu toe las ik Whitmans gedichten zelden in vertaling, het waren in mijn ogen onvertaalbare gedichten die je hardop in het Engels moest lezen. Ik kende wel een paar Nederlandse vertalingen, vond die vaak net naast de Whitmaniaanse gekte staan, hem in een keurslijf dwingend, niet bevreemdend genoeg. Whitmans poëzie zet altijd alles aan de kant, schuift de tafels weg, de stoelen, het tafelkleed en maakt de dansvloer vrij, waarna de danser tijdens het dansen zijn patronen dwingend op de planken brengt. Al dansend. Je kunt alles daartegen inbrengen en het is allemaal waar: Whitman is een ouwehoer, een zak, een kletsmeier, een mislukkeling en een warhoofd. En als je dat ertegen ingebracht hebt, zie je vanzelf dat dit precies de schoonheid van zijn werk uitmaakt. Het is maar wat je van poëzie verwacht en Whitman brengt wat je niet verwacht. Hij swingt en stamelt, hij bezorgt je overal jeuk | |
[pagina 63]
| |
en blaren en daverende lachbuien en je wordt er vanzelf stil van, omdat het zo'n hartstochtelijke ouwehoer en stapelaar is. Poëzie dus. Poëzie dus die niet haastig is, die alles tien keer zegt en daarna nog een keer, die de slechte zin tot droom verheft, die zich niet schaamt voor de traditie van de poëzie, die niet arrogant is, omdat ze arroganter is dan wie ook, die vergetelheid zoekt en vindt en daarna een valse grap erover maakt. Nergens gelezen, of te lezen, nergens gehoord of te horen, schurend, borrelend en opvretend. Whitman vertalen, het is alsof je de Niagara Watervallen probeert in te dammen tot het Kanaal van Terneuzen. Daar moet je dichter voor zijn. Probeer maar eens langs Whitman te komen. Je kunt parodieën op zijn werk schrijven, allemaal tevergeefs, het is al meer dan honderd jaar geprobeerd, minder dan vijf seconden een beetje gegeneerd lachen, dat bereik je ermee. Je kunt hem proberen te weerleggen met een slecht gedicht, een trukendoosgedicht. Alles tevergeefs, Whitman heeft het patent op alle trukendozen in de poëzie. En op de trukendoos daarvan. Slechter dan Whitman schrijven, dat moet toch kunnen, zou je zeggen. Of beter. Wie het probeert valt als een steen. Vergeet het maar. Zelfs als je met een verzwaard kussen zijn ouwe lullenkop in het matras probeert te smoren, zoals ooit Caligula Tiberius vermoordde, duikt hij na een paar maanden toch weer op. Trainer van atleten, denkend over de stoeprand, vretend en zuipend en neukend.
Ik heb twee losse gedichten van Whitman vertaald. En af en toe gekeken of er een Kees 't Hart blik bij kon komen. Blind werd ik ervan. Het eerste valt op omdat het ver buiten Whitmans toon van de rest van de gedichten in Leaves of Grass valt. Het is een protestsong, je zou de snerpende stem van de jonge Bob Dylan erbij moeten denken. ‘A Boston Ballad’ heet het. Hij schreef het in 1854, het vertelt het verhaal van de Bostonse burger Jonathan die naar een mooie optocht gaat kijken. En wat ziet hij: het leger marcheert door de straten en plotseling drommen de schimmen van het verleden, van de burgeroorlog tegen de Engelsen samen achter de optocht. En ze schreeuwen en zwaaien met hun vuisten. Nou nou, wat lopen ze daar weer te zeuren, die oude schimmen, denkt deze zogenaamde modelburger Jonathan. Whitman vertelt hier een snijdend verhaal over een gedenkwaardige actuele gebeurtenis uit 1854, zonder dat hij de details ervan noemt. In latere versies heeft hij steeds zitten veranderen, de laatste regels ervan liet hij zelfs helemaal weg, die vond hij waarschijnlijk een beetje dubbelop en daar zit wat in. Voor de vertaling heb ik geprobeerd te achterhalen wat er aan de hand was, Whitman zelf geeft geen toelichting. Anthony Burns, een gevluchte slaaf uit Virginia, werd in Boston gearresteerd en aldaar ertoe veroordeeld onder escorte van het leger weer naar Virginia te worden getransporteerd. Om deze optocht gaat het. Whitman spreekt er schande van en gebruikt de figuur van de huichelachtige ‘Jonathan’ om zijn woede te uiten. Met die uitzetting van Burns worden in Whitmans ogen de oorspronkelijke idealen van de Amerikaanse revolutie in de grond getrapt. Hé, wat willen jullie, klootzakken uit Boston? Willen | |
[pagina 64]
| |
jullie Koning George weer terug? Stelletje zeikerds! De gitaar van Dylan erbij en je hebt een protestsong pur sang. Het tweede gedicht is het beroemde ‘There was a child went forth’, waarbij vooral de eerste regel me maandenlang heeft achtervolgd. ‘There was a child went forth’, hoe moet je dat vertalen? Ook voor Amerikanen is dit ongrammaticaal Engels, de zin zou moeten luiden: ‘There was a child and this child went forth every day’. ‘Er was een kind en dit kind ging iedere dag op pad’. Of: ‘er was een kind dat iedere dag op pad ging’. Of op weg. Whitman deinst, zoals het hoort in poëzie die bereid is te mislukken, vaak niet terug voor ongrammaticaliteiten en hier heeft hij een punt. De zin is er prachtig door geworden, geen twijfel mogelijk. ‘There was a child went forth’, dat is poëzie van de bovenste plank, beweging en stilstand tegelijkertijd: er was een kind en dat kind liep iedere dag. Er was een kind en het liep iedere dag. Maar als je het zo vertaalt, laat je de merkwaardige snelle beweging van de Engelse zin achterwege, je maakt van de fraaie ongrammaticaliteit een flauwe grammaticale zin. Dat was de bedoeling niet van dit vertaalproject dat een dichtersproject moest blijven. Weg met de vertalingen van het werk van Whitman! ‘There was a child went forth every day’. Ik heb de uiteindelijke vertaling lang uitgesteld, had er geen zin in, alles was tevergeefs, het hele project deugde niet meer, je kon beter gaan kralen rijgen bij je moeder aan de tafel, of voetballen. Ik bleef er vrienden mee lastigvallen, jezus zo moelijk is het niet zei ik, je moet het niet willen vertalen, dan maak je een grote fout, Whitman wilde ook helemaal geen poëzie schrijven, daar was hij tegen, zodra je dat wilde was je verloren en dus probeerde hij zo slecht mogelijke poëzie te schrijven die per ongeluk toch weer goed werd, waar hij dan later over kon zeggen dat hij er niks aan kon doen. ‘Er was een kind op pad gegaan iedere dag’ is lang mijn kandidaat geweest, of: ‘Er was een kind iedere dag op weg gegaan’. Uiteindelijk werd het: ‘Er was een kind dat ging op pad iedere dag’. Mislukt. Bij Whitman strompelt het kind niet, het is alleen maar ongrammaticaal. Ik wilde het kind op pad laten gaan, met Whitman mee, liefst luid zingend, zoals Whitmans werk luid zingend is, liefst ook onbedacht, net als Whitmans werk onweerdenkbaar is, onweerlegbaar, onmatig en ont-zettend. Zoals poëzie moet zijn. | |
[pagina 65]
| |
|