Verleen mij vastomlijnd begrip, gehoor,
en keer op keer valt samen in
één onvoorzien object, eindelijk alleen
ten tijde van het avondeten.
Jíj weet dat elke grote generatie
z'n mieren heeft die herrie maken
en vastomlijnd begrip, gehoor.
Dichtbij de figuur die de zonnebloem beschrijft,
daar waar de aarde toeneemt.
Dichtbij jou, bij je bruidsnacht
die hevig met zijn geur tegen mij ingaat.
Jíj bent de wetenschap die sterft
je bent terug in mijn golfslag.
Ik verzamel jouw steen met bloed,
ik ga je voor in liefde, in heerlijkheid,
licht dat mijn keel binnengaat.
Vertaald door Maria van Daalen
Uit: La bella mano, Milaan, 1991 en Stanze del gusto cattivo, Milaan, 1991