De Revisor. Jaargang 6(1979)– [tijdschrift] Revisor, De– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende Willem van Toorn Twee dochters Slaperig vroeg in de ochtend zie ik ze de laan uit fietsen samen, ze gaan naar het dorp, A en S, mijn dochters. Als ik tekenen kon zou je hier nu een prent zien ontstaan, waar ze in bevroren waren: heel dun (ze zijn al haast aan het eind, waar de weg naar het dorp begint) waait hun haar in de wind onder een mistige zon. Nu moet je mij maar geloven op mijn woorden. Kijk, er blinkt een spaak of een bel. Een lint van langgerekt licht komt het openstaande raam ingeschoven. Ze zijn al achter de bomen. Maar jij ziet hun haar nog stromen in je hoofd. Hoor, hun fietsen ruisen ook achter je ogen. Ze zijn makkelijk het liefste wat er in al dit groen bestaat, A en S. Je ziet ze? Dan mag je dit vers wegdoen. In jouw hoofd vastgelegd raken ze nooit meer weg. Vorige Volgende