De Revisor. Jaargang 28
(2001)– [tijdschrift] Revisor, De– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 46]
| |
[pagina 47]
| |
Er
heeft altijd
een verkeerd nummer
achter
mijn naam gestaan.
Een
kwaad nummer
van honger hebben
en
beledigd worden.
Een nummer
dat mij eenzaam
heeft gemaakt
en oud
en bangelijk
en koud.
Een
kwaad nummer.
| |
[pagina 48]
| |
Ach
er komen
wel weer
bloemen.
Heb je ooit
zoveel honger gehad
als nu?
Als er weer bloemen komen
zal het brood zijn.
Dan komen alle dromen
terug.
Boze dromen
van honger
zullen weer terugkomen.
Er komen weer bloemen
van lente
en angst voor de winter.
| |
[pagina 49]
| |
Ze heeft
lelijke benen,
maar
ze heeft
laarzen
aan.
Ze heeft
te dikke billen,
maar
ze heeft
een rijbroek
aan.
Ze heeft
te slappe borsten,
maar
ze heeft
een zweep
in haar hand.
Ze is
prachtig.
| |
[pagina 50]
| |
Ik ben bang
voor het licht
van de zon die opkomt.
Het maakt
mij angstig voor de dag.
Ik heb reden
om bang te zijn.
Wat voor reden
heb ik nu om bang te zijn?
Niet om dood te gaan
want dat is normaal
dat is goed.
Ik ben bang voor de dingen
die mij nog te wachten staan.
| |
[pagina 51]
| |
Kijk
in het water.
Niet
dat de tak
van een boom
praat.
Het water
heeft een mond.
Het water
heeft wat er is.
Een boom
een fiets
en heel mijn leven
in de diepte.
Het leven
om mij heen.
Wat is
in spiegelbeeld
tot wat er was.
|
|