Beste Tom,
Een mens heeft graag gelijk. Mevr. Balk ook. Ik ook. Echter, om dat gelijk te beargumenteren, of te bewijzen, is niet nodig, want je weet van te voren al wat de conclusie is - zou je zeggen. Ziehier wat mij overkwam.
Je kent mijn uitgangspunt, en je deelt het: kunst en wetenschap is daar waar men opereert aan de rand van zijn kennis ‘ongeveer hetzelfde’. Of je nu als dichter bezig bent, of als wetenschapsman, in beide branches werk je intuïtief en laat je je leiden vnl. door persoonlijke inzichten.
Je kent ook mijn ambitie: alles wat in de wetenschap een vaste koers volgt af te buigen, net zolang af te buigen tot die koers 180o is gedraaid bijv., dat zou een succes zijn. Gelukkig zijn er vele wetenschappers die er net zo over denken en hun waarnemingen zo proberen te definiëren, of te interpreteren, dat het logge schip van ‘de’ wetenschap van koers verandert of laten we liever zeggen: wendbaarder wordt. Nu, bij die definities en die interpretaties is de poëet - immers waarnemer en interpretator bij uitstek - behulpzaam. Meende ik, tot een half uur geleden.
Als je je meningen gaat opschrijven kom je vaak op nieuwe ideeën, die je voor die tijd niet had, en oude ideeën worden er vaak door verdreven, die gelden dan niet meer en zo heb ik pas ontdekt dat onze uitgangspunten fout zijn: poëzie is niet hetzelfde als wetenschap, ook niet in zijn meest subtiele vorm. Wat beide aktiviteiten gemeen hebben misschien, is, in de explorerende fase, het onzekere, de heen-en-weer beweging, de verbinding van de waarnemer met het object; dit is allemaal ‘hetzelfde’. Waar echter de wetenschap zich van poëzie onderscheidt is: in de uitwerking. Het is pas bij de verantwoording van iemands bevindingen, het verslag, dat je ziet: dit is wetenschap, en dat is poëzie. Een wetenschappelijk verslag is kwantitatief, uiteindelijk. Je hebt gemeten, die metingen moeten zus en zo, onder die omstandigheden, algemeen: methodisch worden uitgevoerd; als in het verslag twee keer hetzelfde woord wordt gebruikt heeft dat beide keren dezelfde betekenis en alle waarnemingen of ondernemingen zullen bij herhaling, wijl op dezelfde manier gedefiniëerd en geïnterpreteerd, dezelfde uitkomsten geven.
In een poëtisch verslag komen geen metingen voor, het bevat geen aanwijzingen die er voor zorgen dat je, als lezer, hetzelfde waarneemt als de dichter. Een gedicht is, heel gewoon, meerduidig. Ik heb wel 's geprobeerd een wetenschappelijk verslag meerduidig te laten zijn en het een betekenis te geven die ik, in een blanco stemming, op dat ogenblik verzin, maar geen wetenschappelijk auteur die daar veel voor voelt, is mijn ervaring. (Een dichter zou daar blij mee zijn.) Resumerende: het verschil tussen wetenschap en dichtkunst zou dus niet liggen in de wijze van onderzoek, maar in de wijze waarop dat onderzoek wordt verslagen. Maar nu, beste Tom, op de valreep van deze conclusie die vriend en vijand gelukkig zou maken, ging mij opeens een licht op, een helder licht: poëzie en wetenschap zijn twee verschillende activiteiten en zij zijn zelfs in essentie verschillend. Want: als de verslagen verschillen, verschillen ook de waarnemingen, en als de waarnemingen verschillen, verschillen ook de onderwerpen van onderzoek. Dus: mogen beide soorten onderzoek gekenmerkt zijn door intuïtieve benadering en mogen beide soorten onderzoek zich afspelen op hetzelfde terrein, precies hetzelfde verschijnsel zullen een wetenschapsman en een dichter, in hun functie, nooit bekijken. En als Mevr. Balk verslag doet van laten we zeggen een wetenschappelijke gedachte, dan kan ik daar met mijn poëtica, of eigenzinnigheid, hoe je het noemen wilt, niets over zeggen, want ik weet niet waar ze het over heeft, en dat was dan wat ik, tot mijn schrik, plotseling bewezen had. Bal in eigen doel getrapt. 1-0 voor Mevr. Balk.
Hartelijke groet,
Gerrit Krol