De Revisor. Jaargang 17(1990)– [tijdschrift] Revisor, De– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 69] [p. 69] Leonard Nolens De beest spelen De schele otter die veel verder kijkt dan ik, Met zijn schitterende vliezen, Met zijn vliezen schitterend Van zoutkristallen komt hij bovendrijven Op zijn rug, hij houdt het machtige mysterie Van de mossel in de hand, hij mept Op zijn geviste kei de zwarte mal kapot En slurpt het lekker malse van mijn aanvang, Het nachtelijke binnenste van mijn begin. De orang-oetan die mijn dromen binnenwandelt Met zijn slaperige gang, de diepe ernst Van al zijn prachtige manieren, Met zijn doodkalme handen, Met zijn handen doodkalm Van het denken meet en breekt hij riet en steekt De vorsende punt in de bodem, sondeert Het mierenhol, de krioelende grond Van mijn bestaan, en vangt het goede zoete. En ik, die naar die twee gekeken heb Met mijn schutterende handen, Met mijn handen schutterend Van het denken, het herdenken, het heroverdenken Van wat des mensen is, verveling, schulden, drank, Lawaai, migraine, oorlog, ik en mijn handen Hebben niets beters gevonden vandaag Dan deze doodgemoedereerde poten, deze bloeddorstige vliezen Na te doen. Vorige Volgende