De Revisor. Jaargang 17
(1990)– [tijdschrift] Revisor, De– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 2]
| |
[1990/2]
Aleksej Kiseljov
| |
[pagina 3]
| |
Maar het stuk is, zoals alles wat Platonov heeft geschreven, dan ook niet geschreven als ontspanningslectuur, niet voor het genoegen. Het stuk is in 1937 geschreven en speelt zich af in 1931. Dit waren immers de jaren van honger en terreur. Iedereen, die in die vreselijke tijd leefde, had één gedachte, één angst: zal Rusland deze jaren van rampspoed overleven? Aan dit thema is het stuk De 14 Rode Hutjes, symbool voor de 14 republiekenGa naar eindnoot*, gewijd. Laten we de beschrijving van de omstandigheden van het 2e bedrijf eens nader beschouwen: ‘Links een vergezicht, dat uitzicht biedt op een troosteloze ruimte. Vooraan een pilaar met het sovjetwapen en het opschrift: ussr...’. In het stuk is alles - voorwerpen, handelingen, personages - van belang voor het begrip, daarmee wordt de lezer een historisch-filosofisch probleem voorgelegd. Enkele voorbeelden, die mij tijdens het lezen opvielen: De voorzitster van de kolchoze - Soejenita - is Rusland onder het Bolsjewisme, omdat (zie woordenboek van Dal') de wortel van het woord ‘soeje’ betekent: de wereldlijke ijdelheid - tegengesteld aan de eeuwige macht van het ‘geestelijke leven’. Xenia - een alledaagse naam - is het symbool van het Rusland van voor de sovjetperiode. Zo wordt in het stuk over één van de personen gezegd: ‘Je koestert de hele toekomstige mensheid in je schoot, als in een wieg’. Beide vrouwen geven borstvoeding en volgens Dal' is dit synoniem met ‘moederschap, een min’. Borstvoeding kan worden opgevat als het met de moedermelk opnemen van tradities en gewoontes. Het Russische volk ervoer de onverschilligheid van het Westen voor haar lot in deze moeilijke jaren als bitter. Laten we even stilstaan bij de naam van de geleerde van wereldfaam. Hij heeft voornamen van verschillende nationaliteiten, hij vertegenwoordigt de meest uiteenlopende instellingen ter wereld. De combinatie van dit alles in één persoon is een symbool van de westerse cultuur. De reisgenote van Choz is de verpersoonlijking van het verval, die deze cultuur en techniek begeleidt, en die uitsluitend dient voor het genoegen en vermaak, ontspanning van de mensen, enz. Als iedere afzonderlijke persoon iets groots en belangrijks symboliseert, moeten we dan ook niet hun gesprekken anders interpreteren? Een voorbeeld: ‘Het kan me niets schelen, het is zo angstjagend, ik voel me zo leeg, zo licht, dat de wind me zo heen en weer kan wiegen. Ik wil in God geloven!’ En vervolgens: ‘Er is geen God, nergens - wij zullen samen moeten treuren.’
Uit: Grani, 86, (1972), Frankfurt/Main. Uitg. Posev. Vertaald door Maya Meijer en Jos Remmelzwaal |
|