| |
| |
| |
Joan Banach, Open and Shut, 2000
Oil in paper
| |
| |
| |
Theo Kars
Vademecum
Lezen
Het gaat er niet zozeer om veel boeken te lezen als wel een beperkt aantal boeken vaak te herlezen. Paul Léautaud heeft er op gewezen dat ieder ontwikkeld mens een vijftiental schrijvers ontdekt wier werk hem het meest aanspreekt. Het is beter deze hoogst persoonlijke keur van boeken veelvuldig te herlezen dan te speuren naar andere auteurs die je iets te bieden zouden kunnen hebben. Aangezien de tijd een schiftende werking heeft, kun je recentelijk verschenen nieuwe boeken beter overslaan. Pas als een boek ten minste een halve eeuw oud is en nog steeds wordt herdrukt, bestaat er een redelijke kans dat je iets van waarde in handen hebt als je eraan begint. Het lezen van alom geroemde modieuze boeken is in de regel pure tijdverspilling.
| |
Diplomatiek gedrag
Een van de wijze lessen van Gracián is zijn advies het nooit tot een breuk te laten komen. Gracián: ‘Dit loopt altijd uit op schade voor de reputatie. Iedereen deugt als vijand, maar niet als vriend. Weinig mensen kunnen van nut voor ons zijn, bijna allen ons schaden. De heimelijke vijanden die op een kans loeren, gebruiken de haat van de openlijke vijand om het vuur op te stoken. Uit vrienden met wie men ruzie heeft gekregen, ontstaan de ergste vijanden. Als verwijdering onvermijdelijk is, dan moet zij ook vergeeflijk zijn: en verkoeling van de vriendschap is beter dan een uitbarsting van woede.’
| |
Liegen
Kinderen wordt ingeprent dat liegen verkeerd is en geen blijvend voordeel oplevert. ‘Al is de leugen nog zo snel, de waarheid achterhaalt hem wel’, wordt hun voorgehouden. Die mededeling op zichzelf is al een leugen. Vele leugens komen nooit uit. Iedereen kent daar wel voorbeelden van. Wie volwassen wordt, stelt vast dat liegen gangbaar is in de strijd om het bestaan en dat streven naar absolute eerlijkheid tot zelfvernietiging leidt.
‘De leugen is het wapen van de zwakke’, stelt Montherlant. Zwakheid is echter betrekkelijk. In sommige situaties staan wij sterk, in andere zijn wij de zwakke partij. Het grote probleem is: wanneer te liegen en tegen wie? De beste richtlijn is zo min mogelijk te liegen, en nooit tegen mensen die je vertrouwen. Wie liegt tegen zijn dierbaren, pleegt verraad en verliest zijn zelfrespect. Pas op voor mensen die zeggen nooit te liegen. La Rochefauld: ‘De
| |
| |
listigste mensen wenden hun hele leven voor dat zij list enLinks bedrog afkeuren om zich daar vervolgens van te bedienen bij een belangrijke gelegenheid en op ogenblikken dat er veel op het spel staat.’
| |
Leugens om bestwil
Het klinkt mooi: iemand niet de waarheid of zelfs een regelrechte leugen vertellen om hem geen verdriet te doen of hem tegen zichzelf te beschermen. Toch is het een uiting van een tirannieke instelling en een ongeautoriseerde ingreep in het leven van een ander. Aangezien geen twee mensen hetzelfde zijn, kan niemand met zekerheid weten wat goed voor een ander is. Wie iemand een harde waarheid onthoudt, ontneemt hem de kans zich erop in te stellen. Wat de een voor harde waarheid houdt, kan om voor hem ondoorgrondelijke redenen voor een ander zelfs een aangename tijding zijn. Wat niet weet, deert wel degelijk.
Verkondigers van leugens om bestwil zijn overigens vaak degenen die het meest gebaat zijn bij het verhullen van de waarheid - bijvoorbeeld ontrouwe echtgenoten die hun partner niet inlichten over hun overspel omdat zij deze ‘geen verdriet willen doen’, terwijl zij er eigenlijk alleen op uit zijn zichzelf kopzorgen te besparen.
| |
Stijl als maatstaf
Wie als leek gedwongen is zich te verdiepen in een specialisme, dient op de stijl van een wetenschapper af te gaan. Werkelijk uitmuntende geleerden zijn ook uitstekende stilisten. Zij schrijven bondig, eenvoudig en helder. Hoe ingewikkeld de materie ook is, een leek zal altijd de hoofdlijn van hun theorieën en de essentie van hun bevindingen kunnen begrijpen. Hij doet er verstandig aan hen voor het overige te geloven op het gezag dat hun uitmuntende schrijfstijl hun verleent: wie helder formuleert, denkt helder.
| |
‘Als de lamp is gedoofd’
Iedere man die veel seksuele avonturen heeft beleefd, is ook wel eens 's morgens wakker geworden naast een vrouw die zo lelijk blijkt dat hij er zich voor schaamt zich nog met haar in het openbaar te vertonen. Hij vraagt zich dan verbijsterd af hoe hij zich zo heeft kunnen laten gaan, en denkt dat zijn beschamende, maar genotvolle uitspatting een uitzonderlijk voorval is. Hij kan zich troosten met een door Casanova herhaaldelijk geciteerd aforisme van Erasmus: ‘Sublata lucerna nullum discrimen inter mulieres’ (‘Als de lamp is gedoofd, zijn alle vrouwen gelijk’). Alle mannen zoals hij hebben dergelijke ervaringen.
| |
Dreigementen
Dreigementen zijn de enige beloftes die je niet altijd na dient te komen.
| |
| |
| |
De eerste indruk
De allereerste indruk die wij van iemand krijgen is gewoonlijk de juiste. Als wij iemand voor het eerst ontmoeten, hebben we intuïtief in de eerste seconden al een voorlopige indruk van hem: aardig of onsympathiek, fatsoenlijk of onbetrouwbaar. Wij kunnen dit spontane oordeel niet direct beredeneren. Het komt onwillekeurig en onbewust in ons tot stand. Onze zintuigen geven in razendsnel tempo een reeks uiteenlopende gegevens aan ons brein door dat ze razendsnel koppelt aan informatie die daar al ligt opgeslagen: onze levenservaring. Iemand die wij op het eerste gezicht onsympathiek vinden, beoordelen wij in tweede instantie soms heel anders, wanneer hij ons op allerlei wijzen zijn welwillendheid laat blijken. Wij zijn dan geneigd ons aanvankelijke oordeel van ons af te zetten en te vergeten. Dat is altijd onverstandig en gevaarlijk. Vrijwel altijd blijkt zo iemand ons later een streek te leveren waardoor wij beseffen dat hij ons nooit welgezind is geweest, en alleen om tactische redenen vriendschap of sympathie voor ons heeft voorgewend. De eerste indruk die iemand op ons maakt, is de meest betrouwbare, want de zuiverste: hij heeft dan nog niet voldoende tijd gehad ons valse informatie te verstrekken.
| |
Stijl als wapen
Bij het opstellen van verzoek-, bezwaar- en verweerschriften en vergelijkbare stukken ben je geneigd de stijl te verwaarlozen. Enerzijds word je gedwongen tot een zekere bureaucratische vormelijkheid, anderzijds tot uitvoerigheid. Dit leidt in de regel tot saaie verhandelingen, die de ontvanger met tegenzin leest, iets waar de opsteller doorgaans geen rekening mee houdt. Een langdradig, kleurloos betoog, hoe redelijk ook, krijgt nooit de gewenste volledige aandacht; de aangevoerde argumenten blijven vaak niet hangen doordat ze als gevolg van de onpersoonlijke stijl geen sterke indruk achterlaten.
| |
Wraak
Een zinnig mens neemt geen wraak, hoogstens tegenmaatregelen. Vrijwel altijd gaan degenen die je schade hebben berokkend, je voortaan uit de weg. Het is daarom verspilling van tijd hen met je boosheid te achtervolgen, tenzij je dit doet omdat je nog meer vijandelijkheden van hen verwacht, of om hen aan anderen ten voorbeeld te stellen. Dan neem je geen wraak, maar een tegenmaatregel. Leedvermaak krijg je toch wel, en geheel gratis: de meeste mensen straffen zichzelf. Montherlant: ‘Wraak nemen is niet filosofisch. U moet een beetje geduld hebben, dan wordt u gewroken door de tijd.’
| |
Onderworpenheid voorwenden
Soms is het zinvol je trots opzij te zetten, vooral in de gevallen waarin de tegenstander iemand is die je nooit meer zult tegenkomen. Desmond Morris geeft daarvan een goed voorbeeld in zijn boek Manwatching. ‘Als iemand door de politie wordt aangehouden omdat hij
| |
| |
te hard reed, is er alle kans dat hij achter het stuur blijft zitten, met de agent begint te discussiëren, uitvluchten verzint, en weigert zijn fout toe te geven. Maar dit is nu helemaal de reactie van een ongeslagen rivaal, zodat hij de politieagent dwingt “terug te slaan”. Als deze man de maximumsnelheid werkelijk heeft overschreden, dan is de agent in een onbetwistbaar dominante positie, en de enige kans om hem te verzoenen en een boete te ontlopen, is een volstrekt onderdanige rol aan te nemen. Daarvoor moet de automobilist ten eerste uit zijn auto komen - het is zijn eigen territorium en geeft hem daardoor te veel status - ten tweede naar de agent toegaan voordat deze naar zijn auto komt - want hoe verder de agent van zijn standplaats weg moet, hoe meer last hij hem bezorgt en hoe vijandiger hij hem stemt, ten derde een beetje voorovergebogen lopen met een bezorgd gezicht - dat zijn namelijk ondergeschiktheidssignalen, ten vierde verbale ondersteuningsmiddelen gebruiken, zoals onvoorwaardelijk de fout en zijn eigen stommiteit toegeven, zichzelf belachelijk maken en de politieagent openlijk vleien - want dit verlaagt zijn geestelijke status en verhoogt die van de politieagent.’
‘Als de automobilist al deze methoden tegelijk toepast, zal hij het de agent uiterst moeilijk maken om vijandig te blijven en een bekeuring door te drijven. De agent zal zich zijns ondanks verzoend beginnen te voelen. Door zijn dominante zittende houding in de auto op te geven, zijn territoriale steunpunt te verlaten, zijn lichaam te buigen als hij eenmaal staat, en daaraan de verbale onderworpenheid in de vorm van vleierij, zelfspot en zelfkritiek toe te voegen, heeft de automobilist zichzelf van alle kenmerken van een “tegenstander” ontdaan, en wordt daardoor bijna onaantastbaar.’
| |
Anderen ongemerkt op de proef stellen
In extreme situaties leer je vaak pas iemands ware aard en karakter kennen: de honger drijft de wolven uit het bos. Meestal is het dan te laat. Iemand op wie je meende te kunnen rekenen, blijkt je in de steek te laten of keert zich zelfs tegen je. Toch zijn er methoden om tijdig en zonder schade achter iemands ware aard te komen, bijvoorbeeld door hem mee te nemen naar een casino of een partij tennis met hem te spelen. In het eerste half uur zal hij zich nog in bedwang kunnen houden, maar daarna zal hij onherroepelijk zijn ware aard tonen als hij die verbergt. De adrenaline die zijn lichaam aanmaakt, brengt hem in een soort roes die tot bewustzijnsvernauwing leidt. Iets wat als spel of vermaak is begonnen, lijkt hem daardoor opeens een zaak van levensbelang. Op die ogenblikken kun je vaststellen hoe hij werkelijk is: kinderachtig of grootmoedig, royaal of krenterig, een slecht of een goed verliezer. Bij een partij tennis komt het meest aan het licht, omdat je dan ook zijn tegenstander bent. Ogenschijnlijk beminnelijke, door en door fatsoenlijke mensen ontpoppen zich in dergelijke situaties vaak als schaamteloze valsspelers en kinderachtige twistzoekers. Het beste is hun niet te laten merken welke conclusies je uit hun gedrag trekt, en hen in de waan te laten dat je hen vertrouwt.
| |
| |
| |
De verantwoordelijkheden voor je eigen daden aanvaarden
Geef anderen of omstandigheden niet de schuld van het kwade dat je overkomt. Ouder en wijzer worden is een kwestie van voortdurend keuzes maken. Het feit dat wij ons bij een keuze laten beïnvloeden door anderen - of door anderen teweeggebrachte omstandigheden - betekent niet dat wij in dat geval minder vrij zijn. Wij kiezen namelijk ook de invloeden uit die wij wensen te ondergaan. Niet een slechte vriend brengt ons op het verkeerde pad, maar ons besluit met een slechte vriend op pad te gaan. Niet de gelegenheid maakt de dief, maar de dief benut de gelegenheid.
Wie anderen de schuld geeft van zijn verkeerde keuzes, kan daardoor misschien soms een klein voordeel behalen, maar dat weegt niet op tegen het grote nadeel van deze geesteshouding: doordat het hem aan inzicht in zijn fouten ontbreekt, kan hij er niets van leren. Het is dan ook geen toeval dat schuldafschuivers altijd mislukkelingen zijn, geboren verliezers en eeuwige pechvogels. Hun lot vormt een bewijs voor Graciá's stelling dat een mens in dezelfde mate gelukkig wordt als hij verstandig is. Kies dus voor een opstelling als die van Casanova. Deze besluit het voorwoord bij zijn memoires met de mededeling: ‘Wat mijzelf betreft: aangezien ik mijzelf altijd heb gezien als hoofdoorzaak van al het slechts dat mij is overkomen, deed het mij genoegen les te krijgen van mijzelf en als plichtsgetrouwe leerling mijn leraar lief te hebben.’
| |
Nuttige bondgenoten maken
Soms krijg je bij een bedrijf of instelling te maken met iemand die er een eer in stelt zijn werk zo goed mogelijk te verrichten. Zulke mensen doen oneindig veel meer moeite voor je dan hun collega's, helpen je zo snel en efficiënt en tonen zo veel initiatief dat je min of meer beduusd raakt door hun ongewone hulpvaardigheid. Complimenteer hen over de inzet waarmee zij hun werk verrichten. Je doet hun daarmee een genoegen, en bewijst jezelf een dienst. Dergelijke mensen worden in de regel zelden geprezen. Hun superieuren zijn zo gewend geraakt aan hun verdienstelijkheid dat zij deze als vanzelfsprekend zien. Als je door een compliment laat blijken hen op waarde te schatten, maakt dit een grote indruk op hen en verwerf je een nuttige bondgenoot. Zij zullen zich je altijd herinneren en zich erop toeleggen je persoonlijk te helpen als je de diensten van hun bedrijf of instelling opnieuw nodig hebt. Vraag daarom altijd naar hen, zelfs als zij een andere functie hebben gekregen. Hoewel zij in de regel ondergeschikte posities bekleden, hebben zij als gevolg van hun ijver en bekwaamheid veel invloed op de plek waar zij werken, en kunnen allerlei zaken voor je regelen die je zorgen en geld besparen.
| |
Geld uitlenen
Het lenen van geld aan bekenden die geen echte vrienden van je zijn, is een hachelijke zaak en leidt vaak tot verwijdering en soms zelfs tot een breuk. Hoe verder iemand van je af- | |
| |
staat, hoe eerder hij geneigd is lichtvaardig een beroep op je hulp te doen. Enerzijds zijn betrekkelijke vreemden altijd geneigd te denken dat je er financieel beter voorstaat dan in werkelijkheid het geval is - the grass is always greener at the other side of the hill - anderzijds weten zij dat zij bij een lening minder riskeren dan jij. Als geen terugbetaling volgt, raken zij alleen een kennis kwijt, maar jij verliest ook nog je geld. Ook als zij je terugbetalen, treedt vaak verwijdering op. Dit gaat als volgt. Direct na ontvangst van het geld zijn zij je erg dankbaar. De verlichting die jouw geld hun heeft bezorgd, verdwijnt echter snel, omdat een lening vrijwel nooit tot een structurele verbetering van hun financiële situatie leidt. Met het toenemen van hun zorgen verflauwt hun dankbaarheid. De lust van de lening is in een last veranderd. Zij hebben het geleende geld gespendeerd en moeten nu moeite gaan doen het je terug te betalen. Het lukt ze meestal niet op de overeengekomen datum aan deze verplichting te voldoen. In het gunstigste geval lossen zij alleen een deel af, maar vaak laten zij niets van zich horen, omdat zij niet de moed hebben je hun falen te bekennen. Zij bellen je niet op en gaan je waar mogelijk uit de weg. Omdat zij niet alleen hun verplichtingen aan jou niet zijn nagekomen, maar ook niets meer van zich hebben laten horen, nemen zij aan dat je boos op hen bent en er een eind is gekomen aan jullie goede verstandhouding. Zo verander je geleidelijk in een soort vijand. Zij besluiten dan vaak af te zien van verdere afbetaling. Waarom zouden zij nog moeite doen een verplichting na te komen aan iemand die hun niet meer welgezind is? Dit proces is een voorbeeld van wat Montherlant ‘le
démon du bien’ noemt, ‘een goede daad die zich tegen je keert’.
Voor het lenen van geld aan vrienden is geen regel te bedenken. Echte vrienden zullen je nooit lichtvaardig om hulp vragen en zich er voor inspannen hun verplichtingen aan je na te komen. Slagen zij daar niet in, dan verandert dit niets aan de vriendschap. Het beste is leningen aan hen in beginsel als gift te beschouwen. Zij betalen je wel op andere wijze terug wat zij je verschuldigd zijn.
| |
Je geheugen niet overbelasten
Seyle legt uit dat het menselijk geheugen beperkt is en dat bij het opslaan van nieuwe informatie in ons brein waarschijnlijk vroegere gegevens worden gewist. Seyle: ‘Te veel dingen proberen te onthouden is ongetwijfeld een van de voornaamste oorzaken van psychologische stress. Ik probeer altijd bewust alles wat onbelangrijk is te vergeten en noteer feiten die van waarde kunnen zijn (zelfs al levert dit ingewikkelde dossiers op). Zo speel ik het klaar mijn geheugen vrij te houden voor feiten die werkelijk van belang voor mij zijn. Ik denk dat deze techniek iedereen kan helpen om de grootste eenvoud te betrachten die nog verenigbaar is met de complexiteit van zijn geestelijke leven.’
| |
Stel geen blind vertrouwen in specialisten
Bij belangrijke zaken zijn veel mensen, deels uit bescheidenheid, deels uit gemakzucht, ge- | |
| |
neigd kritiekloos de adviezen of voorschriften op te volgen van de specialist tot wie zij zich moeten wenden. Juist bij deze kwesties dien je echter nooit het roer uit handen te geven, maar uiterst waakzaam te zijn en ernaar te streven zo veel mogelijk kennis over het onderwerp te vergaren teneinde je een oordeel te kunnen vormen over de kundigheid en de inzet van degenen wiens hulp je inroept. Dit vergt minder dan op het eerste gezicht lijkt. Als je de grote lijnen van zijn vakgebied kent en je vertrouwd maakt met de bijzonderheden van het subspecialisme waaronder jouw probleem valt, is het mogelijk een goede indruk van zijn bekwaamheid en ijver te krijgen. Houd steeds voor ogen dat het feit dat iemand wordt betaald voor zijn diensten nog niet inhoudt dat hij zijn werk naar behoren zal verrichten. Middelmatige prestaties zijn nu eenmaal regel, uitmuntende uitzondering. Het percentage luiaards, sloddervossen en gewetenloze zakkenvullers is bij elke beroepsgroep hetzelfde. Bedenk dat er op elk vakgebied stromingen zijn, en de ene specialist soms het tegendeel zal adviseren van wat de andere aanraadt. Besef ook dat een specialist door zijn routine geneigd is op overeenkomsten te letten, en jij als leek een onbevangen blik hebt waardoor je soms bijzonderheden opmerkt die volgens de boekjes niet tellen, maar in jouw geval van cruciaal belang kunnen zijn.
Twee vuistregels bij het kiezen van een specialist. Luistert hij alleen maar beroepsmatig naar je, zegt hij zonder je aan te kijken telkens verstrooid ‘ja, ja’ en geeft hij je het gevoel dat je te lang van stof bent, zie er dan van af van zijn diensten gebruik te maken. Als hij bij voorbaat al niet is geïnteresseerd in dingen die jou van belang lijken, is de kans klein dat hij je op voortreffelijke wijze zal helpen. Ga ook nooit in zee met iemand die je instinctief op het eerste gezicht niet mag. Je kunt dan rustig aannemen dat die instinctieve antipathie wederzijds is en hij je belangen slecht zal behartigen.
|
|